7.1 Nieuwe ideeën over samenleven

7.1 Nieuwe ideeën over samenleven
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

7.1 Nieuwe ideeën over samenleven

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt het ontstaan van verlichte ideeën beschrijven en verklaren.
Je kunt meerdere verlichte ideeën benoemen en uitleggen (o.a. Trias Politica, het sociaal contract, mensenrechten enzovoort).
Je kunt verklaren waarom verlichte denkers belang hechten aan onderwijs en de verspreiding van kennis.
Je kunt met voorbeelden uitleggen wat verlicht absolutisme inhoudt

Slide 2 - Tekstslide

Lesvolgorde
Moeilijke woorden 7.1
Uitleg 7.1
Vragen
Huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Moeilijke woorden?

Slide 4 - Woordweb

Ontstaan verlichte idealen
  • Oorsprong: renaissance (wetenschappelijke belangstelling, kritisch denken) en wetenschappelijke revolutie (‘rationeel’ optimisme door wetenschappelijke ontdekkingen)
  • De 18e eeuw betere en eerlijker samenleving door rationeel optimisme
  • Filosofen stelden vragen over de macht van de vorst en de kerk (die macht werd in twijfel getrokken).

Slide 5 - Tekstslide

Ideeën ancien regime (oude regime)
  • Traditie: het is al eeuwenlang zo, het zal wel zo horen.
  • Vorst door God aangesteld (droit divine= goddelijk recht)  

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Ideeën filosofen
  • Zoals er natuurwetten bestaan (kookpunt water), zo gelden er ook natuurlijke rechten voor iedereen. 
  • Voorbeelden: mensenrechten, zoals vrijheid van meningsuiting.
  • Natuurlijke rechten zouden zorgen voor meer gelijkheid tussen mensen.

Slide 8 - Tekstslide

De verlichting
Kernidee: mens kan door rationeel denken (gebruik van de rede) zichzelf en de samenleving begrijpen en verbeteren.
Definitie: Immanuel Kant in “Was ist Aufklärung?”(1784)
Motto: sapere aude! (Durf te denken!)

Slide 9 - Tekstslide

Verlichte filosofen
  • Montesquieu (1689-1755)
  • Macht bij één persoon leidt tot machtsmisbruik en onderdrukking
  • De l’esprit de lois (1748): trias politica; machtenscheiding tussen wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht (Gaf garantie dat iedereen gelijk werd behandeld)
  • Wie de bestuurders zouden moeten zijn vond hij minder belangrijk

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Verlichte ideeën
Voltaire (1694-1778)
Franse schrijver, tegenstander van godsdienstig fanatisme en intolerantie.
Deïsme: heelal gemaakt door opperwezen als een ‘horlogemaker’, sinds het af is verloopt alles volgens vaste wetten, Het opperwezen (god) kijkt er niet meer naar om.
Inzicht door onderzoek en gebruik van het verstand

Slide 12 - Tekstslide

Verlichte ideeën
Voltaire keek neer op het volk en moest niets van democratie hebben; hij was voorstander van een absolute vorst (die vrijheid van denken garandeerde, de macht van de kerk beperkte en de vooruitgang bevorderde).



Slide 13 - Tekstslide

Verlicht despotisme
Veel vorsten hielden vast aan het absolutisme (Lodewijk XV! Frankrijk) regeringsvorm van ancien regime.
Verlicht despotisme voorbeeld: Frederik II van Pruisen.
Alles voor het volk, maar niets door het volk. Koning Frederik II bepaalde wat goed was voor het volk.
Wel sociaal contract, maar het volk mocht hem niet afzetten vond hij.

Slide 14 - Tekstslide

Koning Frederik II van Pruisen

Slide 15 - Tekstslide

Verlichte ideeën
John Locke (1632-1704)
Burgers hebben ‘natuurlijke rechten’ regeringen  moesten die garanderen (recht op leven, vrijheid en bezit)
Regeringen zijn gebaseerd op sociaal contract met burgers; houden regeringen zich daar niet aan, dan mogen burgers in opstand komen
Dus: vorst staat niet boven de wet, maar heeft de taak het volk te beschermen en voor welzijn te zorgen.

Slide 16 - Tekstslide

Verlichte ideeën
Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)
Volkssoevereiniteit; regeringen moeten de ‘algemene wil’ uitvoeren.
Meerderheid van het volk bepaalt, minderheid pas zich aan.
Maar: wie weet wat die ‘algemene wil’ inhoudt?
Mensen sluiten een sociaal contract en dragen soevereiniteit over aan volksvergadering (soort parlement).
Volksvergadering is uitdrukking van de algemene wil
Onderwijs en opvoeding zijn van belang om maatschappij beter te kunnen maken

Slide 17 - Tekstslide

Verlichte ideeën
Adam Smith (1723-1790)
Mensen willen van nature hun economische situatie verbeteren
Regeringen moesten zich zo min mogelijk bemoeien met de economie
Kritiek op mercantilisme (beschermen eigen markt)
Voorstander van economische vrijheid 
Eigenbelang is drijfveer bij economisch handelen; als iedereen dit nastreeft zorgt een ‘onzichtbare hand’ voor het algemeen belang.
Deze ideeën leven bij het liberalisme (bijvoorbeeld VVD)

Slide 18 - Tekstslide

Verlichte ideeën
  • Onderwijs belangrijk om het volk te laten denken.
  • Diderot en d'Alembert  stelden encyclopedie samen met kennis van honderden deskundigen.
  • Wijd verspreid en populair.
  • Kritiek op voorrechten adel en kerk.
  • Veel edelen en geestelijken wilde boeken verbieden, werkte averechts.

Slide 19 - Tekstslide

Leg uit waarom het ancien regime tegen de ideeën van veel verlichtingsfilosofen waren.

Slide 20 - Open vraag

Voltaire was een voorstander van.....
A
democratie
B
verlicht despotisme
C
ancien regime
D
absolutisme

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

Huiswerk
7.1 blz. 127 de vragen 1 t/m 4 en vraag 6

Slide 23 - Tekstslide