Les7b U2

Ga naar Lesson-up en type de PIN in.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ga naar Lesson-up en type de PIN in.

Slide 1 - Tekstslide

Programme d'aujourd'hui
Répéter Apprendre 1-5
Répéter Pouvoir, kloktijden, bezittelijk voornaamwoord



Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Vocabulaire
Kies het tabblad "matching"

Slide 5 - Tekstslide

Vocabulaire VWO

Kies het tabblad "matching"

Slide 6 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord
Page 64
Kenmerken:
In het Nederlands 1 vorm per persoon.
(mijn, jouw, zijn, haar, ons, julie, uw, hun)

In het Frans 3 per persoon.
Afhankelijk of het "bezit" mannelijk, vrouwelijk of meervoud is.

Kijk dus eerst naar het "bezit" en bepaal dan welke vorm je nodig hebt.

Slide 7 - Tekstslide

Waar moet je op letten als je het juiste bezittelijk voornaamwoord wilt gebruiken?
A
Kijk of de eigenaar mannelijk (enk of mv) of vrouwelijk (enk of mv) is.
B
Kijk of het bezit mannelijk (enk of mv) of vrouwelijk (enk of mv) is.

Slide 8 - Quizvraag

ta
mes
ses
ma
ons/ onze
uw / jullie
hun
mon
sa
tes
son
mijn
jouw
zijn / haar
notre
leur
vos
votre

Slide 9 - Sleepvraag

Vertaal:
Haar vader is aardig.

Slide 10 - Open vraag

Jouw passie.

Slide 11 - Open vraag

Wat is bijzonder bij vrouwelijke woorden die met een klinker of een "h" beginnen in combinatie met een bezittelijk voornaamwoord?
Geef 2 correcte voorbeelden.

Slide 12 - Open vraag

Bezittelijk voornaamwoord.
Bekijk page 64. Lees deze goed door.
Maak vervolgens 16a
Luister naar gesprekken van 16b
Exercice 16c: Kijk naar het "bezit" en bepaal welke bezittelijk voornaamwoord je nodig hebt.

Slide 13 - Tekstslide

Vocabulaire
Doornemen Apprendre 6

Slide 14 - Tekstslide

Vocabulaire VWO
Doornemen Apprendre 6

Slide 15 - Tekstslide

Vocabulaire
Oefenen  met Apprendre 6

Slide 16 - Tekstslide

Vocabulaire VWO
 Oefenen met Apprendre 6

Slide 17 - Tekstslide

Au travail!
Voorwaarden voor een voldoende les:
Exercices 9a 9b
Exercice  10,12, 13
exercices 16ab
exercice 16c.
Eind van de les check ik de voortgang.

Slide 18 - Tekstslide

Au travail

Les devoirs

Herhalen Apprendre 1-6
Herhalen bezittelijk voornaamwoord
Pouvoir
afmaken en 16 abc

Slide 19 - Tekstslide

C'est la fin

Slide 20 - Tekstslide