Les 1A 19 maart

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

•  Ik kan mijn familie voorstellen in het Frans 
• Ik weet hoe ik de "qu" uitspreek in het Frans 
• Ik weet hoe ik de"d","t","s","x","z"en"e" uitspreekt aan het eind ban het woord in het Frans 
• Ik kan iets vertellen over mijn familie en over eten en drinken

Le programme d'aujourd'hui: 

- Korte herhaling 

- Uitspraakworkshop 

- Opdracht : Iets vertellen over jou familie en over eten en drinken 

- werken aan je script/presentatiemateriaal 

Les objectifs/leerdoelen : 

Korte herhaling : 

 G doux (zachte g)

Uitspraak: als de "j" in "jour" (zoals in het Nederlands "journalist").

Wanneer? → Als g gevolgd wordt door de klinkers e, i, of y

Génération (generatie) — uitspraak: "jé-ne-ra-sjon"

G dur (harde g)

Uitspraak: zachter van de de Nederlandse "g" 

Wanneer? → Als g gevolgd wordt door de klinkers a, o, of u

Gâteau (taart) — spreek uit als "ga-to"

1. C doux (zachte c)

Uitspraak: als de "s" in "sap".

Wanneer? → Als c gevolgd wordt door de klinkers e, i, of y.

Voorbeelden C doux:

Cercle (cirkel) — spreek uit als "serkl"

 C doux (zachte c)

Uitspraak: als de "s" in "sap".

Wanneer? → Als c gevolgd wordt door de klinkers e, i, of y.

Cercle (cirkel) — spreek uit als "serkl"

C dur (harde c)

Uitspraak: als de "k" in "kat".

Wanneer? → Als c gevolgd wordt door de klinkers a, o, of u.

Carte (kaart) — spreek uit als "kart"

Accent aigu: 

é - deze klinker spreek je uit als een lange ee zoals in één.(été) 

Accent grave 

 è - Bij è wordt de klinker als de 'e' van 'elf' uitgesproken (chère)

 Uitspraak van "QU"

In het Frans wordt qu uitgesproken als [k]. De u die erop volgt, wordt bijna altijd geschreven maar niet uitgesproken.

Bijvoorbeeld:

qui → [ki]

quand → [kɑ̃]

quitter → [kite] 

Uitspraak van "s" 

Als de s aan het begin van een woord staat, wordt deze altijd uitgesproken als [s], zoals in het Nederlandse "sok".

Voorbeelden:

salut → [sa.ly] (hallo)

soupe → [sup] (soep)

Als de s in het midden van een woord wordt verdubbeld (ss), wordt deze altijd uitgesproken als [s], zoals in het Nederlandse "sok".

Voorbeelden:

classe → [klas] (klas)

poisson → [pwa.sɔ̃] (vis)

Als de s midden in een woord tussen twee klinkers staat, wordt deze uitgesproken als [z].

Voorbeelden:

maison → [mɛ.zɔ̃] (huis)

raison → [ʁɛ.zɔ̃] (reden)

Als de s midden in een woord tussen twee klinkers staat, wordt deze uitgesproken als [z].

Voorbeelden:

maison → [mɛ.zɔ̃] (huis)

raison → [ʁɛ.zɔ̃] (reden)

Bij een liaison wordt de s ook uitgesproken als [z] wanneer het gevolgd wordt door een klinker of een stomme h.

Voorbeelden:

les enfants → [lez‿ɑ̃.fɑ̃] (de kinderen)

nos amis → [no.z‿ami] (onze vrienden)

De s aan het eind van een woord wordt meestal niet uitgesproken.

Voorbeelden:

français → [fʁɑ̃.sɛ] (Frans)

temps → [tɑ̃] (tijd)

Wat is een laision? : een liaison is een verbinding van de laatste letter van een woord (meestal een medeklinker) met de eerste letter van het volgende woord, wanneer die letter een klinker of een stomme h is.

On va pratiquer ! 

Qui                                     Qualité

Serpent

Quatre

Maison

Raison

Question

Nos amis

Salut

Classe

Musique

Les enfants

Pousser

Quoi

Deux ans

Quel

d","t","s","x","z"en"e"  aan het eind van het woord 

d","t","s","x","z"en"e" spreek je gewoon niet uit aan het eind van het woord 

grand → [gʁɑ̃] (groot) :  let op ! (Grande)

chat → [ʃɑ] (kat)

table → [tabl] (tafel)

doux → [du] (zacht)

On va pratiquer ! 

pomme

cousins

plat

table

fromage

salade

frites

chat

nez

lait

parfait 

bordeaux 

Étape 1 : vertel iets over je familie en over eten en drinken. 

 Gebruik je boek of beantwoord de volgende vragen als hulpmiddel ! 

"Avec qui habites-tu ?" (Met wie woon je thuis?)

"Est-ce que tu as un frère ou une sœur ?" (Heb je een broer of een zus?)

Comment s'appelle ton frère/ta sœur ? (Hoe heet je broer/zus?)

Quel âge a ton frère/ta sœur ? (Hoe oud is je broer/zus?)

As-tu des animaux chez toi ? (Heb je huisdieren?)

Qu'est-ce que tu aimes manger ? (Wat vind je lekker om te eten?)

Qu'est-ce que tu détestes manger ? (Wat vind je niet lekker om te eten?)

Boek : blz 53/54, 92/93/94

Étape 2 : Gezamenlijke versie maken

Maak samen met je MC een gezamenlijke versie. 

vergelijk jullie individuele antwoorden.

Op basis van jullie antwoorden maken jullie één gezamenlijke versie. Dit betekent dat jullie het beste uit ieders antwoord halen, of samen tot een nieuwe versie komen.

Let goed op je uitspraak !

Étape 3 : Uitwisselen met andere groep

Als jullie gezamenlijke versie af is, wisselen jullie deze uit met een andere groep.

Iedere leerling gaat in een andere MC zitten en deelt daar zijn of haar versie.

Groep 1

Lara

Lyam

Morrison

Johnny

Rokus

Groep 2

Tahra

Juno

Jesper

Thom

Mik

Groep 3

Roos

Mara

Reimer

Casper

Stijn

Groep 4

Oscar

Saar

Amira

Rafke

Tijl

Groep 5

Abel S.

Aya

Douaa

Michelle

Mees

Groep 6

Abdel Nieuwhoff

Lena

Nova

Daan

Emirhan

 Werken  aan je script/presentatiemateriaal 

• Ik kan mijn familie voorstellen in het Frans 
• Ik weet hoe ik de "qu" uitspreek in het Frans 
• Ik weet hoe ik de"d","t","s","x","z"en"e" uitspreekt aan het eind ban het woord in het Frans 
• Ik kan iets vertellen over mijn familie en over eten en drinken

Huiswerk : 

(Af)maken: onderdeel 2 script presentatie: vertellen over mijn familie en over eten en drinken

Les objectifs/leerdoelen :