Trede 9, les 4, schrijven, beeldig die afwisseling

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Welkom en pak alvast je leesboek

Slide 3 - Tekstslide

Daltontijd: stillezen 
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Leg het woord synoniem uit.

Slide 9 - Open vraag

Synoniemen
Andere woorden die hetzelfde betekenen, noem je synoniemen.
Bijvoorbeeld:
smerig - vies
snel - vlug
eenvoudig - makkelijk

Slide 10 - Tekstslide

Taalgebruik
letterlijk en figuurlijk
                     Letterlijk of  figuurlijk?

Slide 11 - Tekstslide

Bedenk een voorbeeld van figuurlijk taalgebruik.

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Hoe noemen we dit soort plaatjes?

Slide 16 - Tekstslide

Symbolen

Ook zonder woorden kun je iets duidelijk maken, bijv met een plaatje. Dat heet beeldtaal. Pictogrammen zijn ook een vorm van beeldtaal.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

''Beeldspraak is altijd figuurlijk taalgebruik.''
Waarom bestaat dit figuurlijke taalgebruik?

Slide 22 - Tekstslide


Wat heb je deze les geleerd?

Slide 23 - Open vraag

Wat vond je goed gaan?
Wat vond je het moeilijkst?
Wat vond je
leuk om te doen?

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide


Wat heb je deze les geleerd?

Slide 27 - Open vraag

Wat vond je goed gaan?
Wat vond je het moeilijkst?
Wat vond je
leuk om te doen?

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide