Cours 17 février (7) P3

Aujourd’hui
Ik ken de présent van aller, avoir, être, faire en prendre
Ik ken de passé composé van aller, avoir, être, faire en prendre
Ik kan de imparfait maken van alle de meestvoorkomende Franse werkwoorden. 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Aujourd’hui
Ik ken de présent van aller, avoir, être, faire en prendre
Ik ken de passé composé van aller, avoir, être, faire en prendre
Ik kan de imparfait maken van alle de meestvoorkomende Franse werkwoorden. 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Ik heb
A
J’ai
B
Je vais
C
Je fais
D
Je suis

Slide 3 - Quizvraag

Men heeft gehad
A
Nous avons avoiré
B
Nous avons eu
C
On a eu
D
On a avoiré

Slide 4 - Quizvraag

Jullie hadden
A
Vous avez eu
B
Vous auriez
C
Vous aviez
D
Elles avaient

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Hij is
A
Il es
B
Il sont
C
Il est
D
Elle sont

Slide 7 - Quizvraag

Zij (mmv) waren
A
Ils sommaient
B
Ils étaient
C
Ils seront
D
Ils ont été

Slide 8 - Quizvraag

Zij (vmv) zijn geweest
A
Elles sont étée
B
Elles ont été
C
Ils sont été
D
Il ont été

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Zij is gegaan
A
Elle est allée
B
Elle est allé
C
Elles sont allées
D
Elle allais

Slide 11 - Quizvraag

Ik ga
A
Je fais
B
Je va
C
J’alle
D
Je vais

Slide 12 - Quizvraag

Marius ging
A
Marius allait
B
Marius allais
C
Marius allaient
D
Marius allonsais

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Mijn ouders doen
A
Mes parents vont
B
Mes parents font
C
Mes parents fairent
D
Mes parents faisaient

Slide 15 - Quizvraag

Maak jij?
A
Tu fais ?
B
Tu vais ?
C
Tu vas ?
D
Tu fait ?

Slide 16 - Quizvraag

Wij maakten
A
Nous faisons
B
Nous faisions
C
Nous fairons
D
Nous fairions

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

We nemen
A
On prend
B
On prenons
C
On prends
D
On prendons

Slide 19 - Quizvraag

U nam
A
Vous prenaient
B
Ils prenaient
C
Vous preniez
D
Vous prendriez

Slide 20 - Quizvraag

Marie et Laure hebben genomen
A
M et L ont prise
B
M et L sont prise
C
M et L ont prené
D
M et L ont pris

Slide 21 - Quizvraag

Devoirs
Leer de werkwoorden (gebruik eventueel Verbuga.eu)
Faire : Écouter 9, 12, 13, 14
Apprendre: Apprendre 1 FN-NF, 2 FN, 4 FN

Slide 22 - Tekstslide