3.2 Het christendom in Europa

3.2 Het christendom in Europa
Kenmerkend aspect:

9 De verspreiding van het christendom in geheel Europa.
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3.2 Het christendom in Europa
Kenmerkend aspect:

9 De verspreiding van het christendom in geheel Europa.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Standenmaatschappij
in de middeleeuwen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het klooster van Fleury in Frankrijk werd gesticht in de zevende eeuw, maar de meeste en belangrijkste bouwwerkzaamheden vonden plaats in de elfde en twaalfde eeuw.

De robuuste bijna kasteelachtigebouwstijl staat symbool voor de houding van de Kerk t.o.v. de bevolking: Streng en dreigend
In de abdij worden relikwieën van de heilige Benedictus bewaard.

Slide 3 - Tekstslide

De Kerk wilde het geloof verspreiden om hun macht in stand te houden. Het volk laten geloven in zaken als 'einde van de wereld' en 'het laatste oordeel' waren middelen om angst in te zaaien en het volk onder controle te houden. 

Wonderverhalen als dat van Benedictus (blz. 63) moesten daar ook bij helpen.
Wonder van de heilige Benedictus
Stabilis (horige die domein Fleury verlaten had) weigerde belasting te betalen. Hij beschouwde zichzelf als vrij.
Rechtszaak, munt, Benedictus.
Het geloof bevestigde de bestaande orde. Wereldse heersers hielpen met alle liefde om het geloof te verspreiden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jezus als goede herder in het vroege christendom / R.R.
Lijdende Jezus voor de zonde van de mensheid tijdens de vroege middeleeuwen
Beeldvorming van Jezus

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

-Waardoor maakte het christendom na het einde van het West-Romeinse Rijk een terugval door?
-Hoe verspreidde het christendom zich in de vroege Middeleeuwen over Europa?
-Wat was het wederzijdse belang dat vorsten en geestelijken hadden bij samenwerking?
-Wat was de rol van de kloosters op het gebied van wetenschap en cultuur?


Na deze les kun jij uitleggen:

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koningen en geestelijken
- In de late Oudheid had christendom zich over hele RR verspreid
- Vooral in steden, waar bisschoppen de christelijke gemeentes leidden
- Buiten steden bleken oude, voorchristelijke gewoontes, moeilijk uit te roeien: christendom was op veel plaatsen nog niet diep geworteld. Gevolg?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na de val van het WRR werd in het noorden van Gallië en Brittannië de oorspronkelijke christelijke bevolking nu geregeerd door Germaanse koningen die eigen goden aanbaden.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Clovis
Clovis stichter Frankische Rijk
Bekeerd zit tot christendom in 496 (katholiek)
Dit leverde steun op van bisschoppen die op lokaal niveau veel macht hadden
Door deze steun kon Clovis heel Gallië veroveren 
Beargumenteer dat Clovis zich vooral om politieke redenen liet dopen.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- Wanneer koning zich bekeerde moest het volk ook dat geloof aanhangen
- Koningen beschermden geestelijken en schonken hen grond en goederen
- In ruil stelden geestelijken voor vorsten documenten op en vervulden ze diplomatieke missies
- Goddelijke legitimering van hun koningschap

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 4 blz 66
timer
1:00
In 654 breekt er oorlog uit tussen twee Germaanse koninkrijken in Engeland: ‘Koning Oswiu van Bernicia werd blootgesteld aan de woeste aanvallen van Penda, de koning van Mercia. Oswiu beloofde hem een enorm deel uit de koninklijke schatkist in ruil voor vrede. Maar de heidense koning wilde het aanbod niet accepteren. Hij was vastbesloten Oswiu’s volk uit te roeien. Oswiu riep Gods hulp in, nu hij zag dat niets anders hem en zijn volk kon redden van deze barbaarse en meedogenloze vijand. Er wordt verteld dat het leger van de heidenen wel dertigmaal groter was. Oswiu’s leger was veel kleiner, maar hij vertrouwde op Christus, zijn leider. De slag begon en de heidenen werden op de vlucht gedreven en vernietigd.’

Naar: Beda, Kerkgeschiedenis van het Engelse volk (omstreeks 731).

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor wint het leger van Oswiu de veldslag, volgens het verslag van Beda?


Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg met de titel van Beda’s boek uit met welke bedoeling hij het boek heeft geschreven.


Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg met de titel van Beda’s boek uit met welke bedoeling hij het boek heeft geschreven.


Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit dat deze bedoeling (opdracht 4b) zijn verslag heeft beïnvloed.


Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De bekering van Europa
- Vanaf late zevende eeuw missionarissen vanuit Engeland naar Europese vasteland
- Christendom verspreiden
- ENG rond 600 bekeerd tot christendom
- Eind tiende eeuw gingen ook koningen in Noord- en Oost-Europa over tot christendom
- Heel Europa was nu christelijk 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oude gebruiken in een nieuw jasje, om de overgang te versoepelen.
Heidense heilige plaatsen omvormen tot kerkjes en daar laten samenkomen tot eer van God.
Feest van de zonnewende / midwinter gebruiken als feest geboorte van Christus.
Verering van de vrouwelijke god Isis, vervangen door Maria met kind


Hoe zie je dit verschijnsel terug in bron 12, blz. 64

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Isis met kind
(Egypte)
Maria met kind
(vroege middeleeuwen)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het kloosterleven
- Missionarissen deden hun werk vanuit kloosters
- Plek of gebouw waar nonnen en monniken zich hebben teruggetrokken om hele leven te wijden aan geloof
- In klooster leefden monniken en nonnen volgens een 'regel':
- een reeks voorschriften die vertelden hoe zij hun dagen moesten doorbrengen
Ora et labora (Uit de regel van Benedictus)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- De regel die in West Europa het meest werd gevolgd was die van Benedictus: 
- Kloosterlingen moesten hun leven doorbrengen met bidden, studeren en werken. Leven in armoede en hun abt gehoorzamen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- De studies waren in eerste instantie de bijbel en andere religieuze boeken
- Echter ook auteurs uit de Klassieke Oudheid
- Als hulpmiddel om bijbel beter te begrijpen
- Hierdoor belangstelling voor inhoud boeken zelf:
- Klassieke wetenschappen zoals filosofie, retorica en geschiedschrijving daarom in Middeleeuwen populair

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kloosters
  • Schenkingen en inkopen door elite bezorgden kloosters veel grond en kregen een rol in het beheer van domeinen
  • Grote rol in het onderwijs en bewaren en doorgeven klassieke erfgoed (boeken oudheid)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behalve het evangeliarium (boek met daarin de vier evangelieën) schonken de graaf en gravin grond en andere eigendommen aan het klooster.

Noem twee redenen waarom ze dat deden.
In ruil voor de schenkingen baden de kloosterlingen voor het zielenheil van de schenkers.

De kloosterlingen konden voor hen administratieve taken verrichten.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg met bron 10 uit dat zulke schenkingen ertoe leidden dat de kloosterlingen afgleden van hun oorspronkelijke idealen.
Door de schenkingen werden de kloosters rijk. Dit past niet bij het ideaal van een leven in armoede. Omdat de grond werd bewerkt door horigen, kwam er in de praktijk van hard werken dikwijls ook niet veel terecht.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klooster als centra en netwerk
- monniken stichten kloosters om te kerstenen (religieus centrum)
- herhalend proces (zie kaarten)
- bekeren van lokale bevolking

- daarnaast:
klooster = onderdeel van het leenstel en hofstelsel (economisch en politiek centrum)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Missionarissen
  • Rondreizende priesters met als doel mensen te bekeren tot het christendom
  • Bonifatius / Willibrord
mk in tweetal opdr 5 blz 66.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwijze
missionarissen werden naar Europa gestuurd om heidenen te kerstenen.
Kerstenen
Met kerstenen bedoelen we dat missionarissen ongelovigen bekeerden tot het christendom.
Heidenen
Heidenen zijn ongelovigen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Twee soorten geestelijkheid
Seculiere geestelijkheid:
Richten zich op de wereld, bijv. de pastoor. Hij verzorgt het contact met de rest van de gelovigen (de leken)
Reguliere geestelijkheid:
Leven volgens een kloosterregel: Monniken en nonnen. Zij bidden veel, maar zijn ook vaak betrokken bij onderwijs en wetenschap

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak van par 3.2 opdr  11






Aan de slag
timer
20:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

-Waardoor maakte het christendom na het einde van het West-Romeinse Rijk een terugval door?
-Hoe verspreidde het christendom zich in de vroege Middeleeuwen over Europa?
-Wat was het wederzijdse belang dat vorsten en geestelijken hadden bij samenwerking?
-Wat was de rol van de kloosters op het gebied van wetenschap en cultuur?


Huiswerk

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies