Counting in English (book, p.101/102
Telwoorden tot 20 (geen regels, uit je hoofd leren)
Tientallen: 10, 20, etc. Let vooral op de schrijfwijze van de dikgedrukte woorden:
ten, twenty, thirty, forty, fifty, sixty, seventy, eighty, ninety
Getallen als 21, 28, 34, 67
Tussen tientallen en eenheden schrijf je een streepje: twenty-one
Grote getallen
Bij grote getallen komt er a, one of een ander telwoord voor:
a hundred, one thousand, a hundred thousand, two million, eight billion