Woordenlijst: Bereidingstechnieken

Bereidingstechnieken .
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
HorecaPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bereidingstechnieken .

Slide 1 - Tekstslide

Leg uit in eigen woorden wat de invloed van bereidingstechnieken op producten kan zijn.

Slide 2 - Open vraag

Leerdoelen
Aan het einde van de les weten jullie:
  •  wat de bereidingstechnieken zijn en de invloed hiervan op producten.
  • Werkwijze bij het uitvoeren van natte bereidingstechnieken. 

Slide 3 - Tekstslide

Natte bereidingstechnieken
  • Smaakfactoren van producten wordt bepaald.
  • Bereidingstijden en bereidingstemperaturen hebben veel invloed op de smaak en structuur van gerechten.

Slide 4 - Tekstslide

Natte bereidingstechnieken
  • Altijd gebruik van een bepaald deel vocht
  • Temperatuur blijft relatief laag (onder de 100 graden Celsius).

Slide 5 - Tekstslide

Koken
  • Techniek: Garen van producten in een vloeistof van 95-100 graden Celsius.
  • Koken water 100 C.

Slide 6 - Tekstslide

Blancheren
  • Techniek: Beetgaar koken van producten in ruim water. Producten worden in ijswater afgekoeld. 10 delen water 1 deel groenten.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Sauteren
  • Techniek: Bakken van producten in een sauteuse op hoge temperatuur zonder deksel.

Slide 9 - Tekstslide

Frituren
  • Techniek:
    In olie garen van producten bij een temperatuur tussen de 150-180 graden Celsius.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Konfijten
Blancheren
Frituren
Koken
Sauteren

Slide 12 - Sleepvraag

Wat doe je met sauteren?
A
Product garen in ruim vloeistof
B
Product voorzien van een krokante korst

Slide 13 - Quizvraag

Wat bepaal je bij het toepassen van bereidingstechnieken bij producten?
A
Geurfactor
B
Smaakfactor

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de kooktempratuur van water?
A
60 graden Celsius
B
100 graden Celsius
C
90 graden Celsius
D
80 graden Celsius

Slide 15 - Quizvraag

Welk resultaat is foutief bij het blancheren?
A
Producten zijn beetgaar
B
Producten behouden hun kleur
C
Producten behouden hun voedingstoffen
D
Producten zijn zacht van structuur

Slide 16 - Quizvraag

Welk materiaal is nodig bij het uitvoeren van de techniek sauteren?
A
Sauteuse
B
Wok
C
Steelpan
D
Braadpan

Slide 17 - Quizvraag

Op welke temperatuur frituur je friet?
A
160 graden Celsius
B
180 graden Celsius
C
130 graden Celsius
D
200 graden Celsius

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel water neem je om groente te blancheren
A
5 delen water en 5 delen groeten
B
1 deel water en 10 delen groenten
C
10 delen water en 1 deel groenten
D
6 delen water en 4 delen groeten

Slide 19 - Quizvraag