Werkwoordspelling hoofdstuk 3 en 4 2h

donderdag 3 oktober 2h
  • Nakijken blz. 118 opdracht 6 en 7 
  • uitleg persoonsvorm in samengestelde zin
  • maken blz. 160 opdracht 6
  • oefenen werkwoordspelling op Chromebook (Cambiumned.nl)
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

donderdag 3 oktober 2h
  • Nakijken blz. 118 opdracht 6 en 7 
  • uitleg persoonsvorm in samengestelde zin
  • maken blz. 160 opdracht 6
  • oefenen werkwoordspelling op Chromebook (Cambiumned.nl)

Slide 1 - Tekstslide

Gebiedende wijs (gw)

Er ontbreekt een onderwerp:
Probeer het eerst eens zelf en vraag niet onmiddelijk om hulp!

gebiedende wijs = altijd ik-vorm van het werkwoord

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken  blz. 118 opdracht 6 en 7

Slide 3 - Tekstslide

Samengestelde zin
Samengestelde zin: bestaat uit twee of meer zinnen.

Iedere zin heeft een eigen persoonsvorm
-  Pas de tijdproef toe. (niet de vraagproef!) De werkwoorden die veranderen zijn de persoonvormen.

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeldzin
Mijn moeder kijkt graag tv en ik luister graag naar muziek.

De politieauto jaagt met 310 km per uur door de bocht, terwijl je daar maar 80 km per uur mag.

Slide 5 - Tekstslide

Een samengestelde zin heeft:
A
Eén persoonsvorm
B
twee of meer persoonsvormen
C
twee persoonsvormen
D
drie persoonsvormen

Slide 6 - Quizvraag

Zoek de persoonsvorm: Mijn vader heeft gezegd dat ik moet oppassen.
A
heeft
B
heeft, gezegd
C
heeft, moet
D
heeft, gezegd, moet

Slide 7 - Quizvraag

Zoek de persoonsvorm: Nadat ik ben uitgegleden, hoorde ik dat de huisarts ziek was.
A
ben
B
ben, hoorde
C
ben, hoorde, was
D
ben uitgegleden, hoorde

Slide 8 - Quizvraag

Zoek de persoonsvorm: Wie heeft jou verteld dat ik niet kom?
A
heeft, verteld
B
heeft
C
heeft, verteld, kom
D
heeft, kom

Slide 9 - Quizvraag

Zoek de persoonsvorm: Hij ging naar school en fietste weg.
A
ging, fietste
B
ging
C
fietste weg
D
ging, fietste weg

Slide 10 - Quizvraag

Zoek de persoonsvorm: Omdat de taart aangebrand was, wordt hij niet geserveerd.
A
aangebrand, was
B
was, wordt
C
aangebrand, was, wordt
D
was

Slide 11 - Quizvraag

Maken
Blz. 160 opdracht 6 
Klaar? Dan ga je werkwoordspelling oefenen op Cambiumned.nl

Slide 12 - Tekstslide