Examenopgaven Voeding en vertering

Examenopgaven 
Voeding en vertering
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Examenopgaven 
Voeding en vertering

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 1
voedingsstof vitamines

Slide 2 - Tekstslide

Vitaminen
  • Dienen als bouwstoffen en beschermende stoffen.
  • Als je te weinig vitaminen binnenkrijgt dan wordt je ziek, maar ook als je teveel binnenkrijgt.

  • Belangrijke vitaminen zijn: Vitamine A, Vitamine B, Vitamine C, Vitamine D en Vitamine K.
  • Vitamine A is nodig voor de opbouw van de huid. Vitamine D is nodig voor het vastleggen van kalk van je botten.

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 2
Voedingsvezels

Slide 4 - Tekstslide

Voedingsvezels
Wit/bruin brood bevat geen voedingsvezels
-
Volkorenbrood bevat voedingsvezels
-
Voedingsvezels zijn geen voedingsstof 
ze houden je darmen gezond!

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 3
Voedingsstoffen voor planten
(ecologie)

Slide 6 - Tekstslide

Onderdelen plant

  1. Bloem: Insecten lokken
  2. Stengel: Stevigheid/transport
  3. Blad: Fotosynthese in de bladgroenkorrels (energie)
  4. Wortels: Opnemen water en mineralen

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 4
Calorieën berekenen 

Slide 8 - Tekstslide

Het normale ontbijt

Het Typisch Engelse ontbijt
product
Hoeveelheid KJ
3 sneetjes witbrood
3 x 100 = 300
2 plakjes kaas
2 x 150 = 300
25 gr chocopasta
2361 kj/ 4 = 590
Totaal
1190 kj
product
hoeveelheid KJ
2 sneetjes witbrood
2 x 100 = 200
2 plakjes bacon
2 x 200 = 400
1 tomaat
1 x 81 = 81
2 worstjes
1312 x 2 = 2624
100 gr witte bonen
1 x 462 = 462
2 eieren
2 x 986 = 1972 kj
Totaal
5739 kJ

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 5
Voedingsstoffen

Slide 10 - Tekstslide

koolhydraten en vetten kan je lichaam opslaan als reservestof.

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 6
brandstoffen

Slide 12 - Tekstslide

enkelvoudig koolhydraat
meervoudig koolhydraat

Slide 13 - Tekstslide

Koolhydraten
- koolhydraten, eet niet te veel koolhydraten.


glucose, suikers, zetmeel, glycogeen  




Slide 14 - Tekstslide

Vraag 7
Gal

Slide 15 - Tekstslide

Galblaas
Gal wordt gemaakt in de lever

Gal wordt tijdelijk opgeslagen in de galblaas voor het naar de twaalfvingerige darm gaat.

Gal maakt grote vetdruppels kleiner > emulgeren
Dit is dus niet verteren!

Slide 16 - Tekstslide

Lever
De lever maakt gal.

Gal wordt tijdelijk opgeslagen in de galblaas.
Gal emulgeert grote vetdruppels tot kleinere druppels. 

Gal komt in de twaalfvingerige darm bij het voedsel.


Slide 17 - Tekstslide

Vraag 8
Peristaltische bewegingen

Slide 18 - Tekstslide

Darmperistaltiek
Voedsel wordt met peristaltische bewegingen door je verteringsstelsel geduwd.

Peristaltische bewegingen ontstaan doordat spieren in de wanden van de verteringsorganen samentrekken.

Slide 19 - Tekstslide

Vraag 9
opname voedingsstoffen

Slide 20 - Tekstslide

Stap 6
Dunne darm
Voedingsstoffen worden via de darmvlokken opgenomen in het bloed.

Dan gaat het via 
de poortader 
naar de lever.

Slide 21 - Tekstslide

Vraag 10
Onderdelen verteringsstelsel

Slide 22 - Tekstslide

Stap 3
De slokdarm
Voedsel gaat niet zomaar door je darmen, maar dit gebeurd door peristaltische bewegingen; de spieren in je darmen duwen en trekken het voort. 
Slokdarm is verbinding tussen mond en maag. 

Slide 23 - Tekstslide

Vraag 11
Speeksel

Slide 24 - Tekstslide

Mondholte

Gebit > kauwen van het voedsel

Speekselklieren > speeksel
Speeksel dood bacteriën
en verteert koolhydraten

Slide 25 - Tekstslide

Vraag 12
Verteringsstelsel

Slide 26 - Tekstslide

Verteringsstelsel

Alles wat je eet of drinkt gaat door het verteringsstelsel

Doel van het verteringsstelsel: Het klein maken van voedsel zodat de voedingsstoffen opgenomen kunnen worden in het bloed.

Slide 27 - Tekstslide

Vraag 13
Verteringssappen

Slide 28 - Tekstslide

Vertering
Met behulp van verteringssappen;

  • speeksel
  • maagsap 
  • alvleessap
  • darmsap
(gal)

Slide 29 - Tekstslide

Vraag 14
Verteringsstelsel

Slide 30 - Tekstslide




Lever
Het produceren van gal
Slokdarm
Dikke darm
Onttrekt het overgebleven water aan de brij
alvleesklier
alvleessap: Vertering van eiwitten, koolhydraten en vetten
----------
-------------
-------------
galblaas
Slaat gal op
Gal emulgeert vetten
-------------
Endeldarm
Blinde darm
---------
---------
-------
Maag
Verteren van: eiwitten
Dunne darm
Vertering van eiwitten, koolhydraten

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide