22-05-23-v2-pret. perfecto - voc.6.4

De verleden tijd
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

De verleden tijd

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
Je hebt geoefend met de verleden tijd in het Spaans en kent de onregelmatige werkwoorden.

Slide 2 - Tekstslide

Pretérito perfecto

Slide 3 - Woordweb

Aan het einde van de les weet je: 
Heb je geoefend met de verleden tijd in het Spaans.
Ken je een aantal onregelmatige werkwoorden in de verleden tijd.

Weet je welke woordjes je moet leren voor de toets.







Slide 4 - Tekstslide

Pretérito perfecto 

Slide 5 - Tekstslide

¿Cómo? 
In tegenstelling tot het Nederlands, worden in het Spaans de werkwoorden altijd bij elkaar gezet: 

Ben je weleens in Madrid geweest?
¿Has estado en Madrid alguna vez ? 

Ik ben vanmorgen vroeg opgestaan 
Esta mañana me he levantado temprano 

Slide 6 - Tekstslide

Zet de volgende zinnen in de "perfecto"
1. Leo un libro.
2. Escuchas música española.
3. Aprende hablar francés.
4. Comemos un bocadillo.
5. Tomáis zumo de naranja.
6. Ustedes visitan Barcelona.
7. Pablo hace los deberes.








Slide 7 - Tekstslide

Respuestas:
1. Leo un libro.                                                     He leído
2. Escuchas música española.                   Has escuchado
3. Aprende hablar francés.                           Ha aprendido
4. Comemos un bocadillo.                            Hemos comido
5. Tomáis zumo de naranja.                          Habéis tomado
6. Ustedes visitan Barcelona.                      Han visitado
7. Pablo hace los deberes.                             Ha hecho

Slide 8 - Tekstslide

Onregelmatig: 
hacer - hecho
escribir - escrito
abrir - abierto
ver - visto
poner- puesto
romper - roto
decir - dicho
volver - vuelto

Slide 9 - Tekstslide

Hacer:
Ejercicio 1: 
Let op: 2,4,7,10,15,16,17 zijn onregelmatig

Actividad 1 y 2 van DEZE website

Eerder klaar?
Leer de woordjes HIER. = Quizlet hoofdstuk 6.4

Slide 10 - Tekstslide

Evaluacion
Noem een onregelmatig werkwoord in de verleden tijd


Volgende les (30 mei): werkwoorden
Toets: Vrijdag 3 juni. 

Slide 11 - Tekstslide