H5.1 Je omgeving waarnemen

§5.1 Waarneming, gedrag en regeling
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§5.1 Waarneming, gedrag en regeling

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.
  • Je kunt de zintuigen noemen met hun ligging en hun prikkel.

Slide 2 - Tekstslide

Waarnemen
Om je omgeving waar te nemen gebruik je zintuigen.

Zintuig = orgaan dat reageert op invloeden uit je omgeving.

Invloed = prikkel

Slide 3 - Tekstslide

Zintuigen
Hebben speciale zintuigcellen die prikkels opvangen.

Sturen een impuls (elektrisch signaal) naar de hersenen, via de zenuwen.
In je hersenen word je je bewust van de prikkels.

Slide 4 - Tekstslide

Prikkel --> zintuig --> impuls --> hersenen --> actie
Geluid        oor                                                           rennen

Slide 5 - Tekstslide

Prikkels
Invloeden vanuit de omgeving.
Opgevangen door zintuigen, waardoor je ze kunt waarnemen.

Licht, geluid, geur, smaak en aanraking.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Zintuigen en prikkels
Elk zintuig vangt andere prikkels op.

Sommige vangen er maar 1 op, andere 4.

Slide 8 - Tekstslide

Prikkel
Impuls

Slide 9 - Tekstslide

Zintuigen & prikkels
Geluid
Licht
Warmte
Kou
Druk
Aanraking
Geur
Smaak
Alle zintuigen samen = zintuigenstelsel

Slide 10 - Tekstslide

Zintuigen
Alle zintuigen samen = zintuigenstelsel


Slide 11 - Tekstslide

B1: Je omgeving waarnemen
Zintuigen

Oren: 
  • Gehoorzintuig
  • Evenwichtszintuig

Slide 12 - Tekstslide

Pijnpunten
  • pijnpunten nemen pijn waar. 
  • pijnpunten zijn vrije uiteinden van een gevoelszenuw. 

Slide 13 - Tekstslide

Welk zintuig gebruik je als je pijn hebt?
A
Tastzintuig
B
Drukzintuig
C
Reukzintuig
D
Warmezintuig

Slide 14 - Quizvraag

Hoeveel zintuigen heeft de mens?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 15 - Quizvraag

Wat zijn de zintuigen?
A
Ogen, oren, neus, tong en aanraking
B
Aanraking, ogen en neus
C
Oren, neus en tong
D
Tong, neus en oren

Slide 16 - Quizvraag

Een zintuig reageert op impulsen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de functie van een zintuig?
A
Een zintuig neemt prikkels waar.
B
Een zintuig zet prikkels om in berichten voor de hersenen.
C
Een zintuig geeft berichten door aan de hersenen.
D
Een zintuig neemt berichten waar.

Slide 18 - Quizvraag

Wat is GEEN zintuig?
A
je oor
B
je vinger
C
je neus
D
je oog

Slide 19 - Quizvraag

De zintuigen zitten in je
A
organen
B
oren, ogen, tong, neus
C
oren, ogen, tong, neus, huid
D
in je hersenen

Slide 20 - Quizvraag


Opdracht 1 t/m 8
 maken
Dinsdag af
Thema 5.1
(Online)

Huiswerk

Slide 21 - Tekstslide