Reinaert de Vos - les 8 (laatste hoofdstuk)

Middeleeuwse
literatuur

Reinaert de Vos


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Middeleeuwse
literatuur

Reinaert de Vos


Slide 1 - Tekstslide

Planning
Volgende week woensdag (18 mei): toets Reinaert.
Wat moet je kennen? Het verhaal en de context.
  • Deze hoofdstukken: 1, 2, 3, 5, 6, 7, 9.
  • Deze opdrachten: A1, 2, 3, 8, 9, 10, 14, 15, 16, 28, 29, 35, B37, A40, 41, B43, 44, A52, 53, 63, 64, 65.
De vragen helpen je om het verhaal te begrijpen. Op de toets krijg je soortgelijke vragen. 

Slide 2 - Tekstslide

In deze les...
Nog 6 lessen = 1 hoofdstuk per les. 
In de les: zelf lezen en werken. Aan het einde van de les korte bespreking/ check van het hoofdstuk.

Dit blokuur: hoofdstuk 3 en 5.

Slide 3 - Tekstslide

Aan de slag
Lees hoofdstuk 9 (blz. 76-87). Dit is een verhaalhoofdstuk.
Beantwoord vraag A52, 53, 63, 64, 65.. (Werk alles uit in één document).

De vragen 63-64-65 bespreken we het tweede uur.

Zo meteen: quiz hoofdstuk 7-9.

Slide 4 - Tekstslide

Quiz

Slide 5 - Tekstslide

Wie is de rechter in de Reinaert?
A
Nobel
B
Courtois
C
Isengrijn
D
Grimbeert

Slide 6 - Quizvraag

Welke straf dreigt er voor Reinaert?
A
Vierendelen
B
De galg
C
Boetetocht naar Rome
D
100 stokslagen

Slide 7 - Quizvraag

Wat vertelt Reinaert de koning en koningin waardoor hij onder de straf vandaan wil komen?
A
Dat het de schuld van Isengrijn is dat hij nu zo bloeddorstig is.
B
Dat Reinaerts familieden een moordaanslag op de koning wilden plegen.
C
Dat hij ergens een schat verborgen heeft.
D
Dat hij op bedevaart wil naar Jeruzalem.

Slide 8 - Quizvraag

Wat krijgt Reinaert mee op zijn pelgrimstocht?
A
Belijn de ram en Hersint de wolf
B
Tibeert de kater en Cuwaert de haas
C
Belijn de ram en Cuwaert de haas
D
Tibeert de kater en Firapeel de luipaard

Slide 9 - Quizvraag

Wat stelt Firapeel de luipaard voor?
A
Dat de familie van Reinaert vogelvrij verklaard wordt.
B
Dat ze Reinaert opzoeken en alsnog ophangen.
C
Dat Bruun en Tibeert gecompenseerd worden.
D
Dat de koning wordt afgezet en hijzelf koning wordt.

Slide 10 - Quizvraag

Aan de slag
Maak vraag 64 (gaat over het hele verhaal).




timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 64

Slide 12 - Open vraag

Vraag 64
In de Reinaert komen verschillende standen zwaar onder vuur te liggen. Werk per stand uit welke kritiek naar voren wordt gebracht en geef aan hoe je aan die informatie komt.
 


Slide 13 - Tekstslide

Vraag 64
Adel: is corrupt en geldgierig (Nobel en Gente vergeven Reinaert uit begeerte naar de schat); is vraatzuchtig, dom en gevoelig voor vleierij (Bruun); 
maakt misbruik van macht (Nobel zet Belijn onder druk om de mis op te dragen, Firapeels advies aan Nobel).
Geestelijkheid: houdt zich niet aan de kerkelijke voorschriften wat betreft celibaat en kuisheid (pastoor-Julocke en Belijn-HaWij); 
is dom, belust op status, gevoelig voor vleierij, laat zich imponeren door de adel (Belijn); maakt misbruik van de aflaat (pastoor die mensen zijn vrouw wil laten redden).
Boeren/dorpelingen: worden als dom, lomp, misvormd, seksbelust en wreed afgeschilderd (in de stukken op Lamfroits erf als ze Bruun in elkaar meppen).


Slide 14 - Tekstslide

Verder deze les:
Zelf leren.



Opdrachten bespreken.

Vragen stellen.

Slide 15 - Tekstslide

Hoe heette de vrouw van de pastoor?
A
Hersint
B
Vrouwe Vuulmaerte
C
Julocke
D
Vrouwe Ogerne

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de zwaarste kerkelijke straf?
A
boetedoening
B
pelgrimstocht naar Jeruzalem
C
veertig stokslagen
D
pauselijke ban

Slide 17 - Quizvraag

Hoe ontsnapte Tibeert?
A
hij viel in de rivier en de dorpsbewoners gingen de vrouw van de pastoor redden
B
hij sprong in de rivier en sleurde de pastoor en de dorspbewoners mee
C
hij beet de ballen van de pastoor eraf, waardoor de vrouw en kinderen van de pastoor stopten met vechten
D
hij sloeg de vrouw van de pastoor zo hard dat ze buiten westen raakte en iedereen zich over haar ontfermde

Slide 18 - Quizvraag

Wanneer in het jaar was er vaak hofdag?
A
in het najaar
B
rond Pinksteren
C
rond Pasen
D
in de maand mei

Slide 19 - Quizvraag

Wat was de klacht van Pancer?
A
Reinaert had een worst gestolen.
B
Reinaert had zijn vrouw verkracht.
C
Reinaert had een moordaanslag op Cuwaert gepleegd.
D
Reinaert had Coppe vermoord.

Slide 20 - Quizvraag

Aan welke eis(en) moest een klacht voldoen om rechtsgeldig te zijn?
A
De klacht mocht over iets kleins of groots gaan, maar het moest wel niet langer dan een jaar geleden gebeurd zijn.
B
De klacht moest over iets gaan wat echt bewezen kon worden.
C
De klacht moest uitgesproken worden met de verdachte erbij.

Slide 21 - Quizvraag

Door wie werd Reinaert gedaagd? (Noem de namen in de goede volgorde, gescheiden door komma's)

Slide 22 - Open vraag

We lezen verder..
Blz. 79, regel 3115.




Slide 23 - Tekstslide

blz. 76 t/m 84
  • Reinaert -> pelgrimstocht -> en laarzen en tas van Cuwaert en Bruun
  • Reinaert gaat met Belijn (Ram) en Cuwaert (Haas) naar Maupertuus
  • Belijn blijft buiten staan en Reinaert bijt hoofd van Cuwaert eraf
  • Stopt het hoofd in tas
  • Als Belijn vraagt waar Cuwaert blijft zegt Reinaert dat hij een brief in de tas heeft gedaan en dat hij die aan de koning mag geven.
  • Als Belijn weggaat vlucht Reinaert met gezin naar andere wildernis
  • Botsaert de klerk vindt het hoofd van Cuwaert in de tas




Slide 24 - Tekstslide

blz. 85 t/m 87
  • Firapeel luipaard zorgt voor oplossing om chaos aan het hof op te lossen
  1. Isegrijn de wolf, Bruun de beer worden vrijgelaten en krijgen samen met vrouw Hersint excuses en krijgen Belijn de ram als genoegdoening en mogen hem en zijn familie najagen en doden.
  2. Iedereen zal Reinaert en zijn verwanten achtervolgen, hem vangen en aan zijn keel ophangen zonder vonnis
  • Bruun en Isegrijn sluiten zo vrede met de koning

Slide 25 - Tekstslide

Het einde..
B
I
W
L
L
E
M
e
Wat is de literaire term hiervoor? 

Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeldvraag

Slide 27 - Tekstslide