2024-01-12 Allergische rinitis in de zelfzorg

Allergische rinitis in de zelfzorg
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSP apothekersassistentenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Allergische rinitis in de zelfzorg

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma & Lesdoelen
- Terugkijken op de theorie van allergische rinitis 
- Maken van de opdracht 'zz allergische rinitis'
- Bespreken van de opdracht.


Lesdoelen:
- Je weet welke vragen je dient te stellen om tot een goed advies te komen
- Je kent de medicamenteuze adviezen bij allergische rinitis
- Je kent de niet medicamenteuze adviezen bij allergische rinitis
- Je weet welke vragen je dient te stellen om te achterhalen of de klant last heeft van een verkoudheidsvirus of van allergische rinitis

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Studenten mbv onderwijsleergesprek uitvragen bij de dia's

Slide 4 - Tekstslide

Sensibilisatie= overgevoeligheid, dit kan alleen ontstaan na herhaald contact met een bepaald allergeen.
Elk antigeen maakt specifiek antilichaam (IgE= immunoglobuline E) aan, deze worden in het lichaam opgeslagen door zich te binden aan een mestcel. Bij de heftige reactie tussen antigeen en antilichaam gaat de mestcel stuk en komen mediatoren vrij. Bijv. - histamine→ veel allergische reacties waaronder hooikoorts. - leukotriënen→astma

Slide 5 - Tekstslide

Overgevoeligheidsreacties worden onderverdeeld in 4 verschillende type (Coombs en Gell classificatie). Allergie is type 1, directe allergische reactie, histamine komt vrij uit de mestcel en bindt zich aan de histamine receptoren. De histamine veroorzaakt dus de allergische klachten.
Bij auto-immuunziekten kunnen type 2,3 en 4 een rol spelen.
Contacteczeem is voorbeeld van type 4.

Slide 6 - Tekstslide

De late allergische reactie is type IV. Bijv. nikkelallergie.

Slide 7 - Tekstslide

Insectenallergeen kan zeer ernstig verlopen, bijen- of wespensteken, met dodelijke afloop.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Histamine 
receptoren

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Atopie is de aanleg hebben om allergisch of buitengewoon overgevoelig te reageren op normale, niet levensbedreigende stoffen of omstandigheden.

Slide 11 - Tekstslide

Contacteczeem= alleen dáár waar contact is van de huid.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WHAM-vragen
Wie? 
Meest voorkomend tussen 5 en 45 jaar (piek tussen 15-24 jaar). Let op bij zwangerschap en borstvoeding.
Hoelang?
- Hooikoorts: ga na of de klant voorgaande jaren ook klachten heeft gehad, welke medicatie hij toen heeft gebruikt en wat het effect hiervan was.
- Niet-seizoengebonden: vraag of de klachten al lange tijd bestaan, en wanneer ze zich voordoen.
Actie? 
Ga na of de klant al zinvolle maatregelen en/of zelfzorgmiddelen heeft geprobeerd. Als de klant langer dan een week xylometazoline, oxymetazoline of tramazoline heeft gebruikt, kan 'rebound'-congestie de oorzaak zijn van neusklachten
Medicatie? 
Niet van belang.
Naar de huisarts verwijzen: bij voortdurende en/of matig tot ernstige klachten en bij klachten van benauwdheid of kortademigheid (mogelijk astma).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicamenteus advies
Eerstekeuzemiddelen
  • Cetirizine en loratadine
Orale antihistaminica, vooral effectief bij jeuk aan de neus, niezen en loopneus. Ook bij oogklachten. Dagelijks gebruiken of voorafgaand aan blootstelling aan een allergeen. Werken snel.
  • Azelastine
Neusspray bij jeuk aan de neus, niezen en loopneus. Oogdruppels bij allergische conjuctivitis.

Tweedekeuzemiddel
- Fexofenadine

Uitgifte-informatie: vertel hoe vaak en in welke dosering tabletten, drank, neusspray of oogdruppels gebruikt kunnen worden.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niet-medicamenteus advies
  • Prikkels zoveel mogelijk vermijden.
  • Niet in de ogen wrijven (verergert klachten).
  • Goed schoonmaken in huis.
  • Bij een huisstofmijtallergie is reductie van huisstofmijt mogelijk door beddengoed elke 2 weken op 60 °C te wassen en voor een gladvloeroppervlak in de slaapkamer te zorgen.
  • Bij een huisdierallergie is het huisdier uit huis plaatsen het meest effectief.

Slide 16 - Tekstslide

Welke niet medicamenteuze adviezen kun jij bedenken?

Niet in de ogen wrijven als ze jeuken, maar spoelen met lauw water of een vochtig washandje op de ogen leggen.
Douchen voor het naar bed gaan, om pollen uit het haar te houden en het kussen schoon te houden.
Neus goed doorspoelen met een neusdouche van fysiologisch zout.
Kleding en beddengoed schoon houden door dit regelmatig te wassen en in de wasdroger te drogen; niet buiten laten drogen want dan kunnen er pollen in komen.
Het dragen van een zonnebril, waardoor er minder contact is van stuifmeel met het oogslijmvlies.
Hooikoortsweerbericht volgen op internet of social media en activiteiten voor een bepaalde dag aanpassen aan de hoeveelheid stuifmeel in de lucht.
In de zomer de ramen in huis en in de auto gesloten houden. Als het regent of net heeft geregend, zitten er minder pollen in de lucht. Dan kunnen de ramen open.
Zo weinig mogelijk ramen en deuren tegen elkaar openzetten, zodat er zo min mogelijk stuifmeel in huis komt.
Rekening houden met de vakantiebestemming; aan zee en in de bergen is minder stuifmeel dan in het binnenland. Bij voorkeur in een seizoen met weinig pollen op vakantie gaan.
Niet zelf grasmaaien.
Vr.4 Hoe kom je er achter of een klant allergische rinitis of een verkoudheid heeft ?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vr.8 Wanneer adviseer je azelastine neusspray en wanneer orale antihistaminica ?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vr.10 Welke informatie in de folder is belangrijk om met een klant te bespreken ?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies