- Lymfevaten lijken op aderen. Ze hebben kleppen die voorkomen dat de lymfe terugstroomt. Hierdoor stroomt de lymfe maar op één manier door naar het hart..
- Lymfecirculatie heeft geen pompsysteem maar wordt in beweging gehouden door:
Het samentrekken van spieren, bewegen van het middenrif, bloedstroom, aanzuigende werking van de longen tijdens de ademhaling, de druk in de weefsels, de eigen stuwkracht en het kleppensysteem. - Verschil ten opzichte van de bloedcirculatie.
Bloedvatenstelsel: Bloed stroomt snel, heeft een pomp (hart), is een gesloten systeem, staat vocht af aan weefsel.
Lymfevatenstelsel: Lymfe stroomt langzaam, heeft geen pomp, heeft geen beginpunt, brengt vocht terug in de bloedbaan.