In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Het veranderen van soorten
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen..
welke mutaties er zijn en inschatten hoe groot de invloed zal/kan zijn van de mutaties
wat recombinatie inhoudt en hoe dit bijdraagt aan het ontstaan van nieuwe soorten
wat natuurlijke selectie en selectiedruk betekent
wat seksuele-, en kunstmatige selectie inhoudt aan de hand van voorbeelden
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
In de video wordt gesproken over een organisme die een gunstige eigenschap heeft. Welke eigenschap was dit?
Slide 4 - Open vraag
Deze gunstige eigenschap kwam vaker voor omdat deze eigenschap een voordeel had. Dit had te maken met de omgeving. Wat was er dan met de omgeving aan de hand dat deze eigenschap zo gunstig was geworden?
Slide 5 - Open vraag
Waarom is seks belangrijk bij de voortplanting?
Slide 6 - Open vraag
Wat zien we gebeuren met de organismen die het beste zijn aangepast aan de omgeving?
Slide 7 - Open vraag
soorten veranderen
Het recept (=ALTIJD HETZELFDE)
1. genetische variatie binnen een bepaalde eigenschap door mutaties
2. het organisme die het beste is aangepast overleeft/ leeft langer (survival of the fittest)
3. Deze kunnen zich vaker voortplanten waardoor de eigenschap zich vergroot binnen de populatie (=natuurlijke selectie)
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Natuurlijke selectie
De 'natuur' bepaalt welke individuen (met de gunstigste eigenschappen) het langste leven en dus de meeste nakomelingen krijgen.
Slide 11 - Tekstslide
Kunstmatige selectie
Wij mensen bepalen welke eigenschappen gunstig zijn en gaan daarmee fokken of kweken.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Seksuele selectie
Organismen met eigenschappen die seksueel aantrekkelijk gevonden worden planten zich vaker voort. Dit botst nog weleens met natuurlijke selectie.
Slide 14 - Tekstslide
Wat vinden wij mensen aantrekkelijk? (Waar selecteren wij elkaar op?)