JAZZ EN BLUES

JAZZ
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

JAZZ

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste kenmerken Jazz

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies


Ontstaansgeschiedenis:
  • Wanneer en waar?
  • Door wie?

Inhoud:
  • Waar gaat het over?
  • Wat is het thema?

Vormgeving = muzikale kenmerken:
  • Sfeer
  • Tempo
  • Ritme
  • Opbouw
  • Harmonie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jazz ontstaat in Amerika

Begin 20ste eeuw: mix van Europese- en Afro-Amerikaanse muziekstijlen

Fragment was daar een voorbeeld van!


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blues
  • Eind 19de eeuw in de zuidelijke VS
  • Afro-Amerikaanse gemeenschap
  • Einde van de slavernij,
    maar blijvende ongelijkheid

  • Muziek verlichtte het zware bestaan
  • Spirituals, gospel en worksongs

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Blues
Treurig

Traag

Thema = Ellende arme zwarte bevolking
Uitzichtloos bestaan, verloren liefde,
onbereikbare zaken in het leven... maar daarin berusting vinden

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?
Call-and-response
AAB
4 coupletten, 3 zinnen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blue note
Onzuivere noot die soms verglijdt (glissando) (vanaf 0:40)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luister nu zelf! 
Bessie Smith - Nobody knows you when you're down and out




Vormgeving = muzikale kenmerken:
Sfeer
Tempo
Ritme
Opbouw
Harmonie 



Wat kun je zeggen over dit lied?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Terug naar JAZZ!
Jazz is een mix van:

1: De Afro-Amerikaanse muziektraditie, zoals gospels, blues en ragtime. 

2: Muziek van Europese emigranten in de VS, zoals Franse walsen, Poolse polka's, smartlappen etc.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jazz = expressief!


  • Improvisatie
  • Snel tempo en 'swingend'
  • Glijdende noten
  • Niet altijd met zang



Jazz sprak de expressionisten aan. Waarom?

Slide 14 - Tekstslide

Improvisatie
Niet uitgeschreven
Autodidact
Breken met de regels
Afrikaanse invloeden
Syncope = 
'kapot' ritme

Nadruk ligt niet op de 1e en 3e tel van een 4/4 maat, maar
net anders. Daardoor klinkt het niet logisch en onverwacht

1 Het ritme gaat tegen baspartij in
2 Het ritmische accent wordt verlegd

       DAT MAAKT HET SWINGEND!





Dit zijn logische ritmes: de noot valt op de maat
Dit is een onlogisch ritme: de noot valt net niet op de maat

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dansen op jazz (vanaf 0:55)
Wat zou het publiek hiervan hebben gevonden?
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vindt grote het publiek?
  • Eerst: slechte reputatie, dansmuziek voor lagere sociale klassen, vooral om de plek waar het gespeeld werd
  • Later: jazzmuzikanten trekken rond, verschillende stijlen ontwikkelen zich 
  • Steeds populairder bij de jeugd en het wordt commercieel
  • Chicago- en New Orleans-style jazz is vooral zwart, maar er onstaat ook 'blanke jazz': Dixieland

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JAZZ
BLUES
Treurig
Vrolijk
Mix van zwarte en witte muziek
Improvisatie
Traag
Snel
Blue note
Syncope
Late 19de eeuw
Vroege 20ste eeuw
Volksmuziek, spirituals, worksongs, gospel
New Orleans, Chicago en Dixieland
Teksten gaan over zorgen
Slepend  tempo
Swingend tempo
Altijd met zangstem
Vast akkoordenschema
Call-and-response
Blaas-instrumenten
Dansmuziek

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Blues schema (hier in C):
in de meest basale vorm volgt bluesmuziek een vast akkoorden schema, waarop variaties mogelijk zijn. Dit is, volgens Europese traditie (!), niet harmonieus.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Swing
Populaire jazzvorm 1930 -1950

Dansmuziek uitgevoerd door orkesten (bigbands) evt. met zanger of zangeres. 
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ella Fitzgerald
American dream niet voor haar weggelegd

Zwarte muzikanten profiteren niet van swingrage (witte) bigbandjazz.
Scat

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massacultuur
Bebop: rauwe, snelle jazzstijl met veel improvisatie, meestal uitgevoerd in een kleine bezetting van drums, bas, piano, saxofoon en trompet. 

Cool jazz (reactie op bebop, relaxed, ondynamisch, emotiearm, licht)

Free Jazz (veel dissonanten, sterke verschillen in toonhoogte, zeer hoge registers)


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Rhythm-and-blues, 
Rock-'n-roll en Soul



1950 zuiden Amerika zwart en wit sterk gescheiden
Radio zorgt voor muzikale uitwisseling.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soul
Jaren '50 nieuwe, dansbare muziekstijl met elementen uit gospel, rhythm-and-blues en jazz.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maken
Maak een samenvatting van alles wat we tot nu toe hebben behandeld ter voorbereiding op de toets.

Presentatie --> TEAMS.

Leerstof toetsweek: § 9.1 en alles uit de les (Abstract Expressionisme, popcultuur, PopArt, Jazz)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies