WW 2efase - H7 - Man en vrouw - Les 4 (VWO)

[Aandachtsrichter]
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

[Aandachtsrichter]

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wijs Worden 2efase
H7 Man en vrouw, p.118
Les 4

Slide 3 - Tekstslide

Iets uit de actualiteit: 
De dappere vrouwen van Iran.. 

Slide 4 - Tekstslide

LVB voortgang
LVB-Deel A-Opdracht A
LVB-Deel A-Opdracht B
+
LVB-Opdracht 1.1-A few of my favourite things..  

Slide 5 - Tekstslide

Paragraaf 3.2
Vragen bij de evolutiepsychologie

Slide 6 - Tekstslide

Deze les werken we aan:
Opdr. 11 t/m 13
+
klaar? > verdiepingsopdracht 2

Slide 7 - Tekstslide

Opdr. 11a
Eigen mening/ervaring/beleving 

Slide 8 - Tekstslide

Opdr. 11b
Barbara en Allen Pease zijn evolutiepsychologen. Die benadering leidt in grote lijnen tot de volgende redenatie: Een vrouw registreert en analyseert veel beter haar omgeving dan een man hetgeen vanuit haar verleden als nest-verdediger verklaard kan worden. Ze ziet haar directe omgeving ook gedetailleerder en kan meer kleuren onderscheiden; ze bezit een grotere verscheidenheid van kegelvormige cellen die voor kleurwaarneming zorgen. Ook is het gezichtsveld van vrouwen ruimer dan dat van mannen, ze moest haar ogen immers gebruiken voor een breed gezichtsveld om roofdieren waar te kunnen nemen die de grot beslopen. 

Slide 9 - Tekstslide

Opdr.11c
Hier volgen drie alternatieve verklaringen voor die van Barbara en Allan Pease. Alledrie hebben ze te maken met de invloed van de omgeving: 

Slide 10 - Tekstslide

Opdr.11c
1. Vrouwen/meisjes verrichten meer huishoudelijke taken, dekken vaker de tafel en weten dus gemakkelijker de boter in de koelkast te vinden.  

Slide 11 - Tekstslide

Opdr.11c
2. Mannen/jongens zijn gewend dat vrouwen/meisjes de tafel dekken waardoor ze niet echt de moeite nemen om goed te kijken, in hun achterhoofd speelt dat zij eigenlijk niet de boter op tafel hoeven zetten. 

Slide 12 - Tekstslide

Opdr.11c
3. Dat vrouwen beter iets kunnen vinden komt omdat ze hun opmerkingsvermogen in hun jeugd beter getraind hebben dan jongens. Meisjes hebben beter leren letten bijvoorbeeld bij kleding op kleuren, motieven, en algehele vormgeeflijke kenmerken - hierin door hun moeder gestimuleerd. 

Slide 13 - Tekstslide

Opdr.12
De verschillen tussen mannen en vrouwen worden behoorlijk zwaar aangezet. De onderzoekers wijzen op ‘typische vrouwenbanen’ als ‘secretaresse’. ‘Typisch vrouwelijk’: omdat ze (op grond van een verschil met de man) beter verschillende dingen tegelijk kunnen doen. Een logisch verschil naar aanleiding van een natuurlijke oorzaak/verschil.

Men kan ook die verschillen minder zwaar aanzetten en dan zeggen dat dit met systematische achterstelling van vrouwen te maken heeft en niet met de wijze waarop het vrouwelijk brein in elkaar steekt. De secretaressen hadden hogere posities kunnen hebben als zij niet waren tegengehouden door de mannen/de mannencultuur (patriarchaat).   

Slide 14 - Tekstslide

Opdr. 13
Mogelijk zouden Aka-pygmeeën als ze onderzoekers waren vaststellen, dat vaders in de oertijd onmisbaar zouden zijn bij het opvoeden van kinderen. Dit zou dan kunnen komen doordat ze met een andere bril kijken naar het verleden en de feiten die ze tegenkomen op een andere manier interpreteren.  

Slide 15 - Tekstslide

Verdiepingsopdracht 2
fase 1. De eigen situatie is stilzwijgend normerend

fase 2. Selecteren apensoorten stammen etc
fase 3. de oertijd is de projectie van de eigen normen
fase 4. de oertijd levert de verklaring voor het gedrag hier en nu > terug naar fase 1

Er is dus sprake van een cirkelredenering


Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk: 
Volgende les moet de weektaak afgerond zijn

Slide 17 - Tekstslide