Grammatica zinsdelen t/m mv

Ontleden zindelen
Ontleden in zinsdelen
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Ontleden zindelen
Ontleden in zinsdelen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les:
  • Lezen 
  • uitdrukking raden

  • ontleden in zinsdelen
  • nakijken & oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les heb je geoefend met het ontleden van de zindelen:
Persoonsvorm
Gezegde
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Nieuw: Meewerkend voorwerp

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sanne had te veel dropjes gegeten. Daardoor at ze 's avonds met lange....

Wat moet er op de puntjes staan?
A
tanden
B
vingers
C
tong
D
wangen

Slide 4 - Quizvraag

de uitdrukking is 'met lange tanden eten'. Dat betekent 'met tegenzin eten', bijvoorbeeld om je eigenlijk helemaal geen honger hebt.
Verdeel in zinsdelen en benoem die:

Sanne had te veel dropjes gegeten

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

nakijken
oefenopdrachten van je stencil zinsdelen t/m lijdend voorwerp

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verdeel in zinsdelen en benoem die:
De schoenmaker weigert de clown zijn schoenen te geven.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Elk stukje hoort erbij
Elke stukje van de zin hoort erbij en heeft dus een naam. 
Alle losse delen vormen samen de gehele zin.
Je kan het vergelijken met een puzzel. Een puzzel is ook niet compleet als er een stukje mist. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke zinsdelen ken je nu al?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

nieuw: meewerkend voorwerp
Aan wie of voor wie
+
werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
+
Het lijdend voorwerp
=
Het meewerkend voorwerp

Let op: Zit er geen lijdend voorwerp in een zin, dan zit er dus ook geen meewerkend voorwerp in de zin.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vorige zin
De schoenmaker weigert DE CLOWN zijn schoenen te geven.

Aan wie of voor wie weigert (pv) de schoenmaker (O) zijn schoenen (lv) te geven (wg)?
antwoord = mv = de clown

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is de PV?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het WWG?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het O?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het LV?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb vandaag al veel berichten aan leerlingen gestuurd.
Wat is het MVW?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordelijk gezegde

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerp
Wie of wat (vaak een wie)
+
werkwoordelijk gezegde
=
het onderwerp


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lijdend voorwerp
Wie of wat (vaak een wat)
+
werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
=
Het lijdend voorwerp


Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

meewerkend voorwerp
Aan wie of voor wie
+
werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
+
Het lijdend voorwerp
=
Het meewerkend voorwerp

Let op: Zit er geen lijdend voorwerp in een zin, dan zit er dus ook geen meewerkend voorwerp in de zin.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is de PV?

Slide 23 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het O?

Slide 24 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het WWG?

Slide 25 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het LV?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het MVW?

Slide 27 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag heeft mevrouw Hooi deze Lessonup
gemaakt voor de leerlingen.
Wat is het BWB?
(nog niet behandeld)

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies