Thema 'De wereld en ik' - woordenschat

Wereldse kinderen
Doel: ik herhaal alle woorden die ik heb geleerd. 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapskundeBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Wereldse kinderen
Doel: ik herhaal alle woorden die ik heb geleerd. 

Slide 1 - Tekstslide

Welke woorden weet ik nog?

Slide 2 - Tekstslide

Dit thema gaat over:
A
De afspraken in de klas.
B
Kinderen over de hele wereld.
C
Hoe iemand eruit ziet.
D
Hoe iemand woont.

Slide 3 - Quizvraag

We hebben het over overeenkomsten en verschillen.
Wat zijn overeenkomsten?
A
Iets dat hetzelfde is.
B
Iets dat anders is.
C
Iets dat je doet.
D
Iets dat je weet.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de overeenkomst?
A
Ze hebben allebei andere kleren aan.
B
Ze hebben hetzelfde geslacht.
C
Ze zijn allebei getint.
D
Ze zijn allebei aardig.

Slide 5 - Quizvraag

Noem 1 overeenkomst?

Slide 6 - Open vraag

Noem 1 verschil.

Slide 7 - Open vraag

Wat is een gezichtsuitdrukking?
A
Zegt iets over hoe jij je voelt.
B
Zegt iets over je gezicht.
C
Zegt iets over je ogen.
D
Zegt iets over hoe blij je bent.

Slide 8 - Quizvraag

De wereld is verdeeld in zeven...
A
continenten
B
landen
C
stukjes
D
werelddelen

Slide 9 - Quizvraag

In de leefomgeving van Jan wonen veel mensen.
A
Het is dunbevolkt.
B
Het is dichtbevolkt.
C
Hij woont in een dorp.
D
Hij woont in Amsterdam.

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het klimaat?
A
Dan is het ergens heel koud.
B
Waar iemand op de wereld woont.
C
Dan weet je of de mensen rijk zijn.
D
Welk weer het ergens is.

Slide 11 - Quizvraag

Als iemand welvarend is, betekent dat...
A
... je tevreden bent.
B
... je te weinig geld hebt.
C
... je voldoende geld hebt.
D
... je in armoede leeft.

Slide 12 - Quizvraag

Wat is armoede?
A
Als mensen te weinig geld hebben voor hun huis, eten en kleren.
B
Als je geen spelcomputer kunt kopen.
C
Als je niet rijk bent.
D
Als je kamer krap is.

Slide 13 - Quizvraag

Video over armoede
https://schooltv.nl/video-item/armoede-in-amerika-hoe-groeien-kinderen-op-in-de-arme-delen-van-amerika 


Slide 14 - Tekstslide

Zeg iets over deze leefomgeving.

Slide 15 - Open vraag

Hoe zijn de leefomstandigheden?
A
Er is slechte hygiëne.
B
Er is weinig armoede.
C
De kamer is ruim.
D
Er zijn goede leefomstandigheden.

Slide 16 - Quizvraag

Video over sloppenwijken.
https://schooltv.nl/video-item/sloppenwijken-in-rio-de-janeiro-favelas 

Kijkvraag: 
Wat valt je op aan deze leefomgeving?

Slide 17 - Tekstslide

Video over sloppenwijken.
https://schooltv.nl/video-item/wonen-in-een-sloppenwijk-het-mysa-project-helpt-kinderen-in-sloppenwijken 

Kijkvraag: 
Hoe zou jij het vinden als je opgroeit in deze leefomgeving?

Slide 18 - Tekstslide

Vertel iets over deze leefomgeving.

Slide 19 - Open vraag

Wat klopt over jouw leefomgeving?
Mijn slaapkamer is ruim.
Mijn slaapkamer is krap.
Mijn slaapkamer is vuil.
Ik woon in een dunbevolkt gebied.
Ik woon in een armoedige omgeving.

Slide 20 - Poll

Vertel iets over de inrichting.

Slide 21 - Open vraag

Indira woont in Zuid-Amerika. Ze hebben weinig te besteden. Welke foto hoort bij haar?
A
B
C
D

Slide 22 - Quizvraag

Evaluatie:
Wat heb ik geleerd van deze lessen?
In welk werelddeel andere kinderen wonen.
In welke leefomgeving andere kinderen opgroeien.
Waar er armoede is.
Dat wij in een goede leefomgeving opgroeien.
Niks.

Slide 23 - Poll

Wat vond ik van de lessen woordenschat over het thema?
Ik heb nieuwe woorden geleerd.
Ik heb geen nieuwe woorden geleerd.
Ik vond het interessant.
Ik vond het niet interessant.

Slide 24 - Poll