Future will/shall/going to

future: will/shall/ to be + going to
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

future: will/shall/ to be + going to

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The sea-level will rise 40 feet.
will
will is used for a prediction.
you THINK it will happen, but you're not sure.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The phone is ringing! "I will get it."
will
will is also used for a spontaneous decision.
you do NOT have to PLAN it.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Shall we dance?
shall
SHALL is used (instead of will) in combination with
WE or I.
Usually asking a question.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I am going to buy a new car.
(to be) + going to
I AM GOING to buy a new car.
Use to be + going to for a PLANNED ACTION/ CERTAINTY

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

He is going to fall.
(to be) + going to
He is going to fall.
You see it coming. Use (TO BE) + GOING TO if it is CERTAIN.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best? (Kijk naar de afbeelding!)
A
Look! It will rain soon.
B
Look! It is going to rain soon.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke zin past hier het best? (Het is zeker dat dit gebeurt.)
A
Trump will build a wall.
B
Trump is going to build a wall.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best?
A
We're going to hit that horse!
B
We will hit that horse!

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hopefully, I ........ my grammar test.
A
am going to pass
B
will pass

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My friends and I ........... Glastonbury festival this Friday.
A
will visit
B
are going to visit

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My bus is delayed.
I ...... too late at the airport.
A
am going to be
B
will be

Slide 13 - Quizvraag

Vanwege de vertraging van je bus heb je nu aanleiding om aan te nemen dat je te laat gaat komen.
What would you like to eat?
> I ..... a sandwich, please.
A
will have
B
am going to have

Slide 14 - Quizvraag

Het is een beslissing die je op dit moment maakt. Daarbij hoort het gebruik van will.
Vat nu eens in eigen woorden samen. Wanneer gebruik je 'going to' en wanneer 'will'?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Link

Deze slide heeft geen instructies