2.2 botten bewegen

• Biologie
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 2: Bewegen

2.2 botten bewegen

Deze les

•  Wat weten jullie nog?
• Uitleg over 2.2 deel 1
• Opdrachten maken
• Leerdoelen gehaald?

Wat is de functie van geel beenmerg?

1. Bloedcellen maken
2. vet opslaan en bloedcellen maken
3. Eiwitten maken
4. Vet opslaan

Welke botten zie je?

Hoe heet bot 7?

1. Dijbeen
2. Borstbeen
3. Ellepijp
4. Opperarmbeen

Hoe heet bot 3?

1. Borstbeen
2. Sleutelbeen
3. Ellepijp
4. Schouderblad

Hoe heet nummer 10?

kuitbeen

dijbeen

scheenbeen

knieschijf

Hoe noemen we het bot waar nummer 2 en de ribben aan vast zitten?

1

2

1. Schouderblad
2. Borstbeen
3. Scheenbeen
4. Sleutelbeen

Wat zijn de bestanddelen van de tussenwervelschijven?

1. kalk
2. Lijmstof
3. Veel lijmstof beetje kalk
4. Veel kalk beetje lijmstof

Leerdoelen 2.2 

• Je kunt de 4 verschillende botverbindingen benoemen.
  
• Je kunt de onderdelen van een gewricht benoemen met bijbehorende functie.
• Je kunt de 5 soorten gewrichten benoemen en voorbeelden noemen in je eigen lichaam.

Vier beenverbindingen

• Vergroeiing = is vergroeid, kun je niet bewegen: bijv. heiligbeen
• Naadverbinding = schedel
• Kraakbeen = ribben en borstbeen
• Gewricht = zorgt voor de meeste beweging

vergroeiiing

naadverbinding

gewrichten

 kraakbeen

Gewricht

• Gewrichtsknobbel draait in gewrichtskom.
• Laagje kraakbeen op de botten, zodat ze niet slijten en makkelijk bewegen.
• Gewrichtskapsel zit om het gewricht heen (taai vlies). Maakt gewrichtssmeer voor soepelheid.
• Sommige gewrichten zijn versterkt met gewrichtsbanden.

Kniegewricht heeft gewrichtsbanden en kruisbanden om gewricht bij elkaar te houden. 

Dijbeen heeft twee gewrichtsknobbels. Op het scheenbeen liggen twee stukjes kraakbeen: meniscussen.

De 5 soorten gewrichten

• Kogelgewricht (schouder): kan alle kanten op draaien.
• Scharniergewricht (elleboog): kan in één lijn bewegen, als een deur.
• Rolgewricht (onderarm): laat spaakbeen om ellepijp rollen.

De 5 soorten gewrichten

• Zadelgewricht (duim): tussen handwortelbeentje en middenhandsbeentje bij duim.
• Eivormig gewricht (onderkant vingers): onderste vingerkootjes aan middenhandsbeentjes.

Opdrachten maken

Maak opdracht 1 t/m 10, schrijf in je planner:

• 1 t/m 10 van 2.2 af op 27 november 3e uur.

(Laatste 5-10 minuten: leerdoelencheck).

Hoe heet het omcirkelde bot hiernaast?

1. Dijbeen
2. Scheenbeen
3. Kuitbeen

Op welke manier zit de schedel vast?

1. vergroeiing
2. lijmverbinding
3. naadverbinding
4. gewricht

Hoe zitten de ribben vast aan het borstbeen?

1. kraakbeen
2. gewrichten
3. vergroeid
4. naden

Welke beenverbindingen is 1

1. vergroeiing
2. naadverbinding
3. kraakbeenverbinding
4. gewricht

Kies het juist antwoord:
"Bekijk de afbeelding. Hoe zitten de botten aan elkaar vast
bij de pijl?"

1. Door een naad
2. Door kraakbeen
3. Door een gewricht
4. Door een vergroeiing

Je ziet hier een gewricht. Nummer 3 is..

1. bot
2. beenweefsel
3. gewrichtssmeer
4. kraakbeen

Kijk naar de afbeelding. hoe wordt nummer 4 genoemd?

1. gewrichtsknobbel
2. gewrichtssmeer
3. gewrichtskom
4. gewrichtsbanden

Dit is een ..1.. gewricht.

Hierin is een .. 2 ..beweging mogelijk

1. 1. kogel 2. draaiende
2. 1. scharnier 2. heen en weer
3. 1. rol 2. draaiende
4. 1. draai-rol 2. heen en weer