Grammatica zinsdelen t/m mv II

Ontleden zindelen
Ontleden in zinsdelen
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Ontleden zindelen
Ontleden in zinsdelen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les:
  • Lezen 
  • uitdrukking raden

  • ontleden in zinsdelen
  • nakijken & oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les heb je geoefend met het ontleden van de zindelen:
Persoonsvorm
Gezegde
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Nieuw: Meewerkend voorwerp

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pim kreeg geen uitnodiging voor Luuks verjaardagsfeest. Dat was een bittere ... voor Pim.

Wat moet er op de puntjes staan?
A
bal
B
prak
C
pil
D
gril

Slide 4 - Quizvraag

de uitdrukking is 'een bittere pil'. Dat betekent het is erg vervelend, het is een teleurstelling.
 
medicijnen smaken vies, dat komt doordat ze bitter zijn. Als je zo'n pil moet doorslikken, is dat vervelend.
Verdeel in zinsdelen en benoem die:

Dat was een bittere pil voor Pim.
timer
2:00

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet écht niet wie de laatste donut heeft opgegeten! Mijn naam is …!

Wat moet er op de puntjes staan?
A
Jan
B
aap
C
Jaap
D
haas

Slide 6 - Quizvraag

de uitdrukking is 'mijn naam is haas'. Dat betekent ik weet van niets, ik heb er niets mee te maken.
 
Het zinnetje Mijn naam is haas is echt een keer gezegd. Dat is lang geleden: in 1855. De man die ‘Mijn naam is haas’ zei, was een Duitser met de naam Hase. Hij was bang dat hij veroordeeld zou worden voor een misdaad die een andere had gepleegd. Toen hij voor de rechter moest komen zei hij: ‘Mijn naam is Hase!’ En hij zei er direct achteraan: ‘Ik weet van niets!’

Verdeel in zinsdelen en benoem die:

Mijn naam is haas
timer
2:00

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De oma van Dorthe is heel bazig. Dorthes opa zit dan ook erg onder de ....

Wat moet er op de puntjes staan?
A
mat
B
lat
C
trap
D
plak

Slide 8 - Quizvraag

de uitdrukking is 'onder de plak zitten'. Dat betekent dat iemand de baas speelt over je. 

Vroeger kregen kinderen op school klappen als ze iets verkeerd hadden gedaan. Die klap werd uitgedeeld met een plak. Dat was een stok met aan het einde een ronde schijf. Hier gaf de schoolmeester de kinderen voor straf een klap mee op hun hand.

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verdeel in zinsdelen en benoem die:
De schoenmaker weigert de clown zijn schoenen te geven.
timer
3:00

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Elk stukje hoort erbij
Elke stukje van de zin hoort erbij en heeft dus een naam. 
Alle losse delen vormen samen de gehele zin.
Je kan het vergelijken met een puzzel. Een puzzel is ook niet compleet als er een stukje mist. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke zinsdelen ken je nu al?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

nieuw: meewerkend voorwerp
Aan wie of voor wie
+
werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
+
Het lijdend voorwerp
=
Het meewerkend voorwerp

Let op: Zit er geen lijdend voorwerp in een zin, dan zit er dus ook geen meewerkend voorwerp in de zin.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vorige zin
De schoenmaker weigert DE CLOWN zijn schoenen te geven.

Aan wie of voor wie weigert (pv) de schoenmaker (O) zijn schoenen (lv) te geven (wg)?
antwoord = mv = de clown

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

meewerkend voorwerp
zijn er vragen? Stel ze aan mij of aan je klasgenoot!
Schijf je vraag op, ik loop langs om je te helpen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken
1. opdrachten die je hebt gemaakt uit het boek (p. 152-153)
2. oefenopdrachten van je stencil zinsdelen t/m lijdend voorwerp

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is de PV?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het WWG?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het O?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het LV?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het MVW?

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordelijk gezegde

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerp
Wie of wat (vaak een wie)
+
werkwoordelijk gezegde
=
het onderwerp


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lijdend voorwerp
Wie of wat (vaak een wat)
+
werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
=
Het lijdend voorwerp


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

meewerkend voorwerp
Aan wie of voor wie
+
werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
+
Het lijdend voorwerp
=
Het meewerkend voorwerp

Let op: Zit er geen lijdend voorwerp in een zin, dan zit er dus ook geen meewerkend voorwerp in de zin.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is de PV?

Slide 27 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het O?

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het WWG?

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het LV?

Slide 30 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het MVW?

Slide 31 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het BWB?
(nog niet behandeld)

Slide 32 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies