In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Trede 6, Nederlands: leesvaardigheid
trede 6, leesvaardigheid
Slide 1 - Tekstslide
Welkom
Wat gaan we doen?
Lezen
Werkdoel 3: Dat is duidelijk!
Wat ga je leren (criteria)?
1. Je onderscheidt hoofd- en bijzaken
2. Je herkent kernzinnen
Slide 2 - Tekstslide
Welke tekstdoelen ken je nog?
Slide 3 - Woordweb
Hoofd- en bijzaken
Elke tekst gaat ergens over. Het heeft een bepaald onderwerp.
Alle belangrijke informatie in de tekst over dat onderwerp noemen we hoofdzaken.
De minder belangrijke informatie noemen we bijzaken.
Slide 4 - Tekstslide
Wat heb je aan het herkennen van hoofdzaken?
Slide 5 - Woordweb
Hoofd- en bijzaken
Waar kun je hoofdzaken vinden?
1. In de titel en de tussenkopjes.
2. In de belangrijkste zinnen van een alinea. Deze staan vaak vooraan of achteraan in een alinea.
Voorbeeld zijn vaak bijzaken.
Slide 6 - Tekstslide
Kernzinnen
Een kernzin is de belangrijkste zin in een alinea. Het is de kern van wat je wilt zeggen.
Na de kernzin volgt meestal een uitleg of een voorbeeld.
De kernzin is meestal de eerste, de tweede of de laatste zin van een alinea.
Slide 7 - Tekstslide
(1) Als snaren niet meer goed klinken en dus vals klinken, moet je ze stemmen. (2) Stemmen doe je door aan de stemknoppen te draaien tot ze weer gestemd zijn. (3) Je weet dat ze weer gestemd zijn door het te controleren met een stemfluitje. (4) Je kan ook een elektronische stemmer kopen, dan hoef je alleen maar op de snaar te tikken en wachten tot het apparaat op groen gaat.