Par 4.2 Gevolgen van migratie

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wie is een arbeidsmigrant?
A
Een Rus die werkt bij de bloemenveiling.
B
Een Italiaanse toerist in Amsterdam.
C
Een Afghaan die naar Nederland is gevlucht.
D
Een Nederlander die werkt bij de Starbucks.

Slide 4 - Quizvraag

Hoe heet jet wanneer je gezin later naar Nederland komt?
A
Gezinsvorming
B
Gastarbeiders
C
Gezinshereniging
D
heeft geen naam

Slide 5 - Quizvraag

Wat is migratie?
A
verhuizen binnen eigen land
B
afscheiding van groepen
C
verhuizen over een bepaalde grens
D
vluchten voor een natuurramp

Slide 6 - Quizvraag

De echtgenoot van een migrant komt samen met de kinderen naar het land waar die migrant nu woont, zodat het gezin weer samenwoont.
Dit is ...
A
Gezinshereniging
B
Gezinsvorming

Slide 7 - Quizvraag

Tussen 1820 en 1920 verhuisden veel Europeanen naar de V.S. Kies het juiste antwoord. Wat was een kenmerk van deze groep?
A
Slaven
B
Kennismigranten
C
Arbeidsmigranten
D
Seizoensmigranten

Slide 8 - Quizvraag

Groen, rust, meer ruimte. Dit zijn voorbeelden van
A
vertrekredenen
B
vestigingsredenen.

Slide 9 - Quizvraag

Hoogopgeleide migrant die naar een ander land gaat om daar te werken
A
vluchteling
B
kennismigrant
C
gastarbeider
D
asielzoeker

Slide 10 - Quizvraag

Vertrekredenen
Vestigingsredenen
Mogelijkheid om te studeren
Welvaart
Werkgelegenheid
Vruchtbare grond
Religieuze vrijheid
Hongersnood
Droogte
Werkloosheid
Armoede

Oorlog

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Video

Wat viel je op aan het filmpje?

Slide 13 - Open vraag

Zoek een foto van typisch Nederlandse cultuur

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een multiculturele samenleving?


A
Wanneer mensen uit dezelfde cultuur met elkaar samenleven.
B
Wanneer mensen uit verschillende culturen met elkaar een conflict hebben.
C
Wanneer mensen uit verschillende culturen gescheiden van elkaar leven samenleven.
D
Wanneer mensen uit verschillende culturen met elkaar samenleven.

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Wat is segregatie?


A
Het apart wonen of leven van bevolkingsgroepen met bepaalde kenmerken in bepaalde wijken.
B
Het bij elkaar wonen of leven van bevolkingsgroepen met bepaalde kenmerken in bepaalde wijken.
C
Het apart wonen of leven van bevolkingsgroepen met dezelfde kenmerken in bepaalde wijken.
D
Het apart wonen of leven van bevolkingsgroepen met bepaalde kenmerken in dezelfde wijk.

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

braindrain


A
Het vertrek van laagopgeleide jonge mensen naar het buitenland.
B
Het vertrek van goedopgeleide oudere mensen naar het buitenland.
C
Het vertrek van goedopgeleide jonge mensen naar het buitenland.
D
De komst van goedopgeleide jonge mensen in jouw land.

Slide 22 - Quizvraag

Wie is een arbeidsmigrant?
A
Een Rus die werkt bij de bloemenveiling.
B
Een Italiaanse toerist in Amsterdam.
C
Een Afghaan die naar Nederland is gevlucht.
D
Een Nederlander die werkt bij de Starbucks.

Slide 23 - Quizvraag

Hoe heet jet wanneer je gezin later naar Nederland komt?
A
Gezinsvorming
B
Gastarbeiders
C
Gezinshereniging
D
heeft geen naam

Slide 24 - Quizvraag

Wat is migratie?
A
verhuizen binnen eigen land
B
afscheiding van groepen
C
verhuizen over een bepaalde grens
D
vluchten voor een natuurramp

Slide 25 - Quizvraag

De echtgenoot van een migrant komt samen met de kinderen naar het land waar die migrant nu woont, zodat het gezin weer samenwoont.
Dit is ...
A
Gezinshereniging
B
Gezinsvorming

Slide 26 - Quizvraag

Groen, rust, meer ruimte. Dit zijn voorbeelden van
A
vertrekredenen
B
vestigingsredenen.

Slide 27 - Quizvraag

Vertrekredenen
Vestigingsredenen
Mogelijkheid om te studeren
Welvaart
Werkgelegenheid
Vruchtbare grond
Religieuze vrijheid
Hongersnood
Droogte
Werkloosheid
Armoede

Oorlog

Slide 28 - Sleepvraag

Huiswerk
Maken Par 4.2

Slide 29 - Tekstslide