9.5 De rechtszaak

9.5 De rechtszaak
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

9.5 De rechtszaak

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Intro (5 min): lesdoelen
Uitleg (10 min): Stappen & rollen.
Simulatie (20 min): Rollenspel.
Reflectie (10 min): Vonnis bespreken.
Afsluiting (5 min): Samenvatting.

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. Ik kan uitleggen hoe een strafproces verloopt, inclusief de rollen van betrokkenen zoals de officier van justitie, de rechter en de advocaat, en welke vragen de rechter moet beantwoorden.
  2. Ik kan uitleggen wat ontoerekeningsvatbaarheid betekent, wat de gevolgen daarvan zijn, en het verschil tussen strafrecht voor volwassenen en het jeugdstrafrecht.

Slide 3 - Tekstslide

Het strafproces
  1. De verdachte ontvangt een dagvaarding.
  2. De officier van justitie leest de aanklacht voor.
  3. Getuigen worden gehoord.
  4. De advocaat verdedigt de verdachte.
  5. De rechter doet uitspraak (vonnis).

Slide 4 - Tekstslide

De vragen die de rechter moet stellen:
  1. Is het een strafbaar feit?
  2. Heeft de verdachte het gedaan?
  3. Is de verdachte strafbaar?

Slide 5 - Tekstslide

ontoerekeningsvatbaar
Als iemand een psychische stoornis heeft, heeft hij geen schuld. Dit noemen we ontoerekeningsvatbaar. 

Slide 6 - Tekstslide

Jeugdstrafrecht voor jongeren tussen 12 en 18 jaar
Jongeren tussen 12 en 18 jaar die een zwaar misdrijf plegen vallen onder het jeugdstrafrecht. Dit strafrecht houdt rekening met hun leeftijd en ontwikkeling.

Het doel is niet alleen straffen, maar ook leren en terugkeren in de maatschappij. Straffen kunnen bijvoorbeeld zijn:
  • Jeugddetentie (gevangenisstraf)
  • Taakstraffen
  • Begeleiding/behandeling (bijvoorbeeld door een psycholoog).

Bij zeer ernstige misdrijven kan voor jongeren van 16 en 17 jaar het volwassen strafrecht worden toegepast, wat zwaardere straffen mogelijk maakt.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Rollenspel
  • De rechter opent de zitting
Legt uit waar de zaak over gaat.
  • De officier van justitie leest de aanklacht voor
Vertelt wat de verdachte zou hebben gedaan.
  • De advocaat verdedigt de verdachte
Probeert te bewijzen waarom de verdachte onschuldig is of een lichtere straf verdient.
  • De getuigen geven hun verklaring
Vertellen wat ze hebben gezien of gehoord.
  • De verdachte komt aan het woord
Geeft zijn/haar kant van het verhaal.
  • De rechter stelt vragen
Aan iedereen die betrokken is.
  • De rechter doet uitspraak
Beslist of de verdachte schuldig is en welke straf wordt opgelegd.
  • De klas reflecteert
Bespreek of het vonnis eerlijk was.

Klaar om aan de slag te gaan? 🎯

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld: 

Slide 10 - Tekstslide

Casus
 "Vandaag behandelen we de zaak van Sam, die wordt beschuldigd van het stelen van een fiets. Laten we eerst luisteren naar de aanklacht."

Slide 11 - Tekstslide

  • Rechter: leidt het proces en neemt de uiteindelijke beslissing.
  • Officier van justitie: leest de aanklacht voor en eist een straf.
  • Advocaat: verdedigt Sam en probeert te bewijzen dat hij onschuldig is.
  • Verdachte: speelt Sam en vertelt zijn kant van het verhaal.
  • Getuige(n): vertelt wat hij/zij heeft gezien (bijvoorbeeld een omstander).
  • De rest van de klas is de jury, die na afloop mee mag nadenken over de eerlijkheid van het vonnis.

Slide 12 - Tekstslide

Het Proces Naspeleen (10-15 min)
  • Stap 1: Opening door de rechter: De rechter opent de zaak en legt uit wat er gaat gebeuren: "Vandaag behandelen we de zaak van Sam, die wordt beschuldigd van het stelen van een fiets. Laten we eerst luisteren naar de aanklacht."
  • Stap 2: Aanklacht door de officier van justitie: De officier van justitie leest de aanklacht voor, legt uit wat er volgens de wet strafbaar is en stelt een straf voor. Bijvoorbeeld: "Sam heeft een fiets gestolen. De eigenaar wil de fiets terug. Ik eis een taakstraf van 10 uur."
  • Stap 3: Verdediging door de advocaat: De advocaat verdedigt Sam : Bijvoorbeeld: "Sam dacht dat de fiets gratis was en heeft de eigenaar niet expres schade willen berokkenen."
  • Stap 4: Getuigen horen: Getuigen vertellen wat ze hebben gezien. Dit kan in Sam’s voordeel of nadeel zijn.
  • Stap 5: Verdachte aan het woord: Sam krijgt de kans om zijn kant van het verhaal te vertellen en eventueel spijt te betuigen.
  • Stap 6: Juryvragen en vonnis door de rechter: De rechter vraagt de jury (de rest van de klas): "Vinden jullie Sam schuldig? Wat zouden jullie een passende straf vinden?"
  • De rechter beslist uiteindelijk het vonnis.

Slide 13 - Tekstslide

Situatie:
Een 16-jarige leerling, Lisa, wordt beschuldigd van het vernielen van een fiets op het schoolplein. De eigenaar van de fiets, Tom, zegt dat hij Lisa zag trappen tegen zijn fiets nadat ze ruzie hadden gekregen. Lisa ontkent de schade bewust te hebben veroorzaakt en zegt dat ze per ongeluk tegen de fiets is gestoten tijdens het weglopen. Beveiligingscamera’s hebben het incident niet goed vastgelegd.

Feiten:
De fiets heeft een kapot wiel en een verbogen frame.
Lisa en Tom hadden eerder die dag een discussie over een verloren telefoon.
Lisa heeft geen eerdere strafbare feiten gepleegd.

Stappen
Opening: Rechter opent de zitting en legt de zaak uit.
Aanklacht: Officier van justitie leest de aanklacht voor.
Verdediging: Advocaat verdedigt de verdachte.
Getuigen: Getuigen vertellen wat ze hebben gezien of gehoord.
Verdachte: Verdachte geeft zijn/haar kant van het verhaal.
Vragen: Rechter stelt vragen aan de betrokkenen.
Vonnis: Rechter beslist of de verdachte schuldig is en welke straf wordt opgelegd.
Reflectie: Bespreek of het vonnis eerlijk was met jury




Slide 14 - Tekstslide