Station Lezen, zakelijke teksten BK2 perron 2

Lezen, zakelijke teksten, perron 2
De Rooi Pannen
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lezen, zakelijke teksten, perron 2
De Rooi Pannen

Slide 1 - Tekstslide

opdrachten uit het boek
maken: blz. 22
opdr. 1

Slide 2 - Tekstslide

Tekstdoelen
  • informeren
  • amuseren
  • instructie geven
  • overtuigen
  • activeren 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het tekstdoel van een stripboek?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Activeren

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een ingezonden brief?
A
informeren
B
amuseren
C
activeren
D
overtuigen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een reclame?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 6 - Quizvraag

opdrachten uit het boek
maken: blz. 22 t/m 24
opdr. 2 - 3 - 4

Slide 7 - Tekstslide

opdrachten uit het boek
maken: blz. 25 t/m 27
opdr. 5 - 6 - 7 - 8  

Slide 8 - Tekstslide

Het verschil tussen objectief en subjectief taalgebruik

Slide 9 - Tekstslide

Objectief is dus alleen met feiten en subjectief is met een mening.

Slide 10 - Tekstslide

Objectief en subjectief
  • Een tekst die als doel informeren heeft, is altijd objectief.
  • Een tekst die als doel amuseren heeft, is altijd subjectief.
  • Een tekst die als doel activeren heeft, is altijd subjectief.
  • Een tekst die als doel overtuigen heeft, is altijd subjectief.
  • Een tekst die als doel instructie geven heeft, is altijd objectief

Slide 11 - Tekstslide

Is deze zin objectief of subjectief?
Het is vandaag heerlijk weer.
A
objectief
B
subjectief

Slide 12 - Quizvraag

opdrachten uit het boek
lezen: blz. 28 uitleg objectief/subjectief

maken: blz. 27
opdr. 9 - 10

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

recensie
Als je nog wat meer wil weten of recensies, dan kun je het volgende filmpje zelfstandig kijken.
Doe dan wel je oortjes in, anders hebben anderen er last van.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

opdrachten uit het boek
lezen: blz. 29 uitleg recensie

maken: blz. 28 t/m 31
opdr. 11 - 12 - 13 - 14

Als je klaar bent, pak je een nakijkboekje. Je kijkt de opdrachten na en verbetert de fouten antwoorden met een rode pen. Ben je daarmee klaar, dan leg je het boekje terug en mag je gaan lezen.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is geen kenmerk van een recensie?
A
stap voor stap beschrijving
B
de mening van de schijver
C
beschrijving van bv. de film, het boek
D
argumenten die de mening onderbouwen

Slide 18 - Quizvraag

Staan in een recensie vooral feiten of vooral meningen?
A
feiten
B
meningen

Slide 19 - Quizvraag

Tekstverband: reden
Geeft een verklaring waarom iemand iets zegt of doet

Signaalwoorden:
want, omdat, daarom

Slide 20 - Tekstslide

opdrachten uit het boek
lezen: blz. 31 uitleg tekstverband reden


maken: blz. 31 + 32
opdr. 15 - 16

Slide 21 - Tekstslide

Tekstsoort: instructie
Bij een instructie wordt uitgelegd hoe je iets moet doen.

Tekstdoel instructie: 
instructie geven

Slide 22 - Tekstslide

Tekstsoort: instructie
Kenmerken:
- een stap voor stap beschrijving
- de stappen zijn genummerd of hebben opsommingstekens
- de zinnen beginnen met een werkwoord (gebiedende wijs)
- er staat vaak een plaatje bij ter verduidelijking
- bij sommige instructies staat een lijstje met spullen die je
   nodig hebt

Slide 23 - Tekstslide

opdrachten uit het boek
lezen: blz. 32 uitleg tekstsoort: instructie

maken: blz. 32 t/m 37
opdr. 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23

Slide 24 - Tekstslide

Het signaalwoord 'want' hoort bij het tekstverband...
A
reden
B
opsomming
C
voorbeeld
D
tegenstelling

Slide 25 - Quizvraag

Het signaalwoord 'daarom' hoort bij het tekstverband...
A
reden
B
opsomming
C
voorbeeld
D
tegenstelling

Slide 26 - Quizvraag

Het signaalwoord 'dus' hoort bij het tekstverband...
A
reden
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
conclusie

Slide 27 - Quizvraag

Het signaalwoord 'tenslotte' hoort bij het tekstverband...
A
reden
B
opsomming
C
voorbeeld
D
tegenstelling

Slide 28 - Quizvraag

Wat is geen kenmerk van een instructie?
A
stap voor stap beschrijving
B
stappen zijn genummerd
C
de mening van de schrijver staat erin
D
vaak een plaatje ter verduidelijking

Slide 29 - Quizvraag

Controle
Als je klaar bent, controleer je of je alle opdrachten van perron 2 gemaakt hebt. Zo niet, maak de opdrachten die nog niet gemaakt zijn. 

Als je klaar bent, mag je de online test jezelf perron 2 maken.

Slide 30 - Tekstslide