Les 2 Module 1 Schaarste geld en handel

Even nakijken
Kijk het huiswerk na.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Even nakijken
Kijk het huiswerk na.

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les

- Behoefte

- Middelen zorgen voor schaarste

- Alternatief aanwendbaar

- Kosten en baten analyse


- Budgetlijn

Bespreken van huiswerkopdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 2

- Je kunt uitleggen dat een ruil tot stand komt als deze wederzijds voordeel oplevert.

- Je kunt het wederzijds voordeel van een ruil berekenen met de ruilverhouding.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wederzijds voordeel
Ruil: komt tot stand wanneer beide partijen er baat bij hebben.
Zo ontstaat er wederzijds voordeel.

Autarkie: Autarkie of gesloten staatshuishouding (in de economische wetenschap ook een gesloten economie genoemd) is het (al dan niet economisch) streven om zo min mogelijk afhankelijk te zijn van anderen. Zelfverzorging of zelfvoorziening zijn synoniemen voor dit streven, zelfvoorzienendheid voor de toestand van autarkie. zelfvoorzienendheid voor de toestand van autarkie.

Ruilverhouding: De ruilverhouding is de waarde van het ene middel uitgedrukt in het aantal eenheden van een ander middel.

Slide 5 - Tekstslide

Eigendomsrechten. transactiekosten en instituties.
Eigendomsrecht: De wettige eigenaar van een middel is vastgelegd hierin. Kassabon.

Patent of octrooi: Eigendomsrechten kunnen ook betrekking hebben op een idee of een creatieve uiting. In dit geval wordt het zo genoemd.

Slide 6 - Tekstslide

Eigendomsrechten. transactiekosten en instituties.
Intellectuele eigendomsrechten (auteursrechten): Creatieve uitingen zoals muziek, beeldende kunst en literatuur worden hierdoor beschermd. 

Transactiekosten: Kosten die gemaakt worden voor het maken van een wederzijdse ruil. 

Slide 7 - Tekstslide

Chartaal geld
Contant geld.

Slide 8 - Tekstslide

Giraal Geld
- Geld wat op een rekening staat, bankpassen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Vier technische vereisten geld

- Geld moet deelbaar zijn

- Geld moet handzaam zijn

- Geld moet duurzaam zijn

- Geld mag niet gemakkelijk na te maken zijn

Slide 11 - Tekstslide

Maken opdrachten
Opdrachten 1 t/m 4 blz. 23 en 24
1 t/m 11 blz. 30, 31, 32 en 33.

Slide 12 - Tekstslide