Nieren quiz

 Nieren 
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

 Nieren 

Slide 1 - Tekstslide

Verbind het mysterie met het juiste land
Engeland
Schotland
Verenigde Staten
Frankrijk
Monster van Loch Ness
Dansplaag van 1518
Area 51
Stonehenge

Slide 2 - Sleepvraag

Japan
Rusland
China
Canada

Slide 3 - Sleepvraag

Waarom hebben vrouwen vaker last van UWI dan mannen?
Tekst

Slide 4 - Open vraag

Waar woont de kerstman? Sleep hem daar naar toe!

Slide 5 - Sleepvraag

verschil lengte urinebuis man en vrouw

Slide 6 - Tekstslide

Dit gedeelte vangt de urine op.
A
Nierbekken
B
Nierschors
C
Niermerg
D
Nierslagader

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de grootste stad ter wereld?
A
Mumbai
B
Beijing
C
Tokyo
D
New York

Slide 8 - Quizvraag

Waar komen deze personen oorspronkelijk vandaan?
Italië
Armenië
Canada
Barbados

Slide 9 - Sleepvraag

Waar ligt Klein-Zanikem?
A
Vlakbij Amsterdam
B
Nergens, dit dorp bestaat niet
C
Friesland
D
Overijssel

Slide 10 - Quizvraag

In de nefronen van je nieren vindt filtratie, osmose en resorptie plaats.
Op welke plaats in een nefron is de filtratie?
A
Glomerulus
B
nierbekken
C
nierkanaaltje
D
verzamelbuisje

Slide 11 - Quizvraag

Nefron: waardoor gaat het water terug het bloed in?
A
Speciale kanaaltjes pompen het terug naar de bloedvaten.
B
Omdat de concentratie opgeloste stoffen in het bloed hoger is dan in het nierkanaaltje.
C
Omdat de concentratie opgeloste stoffen in het bloed lager is dan in het nierkanaaltje.
D
Omdat de bloeddruk het er uit drukt.

Slide 12 - Quizvraag

Dit is een nefron. Hoe noemen we het proces dat tussen nr. 1 en 2 plaatsvindt?
A
Terugresorptie
B
Secretie
C
Ultrafiltratie
D
Excretie

Slide 13 - Quizvraag

9. In welk gedeelte van een nefron (niereenheid) word ervoor gezorgd dat er zo veel mogelijk water uit de voorurine terugresorbeerd, zodat er slechts kleine hoeveelheden urine produceerde?
A
In de Lis van Henle (Nierkanaaltjes)
B
In het nierkapsel (Kapsel van Bowman)
C
in de (urine)blaas
D
in het nierbekken

Slide 14 - Quizvraag

Verbind de juiste namen bij de onderdelen van de nier.
Nierschors
Urineleider
Nierslagader
Nierbekken
Nierader
Niermerg

Slide 15 - Sleepvraag

Waar monden de verzamelbuizen in uit?
A
Het nierbekken
B
De Urineleider
C
Het kapsel van Bowman
D
De urineblaas

Slide 16 - Quizvraag

hoe werkt ADH?

Slide 17 - Tekstslide

Verenigde Staten
Brazilië
Spanje
Australië

Slide 18 - Sleepvraag

Welk orgaan maakt ADH?
A
hypothalamus
B
hypofyse
C
nier
D
bijnier

Slide 19 - Quizvraag

Welk record is dit jaar in Nederland behaald?
A
Warmste dag van maart ooit (26,1 graden)
B
Warmste dag van juli ooit (36,8 graden)
C
Koudste dag van februari ooit (-18 graden)
D
Koudste dag van september ooit (-2 graden)

Slide 20 - Quizvraag

Welk land ligt niet in Europa?
A
Moldavië
B
Montenegro
C
Armenië
D
Roemenië

Slide 21 - Quizvraag

Wat is géén bestaande wet in de VS?
A
Worstelen met een beer is verboden (Alabama)
B
Kippen mogen niet de straat oversteken (Georgia)
C
Je mag je krokodil alleen op vrijdag meenemen naar school (Texas)
D
Bingo mag niet langer dan 5 uur duren (North Carolina)

Slide 22 - Quizvraag

Veel ADH zorgt voor...
A
donkere urine
B
lichte urine

Slide 23 - Quizvraag

Delft
Breda
Utrecht
Groningen

Slide 24 - Sleepvraag

Welke bepaling geeft informatie over de nierfunctie?
A
BSE
B
Glucose
C
Kreatinine
D
Bilirubine

Slide 25 - Quizvraag

Stap 1:
Stap 2:
Stap 3:
Stap 4:
Stap 5:
Stap 6:
Stap 7:
Sensoren in de  hypofyse registeren een te hoge osmotische waarde (te weinig water in bloed).

De hypofyse wordt hierdoor gestimuleerd om ADH te maken.

Via de achterkwab komt ADH in het bloed.

ADH bereikt de nieren en nieren gaan minder water uitscheiden.

De osmotische waarde van het bloed daalt.

Sensoren in de hypofyse registeren de lagere osmotische waarde.

De hypothalamus wordt geremd in de afgifte van ADH.

Slide 26 - Sleepvraag

Als je heel zoute drop gegeten hebt, krijg je dan veel of weinig ADH in je bloed? Waarom?
A
Veel ADH want dat stimuleert de uitscheiding van water
B
Veel ADH want dat remt de uitscheiding van water
C
Weinig ADH want dat stimuleert de uitscheiding van water

Slide 27 - Quizvraag

Welke van deze plaatsnamen bestaat niet echt in Nederland?
A
Muggenbeet
B
Muizenhol
C
Hongerige Wolf
D
Hondenkop

Slide 28 - Quizvraag

nierinsufficiëntie

Slide 29 - Woordweb

Zet de landen bij de juiste munt neer
Dollar
Dinar
Peso
Kroon
Verenigde Staten
Australië
Zweden
IJsland
Mexico
Cuba
Algerije
Irak

Slide 30 - Sleepvraag

Wat is waar over China?
A
Kerst vieren is illegaal
B
In elk huis hangt een camera van de overheid
C
Winnie de Poeh is verboden
D
Voor je gaat eten moet je eerst het volkslied zingen

Slide 31 - Quizvraag

Welk record is er dit jaar gehaald in Europa?
A
Hoogste temperatuur ooit (48,8 graden)
B
Grootste overstroming ooit
C
Langste periode van regenval ooit
D
Laagste temperatuur ooit (-58,1 graden)

Slide 32 - Quizvraag

Groot-Brittannië
Duitsland
Frankrijk
Italië

Slide 33 - Sleepvraag

Welke substantie vind je wel in het ultrafiltraat (voorurine) maar niet in urine?
A
Glucose
B
Eiwitten
C
Hormonen
D
Water

Slide 34 - Quizvraag

Spaans
Engels
Portugees
Nederlands
Brazilië
Suriname
Filipijnen
Mexico

Slide 35 - Sleepvraag

Bloedplasma bevat eiwitten, urine normaal gesproken niet. Hoe komt dat?
A
Eiwitten worden actief teruggeresorbeerd uit voorurine
B
Eiwitten verlaten de voorurine passief door diffusie
C
Eiwitten worden door ADH teruggeresorbeerd
D
Eiwitten zijn te groot om via ultrafiltratie in de voorurine te komen

Slide 36 - Quizvraag

Zet de landen in de juiste volgorde van dichtbij naar ver weg (vanuit Nederland)
1.
2.
3.
4.
IJsland
Algerije
Rusland
Turkije

Slide 37 - Sleepvraag

Welke drie symptomen passen bij het nefrotisch syndroom?
-Open vraag-
timer
1:00

Slide 38 - Open vraag

Waar is dit jaar géén vulkaanuitbarsting geweest?
A
Indonesië
B
Nederlandse Antillen
C
IJsland
D
Canarische Eilanden

Slide 39 - Quizvraag

Met welk cijfer wordt op deze dwarsdoorsnede een nier aangegeven?
A
3
B
4
C
5
D
de nier staat er niet bij

Slide 40 - Quizvraag

Hoe zie je aan de labuitslag dat er sprake is van nierinsufficiëntie?

Slide 41 - Open vraag

Slide 42 - Tekstslide

Wat is géén bestaande verklaring voor het mysterie rondom de Bermudadriehoek?
A
De aanwezigheid van grote methaanvoorraden in de zee
B
Veranderingen in het aardmagnetisch veld
C
Het feit dat daar nou eenmaal veel vliegtuigen en schepen langskomen
D
Een geheime opslag voor nucleaire wapens vanuit de Koude Oorlog

Slide 43 - Quizvraag