Les 3, Vitale functies, Circulatie (hartslag)

Vitale functies
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Vitale functies

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerpen
Ademhaling

Circulatie
Bewustzijn
Temperatuur
(Diurese)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe voelen jullie je?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Even wakker worden
Hoe zat het ook alweer met de vorige lessen?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloed dat naar het longblaasje stroomt bevat weinig zuurstof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat observeer je niet
bij de ademhaling?

A
Frequentie
B
Diepte
C
Longvolume
D
Regelmaat

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lucht die we inademen bevat 20% zuurstof
A
Klopt! en als we uitademen zit er geen zuurstof meer in
B
Klopt! en als we uitademen is dat nog 15%
C
Klopt! en als we uitademen is dat 80%
D
Niet waar dat moet zijn 80% zuurstof

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Apneu
Dyspneu
Hyperventilatie
Gasping
Overademhaling
afwezigheid van ademhaling
benauwdheid
komt voor bij stervenden/ na ademhalings- stilstand

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hypertensie is een....?
A
Onregelmatige bloeddruk
B
Lage bloeddruk
C
Hoge bloeddruk

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom meten we de pols?

Slide 11 - Woordweb

Het zegt iets over de pompfunctie van het hart

De hartslag geeft, samen met andere lichamelijke observatiegegevens, een indruk van de algemene lichamelijke toestand van een zorgvrager.
Het geeft een indruk van de gezondheidstoestand van de cliënt
Meten van de pols
Zegt iets over de pompfunctie van het hart






Bij de polsslag kun je de volgende 4 kwaliteiten observeren:
  • De frequentie van de pols: wat is het aantal slagen per minuut?
  • De regelmaat van de pols: is de pols regelmatig of niet?
  • De gelijkmatigheid van de pols: zijn de polsslagen gelijk gevuld?
  • De spanning en volume (kracht) van de pols: is de pols al of
niet heftig?

Slide 12 - Tekstslide

De frequentie is het aantal hartslagen per minuut. Controleer bij de zorgvrager de frequentie van de hartslag als hij in rust is; lichamelijke inspanningen geven namelijk een hogere hartfrequentie. 
De normale hartfrequentie hangt af van verschillende factoren, zoals de lichamelijke conditie, de leeftijd en het geslacht. 

Bij gezonde mensen is het ritme meestal regelmatig. Dat wil zeggen, de hartslagen volgen elkaar op met gelijke tussenpozen. Bij een onregelmatige hartslag volgen de hartslagen elkaar met ongelijke tussenpozen op. Een onregelmatige hartslag kan wijzen op een stoornis in de werking van het hart.
Een onregelmatige hartslag komt nogal eens voor bij kinderen en jonge mensen. Bij deze groepen versnelt de hartfrequentie bij inademing; tijdens de uitademing wordt de frequentie lager. Dit is ongevaarlijk.

Gelijkmatigheid
Als de hartslagen regelmatig en even krachtig voelbaar zijn, spreek je van een regelmatige hartslag. Onder normale omstandigheden zijn de slagen gelijkmatig. Bij hartafwijkingen kunnen de slagen ongelijkmatig zijn, niet elke slag is dan even krachtig.

Spanning en volume (kracht)
Deze twee begrippen hangen nauw met elkaar samen. De spanning is afhankelijk van de elasticiteit van de slagaders. Als deze normaal functioneren, is de spanning ook normaal. Bij een verminderde elasticiteit van de slagaders wordt de spanning groter. Het bloed bevindt zich dan als het ware in een kleinere ruimte en drukt harder tegen de wanden. Het volume is de hoeveelheid bloed die bij elke hartslag in de slagaders wordt gepompt.
Bij het controleren van spanning en volume worden de volgende termen gebruikt: 'goed voelbare hartslag' (drukpols) en 'weke hartslag'. Een drukpols is een hartslag die zeer hard aanvoelt. Dit komt voor bij bepaalde hersenaandoeningen. Een weke pols kan wijzen op een lage bloeddruk (tensie).


Gelijkmatigheid van de pols
Inequale pols: het hart zal niet elke keer evenveel bloed uitpompen en voelen de verschillende hartslagen bij de pols dus verschillend aan.


Equale pols: vulling van de pols is elke keer gelijk

Slide 13 - Tekstslide

Gelijkmatigheid
Als de hartslagen regelmatig en even krachtig voelbaar zijn, spreek je van een regelmatige hartslag. Onder normale omstandigheden zijn de slagen gelijkmatig. Bij hartafwijkingen kunnen de slagen ongelijkmatig zijn, niet elke slag is dan even krachtig.

OPM: Als 't hart samentrekt wordt bloed SA ingepompt. Hierdoor neemt de druk in de SA kortdurend toe bij elke hartslag

Opdracht 1
Zoek op in 2 tallen: 
Wat is de gemiddelde hartslag per leventijdsfase?
Wat betekent tachycardie?
Wat betekent bradycardie?
Hoelang meet je de pols als die regelmatig (regulair) is?
Hoelang meet je de pols als die onregelmatig (irregulair) is?

Slide 14 - Tekstslide

De gemiddelde hartslag per minuut (frequentie) per leeftijdsfase:
pasgeborenen: 120
Vanaf 3 jaar: 100
Volwassene: 60 - 100
ouderen: 60
Tachycardie: Een frequentie van meer dan 100 slagen per minuut

Een verhoogde hartfrequentie (tachycardie) kan voorkomen bij:
emoties; 
koorts (bij een temperatuurstijging van 1 °C neemt de hartfrequentie met acht tot twaalf slagen toe);
bloedingen;
hartafwijkingen;
bepaald medicijngebruik.

Bradycardie: Bij een frequentie van minder dan 50 slagen per minuut

Een verlaagde hartfrequentie (bradycardie) kan voorkomen:
bij conditieverbetering;
tijdens de slaap;
bij braken;
bij hersenaandoeningen;
bij hartafwijkingen;
na bepaald medicijngebruik;
in een later stadium van shock.

Tel de pols:
¼ min bij regelmatige pols
1 min bij onregelmatige pols

Plaatsen om de hartslag te bepalen

Slide 15 - Tekstslide

arteria radialis ligt aan de binnenzijde van de pols, op het spaakbeen.

Het voelen van de hartslag (palpatie) gaat het best op plaatsen waar vlak onder de huis een grote slagader loopt.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wanneer controleer je
de hartslag?

Slide 18 - Woordweb

bijv. bij:
bij ernstig bloedverlies;
bij een flauwte (flauwvallen);
aandoeningen van het hart of bij hartklachten
na een operatie
algehele malaise , koorts
tijdens of na onderzoek/behandeling 
Tel de polsslag
fragment duurt ongeveer 30 sec

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

dat ging snel he! komt hij nog en keertje

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel slagen per minuut heb je geteld?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen
Tachycardie: een hartslag > 100 /minuut
Bradycardie: een hartslag < 60 /minuut
Extrasystole: een extra hartslag
Weke pols: is moeilijk te voelen omdat de hoeveelheid bloed die door het hart wordt uitgepompt waarschijnlijk laag is.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Ga bij elkaar de pols tellen. 
timer
5:00

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies