Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H2c 5.11. wh znw, Lesen + ein/kein
Herzlich Willkommen!
Herzlich Willkommen!
1 / 38
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
38 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
20 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Herzlich Willkommen!
Herzlich Willkommen!
Slide 1 - Tekstslide
Guten Tag, Frau Rörig
Slide 2 - Tekstslide
Programm Mittwoch 5.11.
Wh Zelfstandige naamwoorden
ein/kein
Lesen
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoel
Jullie weten wat zelfstandige naamwoorden zijn en kennen de bijzonderheiden bij de Duitse zelfstandige naamwoorden.
Jullie kennen het onbepalde lidwoord ein.
Jullie kunnen een Duits tekst lezen.
Slide 4 - Tekstslide
Zelfstandige naamwoorden
Lidwoorden
Slide 5 - Tekstslide
Braindump
Wat weet je nog over zelfstandige naamwoorden?
Slide 6 - Open vraag
Zelfstandige naamwoorden
woord benoemt: persoon
dingen
plaatsen
ideën
Slide 7 - Tekstslide
Het zelfstandig naamwoord
Vóór een zelfstandig naamwoord kan je een
lidwoord (de, het of een)
zetten.
Slide 8 - Tekstslide
der
die
das
mannelijk
meervoud
onzijdig
vrouwelijk
Slide 9 - Sleepvraag
Geslacht van zelfstandige naamwoorden
mannelijk (m)
der
vrouwelijk (v)
die
onzijdig (o)
das
meervoud (mv)
die
Slide 10 - Tekstslide
der
die
das
vrouwelijke personen/dieren
mannelijke personen/dieren
meervoudsvormen
woordjes die in NL "het" als lidwoord hebben
woordjes die eindigen op: -e / -in
Slide 11 - Sleepvraag
der
- Männlich (mannelijk)
mannelijke personen
->
der Mann, der Onkel, der Junge, der Opa, der Lehrer
mannelijke dieren
-> der Stier, der Kater
Slide 12 - Tekstslide
die
- Weiblich (vrouwelijk)
vrouwelijke personen en dieren
-> die Frau, die Oma, die Tante, die Lehrer
in,
die Trainer
in
de meeste woorden die op -e eindigen
-> die Familie, die Rolle
alle woorden die op -schaft, -eit en - ung eindigen
-> die Mannschaft, die Einheit, die Erklärung, die Übung
Slide 13 - Tekstslide
das
- Neutral/Sächlich (onzijdig)
Verkleinwoorden, eindigend op -chen, -lein
-> das Häuschen, das Fräulein, das Mädchen
de meeste het-woorden in het Nederlands
-> das Kind, das Jahr, das Haus
Slide 14 - Tekstslide
die
- Mehrzahl (meervoud)
Altijd: die
->
die Männer, die Frauen, die Kinder, die Jahre
Slide 15 - Tekstslide
die (ev)
das
die (mv)
der
Lehrerin
Freund
Haus
Mannschaft
Lehrer
Stier
Kuh
Sprache
Wörter
Wort
Frage
Fest
Meinung
Torte
Feste
Freundin
Onkel
Slide 16 - Sleepvraag
Großbuchstaben (hoofdletters)
zelfstandige naamwoorden -> das
H
aus, der
M
ann
begin van de zin ->
I
ch heiße Anton.
aardrijkskundige namen ->
D
eutschland,
K
öln
eigennamen ->
L
isa,
A
ddidas
voornaamwoorden
u
en
uw -> Wie heißen
S
ie?
Nicht bei bijvoegelijke naamwoorden -> eine
d
eutsche Frau
Slide 17 - Tekstslide
hoofdletter
geen hoofdletter
mein
vater
heißt
hans
und
spielt
gerne
fußball.
er
pizza
kann
gut
backen.
auch
Slide 18 - Sleepvraag
Ein / kein
Slide 19 - Tekstslide
ein / kein
een
ein-
geen
kein-
Slide 20 - Tekstslide
Welke vormen zijn er?
Da wohnt ein Mann und eine Frau und ein Kind.
Der Mann ist ein Vater, die Frau ist eine Mutter.
Das Kind ist ein Mädchen.
Sie haben kein Auto.
Sie essen kein Fleisch und keine Eier.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Regels ein / kein
Staan ze voor mannelijke (der) / onzijdige
(das)
woorden, komt er niks achter ein of kein
Voor vrouwelijke / meervoud (die) komt er achter ein/ kein een
-e
.
M
V
O
MV
ein Mann
ein
e
Frau
ein Kind
-
kein Mann
kein
e
Frau
kein Kind
kein
e
Kinder
Slide 23 - Tekstslide
Wanneer gebruik je ein,eine,keine?
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig
Meervoud
eine
ein
keine
ein
Slide 24 - Sleepvraag
... Haus
A
ein
B
eine
Slide 25 - Quizvraag
kein / keine Lehrer
A
kein
B
keine
Slide 26 - Quizvraag
Welke vorm van ein/kein is juist?
das Mädchen
A
ein Mädchen
B
eine Mädchen
Slide 27 - Quizvraag
Ich habe kein / keine Schwester
A
kein
B
keine
Slide 28 - Quizvraag
Kein/Keine Arzt kann mir helfen.
A
Kein
B
Keine
Slide 29 - Quizvraag
Zet het juiste zelfstandig naamwoord bij het onbepaald lidwoord
timer
0:15
ein/kein
eine/keine
Polizist
Arzt
Polizistin
Kuh
Tier
Schwester
Bruder
Kater
Pferd
Kind
Mutter
Vater
Slide 30 - Sleepvraag
Üben
Buch Seite 97
Aufgabe 22
Slide 31 - Tekstslide
Wörterliste B
Buch, Seite 112
Slide 32 - Tekstslide
Lesen
Buch Seite 86
Tip
5B
Slide 33 - Tekstslide
Hausaufgaben für Montag 11.11. 2de uur
Lernen: Kap 3, Seite 112, Wörterliste A
Machen: Kap 3, Seite 97, 23+24
Slide 34 - Tekstslide
Hören
Buch Seite 81
Aufgabe 3
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Essen
das Fleisch
die Nudeln
das Obst / die Früchte
das Gemüse
die Pommes
der Kuchen
die Kartoffel(n)
der Käse
Slide 37 - Sleepvraag
Weten jullie het nog? Verbind de juiste bepaalde lidwoorden met het geslacht
der
die
das
die
Mannelijke woorden
Vrouwelijke woorden
Onzijdige woorden
Meervoud
Slide 38 - Sleepvraag
Meer lessen zoals deze
H2c 11.11. K3 C + D
14 dagen geleden
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
ein/eine, kein/keine
Oktober 2022
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
1B+Herhaling derdiedas en werkwoord werden
Maart 2021
- Les met
18 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
unbestimmter Artikel
Mei 2022
- Les met
13 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
ein/eine & kein/keine
Februari 2024
- Les met
41 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
3T der Gruppe und ein Gruppe
Juni 2023
- Les met
17 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
G2b 22.11. SO K3 G
November 2022
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammatik Kap 3, 5 geslachten zelf nw ein kein
Januari 2021
- Les met
24 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2