Klas 2BK1 Lesweek 18 - Les 2

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1,2

Kapitel 6: Freizeit

Mobieltjes en oortjes in je tas (niet in je zak).

Je zit op je EIGEN PLAATS.

Op tafel ligt: dein Buch, dein Heft, dein Etui.

Was macht ihr diese Stunde?

- Wortschatz

- Grammatik (sein und haben)

- Selbständig arbeiten

 

Mats en Lurdes:

Inhalen toets K5

Na schooltijd -> lokaal 0.06

Lernziele

Was lernt ihr diese Stunde?

We oefenen voor de toets van vrijdag 3 februari

- Je leert de woorden van het thema Freizeit steeds beter kennen

- Je weet hoe goed je de werkwoorden “sein” und “haben” nog kent.

- Je weet wat je nog niet zo goed kent / kunt en gaat daar mee aan de slag.

.

wichtig! (belangrijk!)

• Vandaag inleveren -> Projecktbuch Münster & Weihnachten
• Freitag 3. Februar -> toets Kapitel 6

Woorden

Grammatik (= herhaling)

Zinnen

Deze toets telt 2 keer mee.

Was weißt du schon? 

Het Glückrad kiest 3 leerlingen.

Ik vraag aan jou 3 Nederlandse woorden.

Jij vertaalt ze naar het Duits.

Ken je ze? Super!

Ken je ze niet? vanmiddag 3 keer de Lernlise N-D overschrijven.

Om 14.15 uur in lokaal 1.02

ein Quiz mit sein und haben

• Pak je laptop
• Ga naar joinmyquiz.com
• Je krijgt van mij een gamecode om in te loggen.
• Iedereen doet mee.
• 2 minuten om in te loggen.
• Achtung!  Eigen voornaam gebruiken

Selbständig arbeiten

Het is stil in de klas zodat iedereen zich kan conce

BK + KT 

Seite 18 -> Aufgabe 12 tm 15

Je mag zachtjes met elkaar overleggen

Klaar?

- Huiswerk nakijken (antwoorden staan op Teams)

- Slim stampen via Neue Kontakte online

- Uitleg volgen van werkwoord in tegenwoordige tijd -> E-ST-T-EN-T-EN

het werkwoord in de tegenwoordige tijd.

Weet je nog? IDEWIS + ESTTENTEN?

I	D	E	W	I	S
E	ST	T	EN	T	EN

het werkwoord in de tegenwoordige tijd.

Stappenplan (lang)

1. Vind de stam (hele werkwoord zonder -en).

2. Vind de juiste vorm.

- zoek naar een persoonlijk voornaamwoord (ich, du,)

- zoek naar een zelfstandig naamwoord (daar kun je der, die of das voorzetten) (dat is het woord dat met een hoofdletter geschreven is).

3. Kies de juiste uitgang.

Stappenplan (kort)

1. Stam

2. Zoek naar de vorm

3. Kies de juiste uitgang

Even oefenen?

Hausaufgaben