Herhaling U2 voor toetsweek 1HV

Lundi, 2 decembre 2024
C
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Lundi, 2 decembre 2024
C

Slide 1 - Tekstslide

H1B
Darren
Kenzo
Lucas
Brent
Sienna
Alexandra
Nicole
Melayla
Fienne
Maura
Colin
Livia
Isha
Seraphine
Lindsey
Olivier- 
Shreyas
Marly
Lina
Yara
Julian
Joey
Giuliano
Bas
Docent

Slide 2 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?

- herhaling van het werkwoord "avoir"
-het bezittelijk voornaamwoorden
- tellen 1-20

Slide 3 - Tekstslide

Focusleren
Unité 2




timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Wat betekent avoir?

Slide 5 - Open vraag

Ken je het rijtje van "avoir" (met vertaling) ?
avoir...... avoir.......
       mmmm....

Slide 6 - Tekstslide

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :
stopwatch
00:00

Slide 7 - Tekstslide

Wat betekent "nous avons"?
A
ik heb
B
u heeft
C
wij hebben
D
zij hebben

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent "il a" ?
A
hij heeft
B
zij heeft
C
u heeft
D
zij hebben

Slide 9 - Quizvraag

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij hebben
C.  men heeft
D.  jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  as
3.  ils  ont
4.  on  a
5.  vous avez
6.  elle  a

Slide 10 - Sleepvraag

Nous ..... une voiture et un vélo
A
a
B
ont
C
avez
D
avons

Slide 11 - Quizvraag

Il .... quinze ans
A
as
B
a
C
ai
D
avez

Slide 12 - Quizvraag

Non, j'.... un frère
A
ai
B
a
C
as
D
ont

Slide 13 - Quizvraag

Vous ..... une grande chambre?
A
ai
B
avez
C
avons
D
as

Slide 14 - Quizvraag

Les chats ... quatre pattes
A
ai
B
as
C
ont
D
avons

Slide 15 - Quizvraag

La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) amies
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 19 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) amie
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 20 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) petit frère
A
son
B
sa
C
ses

Slide 21 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) prof
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 22 - Quizvraag

Welk woord moet op de puntjes:
(haar) .... parents sont mariés.

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Link

Slide 25 - Tekstslide

Hoe zeg je 17 in het Frans?

Slide 26 - Woordweb

Hoe zeg je in het Frans:
Mijn oom heeft 12 zonen
A
mon oncle a douze fils
B
mon oncle a onze fils
C
mon oncle a douce fils
D
mon oncle a onse fils

Slide 27 - Quizvraag

wat heb ik deze les geleerd?
Ik beb alle stof voor de toets alweer vergeten
fijn dat alles nog een keer herhaald wordt
de stof van de toetsweek komt alweer terug bij mij
ik ga nog even goed leren maar dan komt het goed
Ik wist alles nog van voor de kerstvakantie

Slide 28 - Poll