12 Oefenproefwerk Vergelijkingen 1C (28-6-2021)

H12 Vergelijkingen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H12 Vergelijkingen

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling
* Spullen mee?

* Thuisoefeningen gemaakt?

Slide 2 - Tekstslide

Lesprogramma
* Thuisoefeningen nakijken
* Werken in de les
* Thuisoefeningen 

Slide 3 - Tekstslide

Thuisoefening
Maak opgaven E1 tot en met E8 op blz. 180, 181, 182 en 183.
En T1 t/m T9.

Khulan, Valerie en Tobias: Maak opgaven GT1 tot en met GT5 op blz. 186 en 187.  En T1 t/m T9.

Slide 4 - Tekstslide

Opgave E1
Opgave E2
a. 32 + a x 12 = k
b. u x 13 + 25 = k
c. a : 42 + 9 = c
d. 10 + 6 x t = a



Slide 5 - Tekstslide

Opgave E3
a. 
Opgave E3
b. De pijlenkettingen bij A en C zijn hetzelfde, dus de formules zijn ook hetzelfde. De pijlenkettingen bij B en D zijn hetzelfde, dus de formules zijn ook hetzelfde. 

Slide 6 - Tekstslide

Opgave E4
a. 




b. De pijlenkettingen bij A en C zijn gelijk, dus de formules ook.






Opgave E5
a. 

b. 

c. 

d.



Slide 7 - Tekstslide

Opgave E6
a. Pijlenketting

Omgekeerde pijlenketting


b. Pijlenketting






Opgave E6
Omgekeerde pijlenketting


c. Pijlenketting

Omgekeerde pijlenketting

Slide 8 - Tekstslide

Opgave E7
 De vergelijking is 40 x a + 20 = b








Opgave E8
a. 



b. 

Slide 9 - Tekstslide

Opgave E8
c. 


d. 






Opgave E8
e.

Slide 10 - Tekstslide

Opgave GT1
71 : 4 = 17,75. Dus er kunnen 17 kano's van 4 personen en 1 kano van 3 personen gebruikt worden om 71 leerlingen in kano's te krijgen. 






Opgave GT2
a. 6 x r - 10 = l
6 x 7 - 10 =
42 - 10 = 32. Er kunnen dus 32 leerlingen meedoen als er 7 boten zijn.

b. 6 x r - 10 = 52




Slide 11 - Tekstslide

Opgave GT2
c. 6 x r - 10 = 52

 De pijlenketting is

De omgekeerde pijlenketting is 







Opgave GT2
De vergelijking is


10,3.. x 6 - 10 =
62 - 10 = 52. Het klopt. 

d. 10 boten is niet genoeg, er zijn 11 boten nodig. 

Slide 12 - Tekstslide

Opgave GT3
a. Bij het sparen van Patrick hoort de volgende formule aantal maanden x 25 + 45 = bedrag.

b. De vergelijking is aantal maanden x 25 + 45 = 225.






Opgave GT3
c. De pijlenketting is 

De omgekeerde pijlenketting is


De oplossing is 7,2.



Slide 13 - Tekstslide

Opgave GT3
7,2 x 25 + 45 =
180 + 45 = 225. Dus het klopt.
Na 8 maanden kan Patrick de tablet kopen.


Opgave GT3
d. Na 7 maanden heeft Patrick net niet genoeg. Daarom moet je naar boven afronden. 

Slide 14 - Tekstslide

Opgave GT4
a. De vergelijking is 

De pijlenketting is 

De omgekeerde pijlenketting is 





Opgave GT4

De oplossing is 13,3. 
13,3 x 30 + 100 =
399 + 100 = 499. Het klopt. Na 13 maanden heeft ze net niet genoeg. Ze moet dus 14 maanden sparen. 

Slide 15 - Tekstslide

Opgave GT4
b. De vergelijking is 

De pijlenketting is

De omgekeerde pijlenketting is 






Opgave GT4

De oplossing is 13,33.. 
13,33.. x 1,5 + 5 =
20 + 5 = 25. Het klopt. Max kan 13 drankjes kopen. 

Slide 16 - Tekstslide

Opgave GT5
a. De formule is 

b. De vergelijking is

c. De pijlenketting is








Opgave GT5
d. De omgekeerde pijlenketting is


De oplossing is 10,5. 
10,5 x 14 + 33 =
147 + 33 = 180. Het klopt. 





Slide 17 - Tekstslide

Opgave GT5
Er passen maximaal 10 planken op elkaar. 

d. 10 x 14 + 33 =
140 + 33 = 173. De afscheiding wordt 173 cm hoog.
Opgave T1

Slide 18 - Tekstslide

Opgave T2
a. m x 15 + 75 = b

b. A 20 + a x 8 = k
B A : 3 + 5 = c






Opgave T3
a. 




b.  De pijlenkettingen bij de formules A en D zijn gelijk dus de formules ook.

Slide 19 - Tekstslide

Opgave T4
Opgave T5
De vergelijking is aantal uren x 30 + 20 = 95.



Slide 20 - Tekstslide

Opgave T6
De vergelijking is 20 + aantal weken x 3 = 56.
Opgave T7
a. De pijlenketting is 

De omgekeerde pijlenketting is 


De oplossing is 2,5. 


Slide 21 - Tekstslide

Opgave T7
2,5 x 30 + 20 = 
75 + 20 = 95. Het klopt. 

b. De pijlenketting is 

De omgekeerde pijlenketting is
Opgave T7

De oplossing is 12.
12 x 3 + 20 =
36 + 20 = 56.

Slide 22 - Tekstslide

Opgave T8
a. De vergelijking is

De omgekeerde pijlenketting is                                                          
                                                        
De oplossing is 8,5. 
85 x 20 = 170. Het klopt. 





Opgave T8
b. De pijlenketting is 

De omgekeerde pijlenketting is 
aantal minuten << (: 12) ... << (-54) 114 

De oplossing is 5.



Slide 23 - Tekstslide

Opgave T8 
5 x 12 +54 =
60 x 54 = 114. Het klopt. 

c. De pijlenketting is







Opgave T8
De omgekeerde pijlenketting is


De oplossing is 9
9 x 45 + 83 =
405 + 83 = 88. Het klopt 

Slide 24 - Tekstslide

Opgave T8 
d. De pijlenketting is


De omgekeerde pijlenketting is


De oplossing is 5,5. 



Opgave T8
5,5 x 14 + 10 =
77 + 10 = 87. Dat klopt.

e. De pijlenketting is




Slide 25 - Tekstslide

Opgave T8
 De omgekeerde
pijlenketting is


De oplossing is 6.
6 x 17 = 102. Dat klopt. 






Opgave T9
a. De formule is 


b. De vergelijking is 


c. De pijlenketting is

Slide 26 - Tekstslide

Opgave T9
De omgekeerde pijlenketting is


De oplossing is 12.
12 x 125 + 699 = 
1500 + 699 = 2199. Dat klopt.





Slide 27 - Tekstslide

Oefenen!
Maak het oefenproefwerk in je werkboek op blz. 60 en 61.



Slide 28 - Tekstslide

Thuisoefening
Maak het oefenproefwerk in je werkboek op blz. 60 en 61.


Slide 29 - Tekstslide