- Het voltooid deelwoord geeft aan dat iets is afgelopen
(voltooid).
- In een zin met een voltooid deelwoord staat altijd een vorm
van hebben, worden of zijn.
- Het voltooid deelwoord begint vaak met ge-, be- of ver-.
- Je vindt het voltooid deelwoord vaak aan het eind van een zin.
bijv: Wij hebben toen hard gelachen.