6.3 Migratie in de wereld - deel 1

Vak: Mens & Maatschappij
Hoofdstuk: 6.3 deel 1
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Mens & Maatschappij
Hoofdstuk: 6.3 deel 1
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je boek van M&M; maar laat deze nog dicht op tafel liggen. 


Huiswerk controle:
6.2 opdracht  6 & 7

Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
    - weet je wat het verschil is tussen binnenlandse en buitenlandse migratie?
    - weet je waarom arbeidsmigranten en vluchtelingen migreren?

    Slide 3 - Tekstslide

    3. Arrangementen
    - Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.
    Je maakt zelfstandig 6.3 opdracht 1 t/m 4 op blz. 64 t/m 66.
    Jessica

    - Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
    Krystian, Jochem & Zouhir

    - Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen en samen begeleid inoefenen.
    Jaysen, Gijs, Niek & Jamie

    Slide 4 - Tekstslide

    Mini-check
    leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

    Slide 5 - Tekstslide

    Wat is buitenlandse migratie?
    A
    Verhuizen binnen eigen land.
    B
    Varen op een boot met een groep mensen.
    C
    Verhuizen naar een ander land.
    D
    Vluchten voor een natuurramp.

    Slide 6 - Quizvraag

    Wie is een arbeidsmigrant?
    A
    Een Rus die werkt bij de Jumbo in Nederland
    B
    Een Italiaanse toerist in Amsterdam.
    C
    Een Afghaan die naar Nederland is gevlucht.
    D
    Een Nederlander die werkt bij de Starbucks.

    Slide 7 - Quizvraag

    Een asielzoeker is iemand die:
    A
    vlucht in eigen land
    B
    bescherming aanvraagt in Nederland
    C
    Vlucht vanwege een natuurramp

    Slide 8 - Quizvraag

    Wie maakt wat:
    3 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:
    Je maakt zelfstandig 6.3 opdracht 1 t/m 4 op blz. 64 t/m 66.

    De rest doet mee met de instructie.

    Slide 9 - Tekstslide

    4. Instructie
    Lees en kijk mee naar de volgende dia.

    Slide 10 - Tekstslide

    Migratie
    Migratie kun je verdelen in twee groepen:


    • binnenlandse migratie
    Je verhuist maart blijft in Nederland wonen.
    • buitenlandse migratie
    je verhuist naar het buitenland.

    Migratie kan dus in en uit een land!



    Slide 11 - Tekstslide

    Waarom migreren?
    - Sociaal (gezinnen willen bij elkaar wonen)
    Economisch (voor betere baan/ werk)
    Politiek (mogen geen commentaar op leider(s) hebben)
    Natuurlijk/ecologisch (vluchten voor overstromingen/vulkaanuitbarsting)

    Slide 12 - Tekstslide

    • Vluchteling
      Iemand die in zijn land niet veilig is en daarom weggaat (diegene vlucht zijn land uit). 
      
    • Asielzoeker
      Vluchteling die een land vraagt om bescherming. Hij wil graag in het land wonen. Op dit moment wordt de vluchteling een asielzoeker. 
     

    --> ze vragen asiel aan. 
    Asiel = opvang of bescherming van buitelanders die gevaar lopen of achtervolgt worden in hun eigen land. 

    Mensen die gevaar lopen, mogen niet zomaar teruggestuurd worden. 

    Slide 13 - Tekstslide

    5. Begeleid inoefenen
    Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
    Krystian, Jochem & Zouhir: Je maakt zelfstandig 6.3 opdracht 1 t/m 4 op blz. 64 t/m 66.

    Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
    Jaysen, Gijs, Niek & Jamie: wij maken klassikaal opdracht 2.

    Slide 14 - Tekstslide

    6. Zelfstandig werken
    Je maakt zelfstandig 6.3 opdracht 1 t/m 4 op blz. 64 t/m 66.
    Lees de blauwe stukjes tekst goed door


    Ben je klaar?
    1. Nakijken en verbeteren.
    2. Herhaling maken op blz. 70
    3. Leren paragraaf 6.3 (begrippen en blauwe stukjes tekst)


     
    timer
    1:00
    Begrippen staan ook in Quizlet.

    Slide 15 - Tekstslide


    - weet je wat het verschil is tussen binnenlandse en buitenlandse migratie
    - weet je waarom arbeidsmigranten en vluchtelingen migreren
    7. Evaluatie
    010

    Slide 16 - Poll

    8. Huiswerk en toetsen
    Huiswerk:
    Donderdag 16 mei
    6.3 opdracht 1 t/m 4
    Toetsen:

    Slide 17 - Tekstslide