9/11 Grammatica zinsdelen pv + zinsdelen les 1

Telefoon in de tas en snel gaan zitten.
In stilte pak je je laptop en log in op de LessonUP. Pak dan je grammaticaboekje, leesboek, mandela, etui en kleurtjes.
Ga lekker kleuren, terwijl je luistert naar de docent die voorleest.
timer
7:00
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Telefoon in de tas en snel gaan zitten.
In stilte pak je je laptop en log in op de LessonUP. Pak dan je grammaticaboekje, leesboek, mandela, etui en kleurtjes.
Ga lekker kleuren, terwijl je luistert naar de docent die voorleest.
timer
7:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontleden zindelen
Ontleden zinsdelen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
  • Voorlezen/kleuren (hebben wel al gedaan)
  • Instructie/quiz
  • Werken 
  • Afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
  • weet je hoe je zinsdeelstrepen in een zin plaatst
  • weet je wat de persoonsvorm is en hoe je die kan vinden
  • heb je geoefend met het verdelen van een zin in zinsdelen 
  • het benoemen van de persoonsvorm



Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Redekundig ontleden 
Woord of woordgroepen vormen samen een zindeel en elk deel moet een naam krijgen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elk stukje hoort erbij
  • Elke stukje van de zin hoort erbij en heeft dus een naam. 
  • Elk stukje heb je nodig om het volgende stukje te vinden.
  • Alle losse delen vormen samen de gehele zin.

Je kan het vergelijken met een puzzel. Een puzzel is ook niet compleet als er een stukje mist. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben jullie de vorige les geleerd?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt er bedoeld met het ontleden van zinsdelen?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke zinsdelen ken je al?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is stap 1 van het redekundig ontleden?
A
persoonsvorm zoeken
B
onderwerp zoeken
C
strepen zetten
D
werkwoordelijk gezegde zoeken

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vind je de persoonsvorm?
A
een werkwoord zoeken
B
het getal veranderen (meervoud - enkelvoud)
C
de zin van tijd veranderen (verleden tijd - tegenwoordige tijd)
D
geen idee

Slide 11 - Quizvraag

Getal-proef: zin veranderen van enkelvoud naar meervoud of van meevoud naar enkelvoud. 
V

Tijd-proef: zin van tijd veranderen. Tegenwoordige tijd wordt verleden tijd en andersom.

Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.


Wat is stap 2 en hoe vind je die?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Mevrouw Hooi gaat 1B2 vandaag de tweede les grammatica
van de zinsdelen geven.
Wat is de persoonsvorm?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Verdeel in zinsdelen:
Mevrouw Hooi gaat 1B2 vandaag de tweede les grammatica van de zinsdelen geven.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoord
  • drukt een handeling, situatie of gebeurtenis uit
  • kun je vervoegen
  • het hele werkwoord heet: infinitief

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm (PV)

Je zoekt eerst de persoonsvorm. Hoe doe je dat?
- Door de zin van tijd (tegenwoordige tijd/ verledentijd) te veranderen: tijd-proef
- Door de zin van getal te veranderen (meervoud/ enkelvoud): getal-proef
- De zin vragend te maken. De persoonsvorm komt dan als eerste woord te staan.

Voorbeeld:
De docent heeft het hele jaar Nederlands aan de onderbouw. gegeven.
- Tijd: De docent had het hele jaar Nederlands aan de onderbouw gegeven. Het werkwoord dat van tijd veranderd is de persoonsvorm  had = heeft
- Getal: De docenten hadden het hele jaar Nederlands aan de onderbouw gegeven. Het werkwoord dat met de meervoud mee veranderd is de persoonsvorm  hebben = heeft
- Vraag: heeft de docent het hele jaar Nederlands aan de onderbouw gegeven?  Heeft
De persoonsvorm onderstreep je en je zet het woord tussen strepen.
De docent | heeft | het hele jaar Nederlands aan de onderbouw gegeven.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De leerlingen van het Fioretti Lisse hebben gisteren vrij gekregen.
Wat is de PV?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Strepen zetten/ zin verdelen in zinsdelen

Alles wat je voor de persoonsvorm kan plaatsen en een goed lopende zin is met een betekenis is, is een zindeel en krijg dus een streep.

De docent eet de appel. 
--> de appel eet De docent. 
--> De docent | eet | de appel








Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwerking
De docent  |heeft|  het hele jaar Nederlands aan de onderbouw gegeven. 
De  niet
De docent  wel
De docent | heeft | het hele jaar Nederlands aan de onderbouw gegeven. 
Het  niet
Het hele  niet
Het hele jaar  wel
| De docent | heeft | het hele jaar | Nederlands aan de onderbouw gegeven. |
Nederlands  wel
| De docent | heeft | het hele jaar| Nederlands | aan de onderbouw gegeven, |
Aan  niet
Aan de  niet
Aan de onderbouw  wel
Eindresultaat:
De docent | heeft | het hele jaar| Nederlands | aan de onderbouw | gegeven. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verdeel in zinsdelen:
Het Fioretti Lisse heeft vandaag Franse dag.

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De puzzel van het ontleden
De puzzel moet compleet zijn en alle stukjes passen in elkaar en heb je nodig om de zin/puzzel compleet te krijgen.
Stap 1: PV = werkwoord, Je doet getalproef (ev-mv) of tijdproef (tt-vt).
Stap 2: zinsdeelstrepen plaatsen --> elk deel dat voor de PV kan en een correcte zin blijf = een zinsdeel.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf de drie manieren op waarmee je de persoonsvorm kan vinden

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verdeel je de zin in zinsdelen?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de ijverige leerlingen.
Wat is de PV?

Slide 27 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de ijverige leerlingen.

Verdeel de zin in zinsdelen door de zinsdeelstrepen te plaatsen.
woord/woordgroep spatie | spatie woord/woordgroep

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stoplicht tijdens de les
In stilte werken, je mag geen vragen stellen --> je bent stil!

Je werkt in stilte en mag vragen aan de docent stellen --> je bent stil, tenzij je een vraag voor de docent hebt.

Je mag vragen aan de docent stellen, overleggen over de opdracht of samenwerken als de docent zegt dat je de opdracht samen mag maken --> het praten gaat met een fluisterstem en gaat over het werk.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werk voor de deze en de volgende les:

  • Grammaticaboekje:
 Vanaf blz. 40, opdracht, 2,  3 en 4
+nakijken en verbeteren met een andere kleur!

Klaar = lezen in stilte
timer
15:00

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan de pv in een zin benoemen en de zinsdeelstrepen plaatsen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
  • weet je hoe je zinsdeelstrepen in een zin plaatst
  • weet je wat de persoonsvorm is en hoe je die kan vinden
  • heb je geoefend met het verdelen van een zin in zinsdelen 
  • het benoemen van de persoonsvorm



Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie:
Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
Wat kan nog iets beter?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Feedback
Wat vond je fijn/goed aan deze les?
Wat zou je liever anders zien?

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies