VWO 4 - Literatuur 16e en 17e eeuw

VWO 4 - Literatuur 16e + 17e siècle
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 10 videos.

Onderdelen in deze les

VWO 4 - Literatuur 16e + 17e siècle

Slide 1 - Tekstslide

Introductie
Bekijk het filmpje op de volgende slide over de hofcultuur (algemeen) in de 16e en 17e eeuw en maak er voor jezelf een mindmap van.



(man van Vetruvius, Leonardo da Vinci)                                             

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

16e eeuw: Renaissance
Renaissance
wat is het?
Waarom toen?
betekenis kunsten?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Italië en Frankrijk
In Italië waren zelfstandige stadstaten zoals Florence en Venetië rijk geworden door handel met het Midden-Oosten tijdens de Kruistochten en ontdekkingsreizen .
 . Naast rijkdommen kwam er ook veel kennis uit deze gebieden, waar de wetenschap verder ontwikkeld was dan in het middeleeuwse Europa (o.a de boekdrukkunst).

..

Slide 6 - Tekstslide

       Gesteld kan worden dat de renaissance in Frankrijk
begon met de expeditie van Franse koningen (Karel VIII, Lodewijk XII en Frans I) naar Italië. Zij  spendeerden heel wat energie in de poging om Italiaanse provincies in hun bezit te krijgen. De echtgenote van Hendrik II was Catharina van de Medici-familie en haar kinderen, Karel IX en Hendrik III, zij werden geïtalianiseerde Fransen.

Slide 7 - Tekstslide

Italiens en France
In die tijd kwamen  Italianen naar Frankrijk als hovelingen, ambassadeurs, zakenlieden en kunstenaars. De Franse samenleving van de gegoede klasse kreeg een sterk Italiaanse kleur, en het hof dweepte met de Italiaanse cultuur en zeden.

                     Leonardo da Vinci leefde lange tijd  aan het hof van      
                      François Ier in  Amboise   en ligt daar begraven.                    

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Chambord

Slide 10 - Tekstslide

versailles
Versailles

Slide 11 - Tekstslide

Wat betekent Renaissance
letterlijk ?

Slide 12 - Open vraag

Verklaar waarom het juist
op dit moment in Frankrijk opkwam.

Slide 13 - Open vraag

Renaissance en kunst:
geef 2 concrete voorbeelden

Slide 14 - Woordweb

na de kerk staat nu de mens
centraal. Waar zien we
dat concreet?

Slide 15 - Woordweb

Noem een humanist
die in Frankrijk verbleef

Slide 16 - Woordweb

Littérature du 16e siècle

Slide 17 - Tekstslide

Literaire Genres:
1. reisverhalen
2. vlugschriften

3 Volksboeken/verhalen
4. liefdesgedichten
5. Fabels
6. Ridderromans
7. Essay (filosofisch)
1588)
voorbeeld
3. Rabelais: Gargantua / Pantagruel (1532+ 1534)

4. De Bellay: l'Olive (1549)
Ronsard: Cassandre (1552)

7. Montaigne: Essais

Slide 18 - Tekstslide

Renaissance: ouderwets?
Eigenlijk was het ook een vooruitstrevende en moderne tijd, gekenmerkt door de opkomst van het rationele denken en van persoonlijke vrijheid.


Slide 19 - Tekstslide

Humanisme
Wat is het?
3 (grote) namen?
voorbeeld van een literair werk?

Slide 20 - Tekstslide

wijsheid, kennis, levensfilosofie: geloof in de (goede) natuur van de mens.

Erasmus van  Rotterdam
(1467-1536)

                                        was lange  
                           tijd in Frankrijk
Leonardo da Vinci
(1452-1519)





            Michelangelo
(1475-1564)



Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Gargantua en Pantagruel             

                


Gargantua en Pantagruel is een serie van vijf romans geschreven in de zestiende eeuw door François Rabelais, die handelen over de avonturen van twee reuzen, vader Gargantua en zijn zoon Pantagruel, extravagant en satirisch beschreven. Gargantua en Pantagruel behoort tot de belangrijkste werken van de wereldliteratuur. Het werd bijvoorbeeld opgenomen in de Verdensbiblioteket, een Noorse lijst van de honderd beste of invloedrijkste boeken ooit geschreven.  De invloed van het boek op latere schrijvers is zeer groot. Wellicht beïnvloedde het bijvoorbeeld Shakespeare.Ook schrijvers als Sterne, Nashe, Diderot, Voltaire en de la Fontaine waren bewonderaars van Rabelais.

Slide 23 - Tekstslide

De eerste twee boeken kan men vergelijken met de Ilias van Homeros, de volgende drie met de Odyssee.
Gargantua
De man van Gargamella, Grandgousier, staat overal bekend als een grote drinker en eter. Gargamella is al elf maanden zwanger als ze tijdens een groot drink- en eetfestijn moet bevallen. Haar zoon Gargantua wordt uit haar linkeroor geboren in plaats van uit haar schoot, omdat ze te veel ingewanden heeft gegeten. Als de zuigeling is geboren begint hij al onmiddellijk "drinken, drinken" te roepen. Tot zijn vijfde jaar doodt de kleine Gargantua zijn tijd met eten, drinken en slapen. Daarna krijgt Gargantua gedurende enkele jaren onderricht van de beste onderwijzers. Maar omdat hij steeds dommer en dwazer wordt, ziet zijn vader in dat het beter zou zijn als zijn zoon helemaal niets zou leren uit boeken of van onderwijzers.

Slide 24 - Tekstslide




Hij stuurt zijn zoon met de bediende Eudemon naar Parijs, naar de moderne Ponocrates. De studies die Gargantua onder leiding van Ponocrates volgt zijn een weldoordachte mengeling van geleerde oefeningen en ridderlijke spelen, opdat lichaam en geest harmonisch gestimuleerd worden. Ondertussen voert Gargantua's vader Grandgousier strijd tegen koning Picrocholle. Gargantua komt zijn vader bij die strijd helpen, waardoor ze de overwinning behalen. Gargamella's hart begeeft het van vreugde over de goede terugkeer van haar man en zoon.

Slide 25 - Tekstslide

Pantagruel

Gargantua's vrouw Badebec sterft in het kraambed, na hem een zoon te hebben gebaard: Pantagruel. Ook deze studeert in Parijs, waar hij bevriend geraakt met een man die Panurge heet. Nadien trekt hij - net als in het eerste boek Gargantua - ten oorlog, wanneer de Dipsoden (een vijandig volk) een inval doen. Uiteindelijk overwint hij. Na nog twee hoofdstukken (één waarin Pantagruel ziek komt te liggen en weer geneest, en een epiloog) eindigt het boek.

Slide 26 - Tekstslide

Panurge                

Boek 3,4,5 gaan voornamenlijk over Panurge en eindigen bij het orakel van La Dive Bouteille, (de heilige fles) 
TRINC!

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Joachim du Bellay
Pleiade:
was in de 16e eeuw de naam van zeven jonge Franse renaissancedichters die zich samen tot doel hadden gesteld de poëzie uit de klassieke oudheid nieuw leven in te blazen en zo mogelijk te verbeteren. De voornaamste leden waren Pierre de Ronsard en Joachim du Bellay

De naam Pléiade was afgeleid van een gelijknamige groep van eveneens zeven dichters in Alexandrië in de 3e eeuw v.Chr..

Slide 29 - Tekstslide


Het was hun doel om het Frans van volkstaal tot het niveau van de klassieke schrijvers te brengen, en daarbij maakten ze gebruik van allerlei soorten Italiaanse verzen. De verfijning die ze daarbij voor ogen hadden, vonden ze in het werk van Francesco Petrarca.

Slide 30 - Tekstslide

Petrarkistische stijl
-liefdeslyriek in navolging van Petrarca

- niet langer zo elegant mogelijk
- boodschap humanisme uitdragen
-alexandrijn, sonnet ( 2 delen) en ode
-gebruik van tegenstrijdigheden en gedurfde woordcombinaties

Slide 31 - Tekstslide

https://youtu.be/THUiWIXx834
liefdesgedichten (alexandrijnen, sonnetten, odes)
Pierre de Ronsard
https://youtu.be/ZhEjfPoUOGk

Slide 32 - Tekstslide

Opdracht (+ internet)
groep 1 + 2 Joachim du Bellay (p  29 + 31)
groep 3 + 4 Pierre de Ronsard (p 30 + 31)

mindmap/schema maken (in pp) :
1 persoon              
2 gedicht vorm   
3 gedicht inhoud

Slide 33 - Tekstslide

Odysseus (Homerus)
Homerus schreef de Odyssee over koning Odysseus (van het eiland Ithaka) waarschijnlijk rond 800 voor Christus. Het verhaal beschrijft de avonturen die de Griekse held Odysseus meemaakt tijdens zijn tocht naar huis na afloop van de Trojaanse Oorlog. Van hem is de sluwe list met het Trojaanse paard waardoor de Grieken de oorlog wonnen. De Odyssee wordt geïnterpreteerd als zoektocht naar de zin van het leven.

Slide 34 - Tekstslide

Rol van de kerk (voorkennis)
- Wat wordt er bedoeld met reformatie en contra-reformatie?
- Enkele (grote) namen en hun rol?
- Inquisitie /beeldenstorm?

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Reformatie en contra-:
terug naar de bron (o.a. de bijbel) en denk daar kritisch over na!
Zo wil Luther (Duits monnik, 1483-1546) de (katholieke) kerk hervormen en misbruik aan de kaak stellen. ( beeldenstorm)

Dit mondt uit in een godsdienstoorlog. De inquisitie (kerkelijke rechtbank ) wordt ingesteld door de Katholieke kerk en velen worden ter dood veroordeeld.

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

(nieuwe) inzichten uit het filmpje
(kernwoorden)

Slide 39 - Woordweb

Overzicht kunststromingen
 
Renaissance (ca 1500 - 1600) ...
Barok (1600 - 1750)
Rococo (1720 - 1775)
Classicisme (1750 - 1850)

Slide 40 - Tekstslide

17ième siècle Tijdsbeeld
Barok               classicisme
moralisme      préciosité
roi Soleil              Versailles
Aristocratie              Salons
Maniérisme
Académie française


Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Baroque
vrijheid, emoties over de top, complexe situaties, illusies

poésie: préciosité, burlesque                                       
roman: pastoral, héroique, comique (parodique)
théatre: pastorale, tragi-comédie                              

Slide 43 - Tekstslide

Moralisme (Jean de la Fontaine)
Classicistische Franse schrijver en dichter,                                            
vooral bekend om zijn fabels.                                                                       

                                      Een van zijn bekendste fabels is La cigale et la fourmi (De krekel en de mier), waarin een kunstzinnige krekel de hele zomer een werkende mier vermaakt met zijn gezang, waarna de mier te beroerd is om de zanger hiervoor te belonen.
                                                                       

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Video

Slide 46 - Video

Slide 47 - Video

 versus classicisme
Klassieke regels (Aristoteles): 5 actes, rijm, verzen, eenheid tijd, plaats, handeling en bienséances (niks schokkends)
Moraliste

poésie: courtisane
romans/ fables/contes/nouvelles
théatre:tragédie (Corneille, Racine)  vs comédie (Molière)

Slide 48 - Tekstslide

Jean Racine
 Frans toneelschrijver, een van de "grote drie"                                       
van het Franse classicistisch theater van de                                       
zeventiende eeuw (samen met Molière en Corneille).                      
Racine schreef voornamelijk tragedies (Andromaque, Phèdre) over het innerlijk conflict tussen hart en hoofd, plicht of liefde. Hij geldt als de belangrijkste Franse tragedieschrijver.

Slide 49 - Tekstslide

Pierre Corneille
Al op jonge leeftijd raakte hij bij de jezuïeten                      
onder de indruk van de Romeinse schrijvers uit de                             
Oudheid. Hun filosofie volgend, legt hij de nadruk                              
op de wil als bepalende factor voor het leven. Hij heeft onder meer klassieke tragedies (le Cid, Oedipe) geschreven waarin de held al zijn hartstochten overwint.

Slide 50 - Tekstslide

Jean Baptiste Poquelin
(Molière)
1622-1673
théâtre comique et satirique
peinture des caractères
des obsédés. (vices universelles)
p.e l'Avare, le malade imaginaire, Tartuffe etc.

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Video

le théâtre illustre
opdracht:  4 groepen
werk een  kleine presentatie uit over een van de volgende werken van Molière:
-1 les précieuses ridicules
-2 Tartuffe                                 
-3  le malade imaginaire     
     - 4 l'Avare                                           


Slide 53 - Tekstslide

Slide 54 - Video

Mots clés 17ième siècle
Burlesque : vulgaire, l'humour, cadre sérieux, comique  et violent    Molière    
Classicisme    Idéal de l'honnête homme,  perfection,  raison     Racine,              Corneille, Molière
Préciosité    l'embellissement de la langue française, raffinement    Madame de Lafayette
Moralisme     mœurs,  coutumes et façons de vivre    La Fontaine                        
Baroque    ëmotion et du sensible face à la raison, 'imaginaire, contrastes et allégories    Théophile de Viau,

Slide 55 - Tekstslide