5.1 Aan de slag! Deel 2

5.1 Aan de slag! 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.1 Aan de slag! 

Slide 1 - Tekstslide

De arbeidsovereenkomst


  • Wat voor werk, aantal uren, loon/salaris
  • Afspraken volgens CAO (als die er is)
  •  


  • Collectieve Arbeidsovereenkomst = Arbeidsvoorwaarden die gelden in een bepaalde bedrijfstak

Bedrijfstak:
Een groep gelijksoortige bedrijven
(bijv. horeca, onderwijs, bouw)
  • Gemaakt door vakbonden en organisaties van werkgevers


Vraag 2

Slide 2 - Tekstslide

Soorten arbeidsovereenkomsten?

Slide 3 - Open vraag

Soorten arbeidsovereenkomsten
  • Flexibel
  • Onbepaalde tijd
  • Bepaalde tijd

Slide 4 - Tekstslide

Met een tijdelijke baan heb je werk voor?
A
bepaalde tijd
B
onbepaalde tijd
C
altijd
D
zonder proeftijd

Slide 5 - Quizvraag

Als een werkgever personeel wil ontslaan heeft hij toestemming nodig
A
van de rechter
B
van het uwv
C
van zijn baas
D
van de aandeelhouders

Slide 6 - Quizvraag

Zet je antwoorden van vraag 4a (GL) en 8(KB) op het bord (foto maken en uploaden)

Slide 7 - Open vraag

Vervolg

Netto-/brutoloon
Bescherming werknemers
Wettelijk minimumoon

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wetten
Wetten die werknemers beschermen
  • Arbowet


Arbowet:
regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden
  • Arbeidstijdenwet
Arbeidstijdenwet:
regels voor werk- en rusttijden
  • Controle door Inspectie SZW

Slide 10 - Tekstslide

Bruto loon en netto loon
  • Bruto loon werkgever houdt belasting en premies in
  • Belasting is loonbelasting
  • Loonbelasting is voorheffing op de inkomstenbelasting
  • Netto loon is bruto loon -( loonbelasting + premies)
  • Voorbeeld € 1900 - (€170+€100) = € 1630

Slide 11 - Tekstslide

Netto loon is
A
bruto loon + loonbelasting + premies
B
bruto loon minus vakantiegeld
C
bruto loon - (loonbelasting+premies)
D
altijd te weinig

Slide 12 - Quizvraag

Opgave 10(GL) 11 (KB)
Samen doen
100% minimumloon = 1501,80 per maand
21 jaar = 72,5% x 1501,80 = 1088,81 per maand
per week = 1088,81 x 12 : 52 = 251,26

Slide 13 - Tekstslide

Jong en werken?

  • Andere regels...


  • Minimumloon vs minimumjeugdloon
vanaf 23 jaar en ouder
tot 23 jaar,
percentage van minimumloon

Slide 14 - Tekstslide

Aan het werk
 2e helft paragraaf 5.1
= huiswerk 

Slide 15 - Tekstslide

Vanaf welke leeftijd is er sprake van 100% Wettelijk minimumloon
A
21
B
22
C
24
D
23

Slide 16 - Quizvraag

Welke 2 wetten beschermen de werknemers
A
UWV en Arbowet
B
Arbowet en wettelijke gelijkheid
C
Arbowet en Arbeidstijdenwet
D
Arbeidstijdenwet en UWV

Slide 17 - Quizvraag