Junior Einstein groep 8 les 4 (Dag school)

Dit is Junior Einstein les 4 voor groep 8.
De tekst: Dag school
Je krijgt zo een tekst te zien. Lees deze tekst eerst goed door. Maak daarna de vragen. De tekst komt voor elke vraag opnieuw in beeld, zodat je makkelijk met één klik naar de tekst kunt.

Tip: Lees voor het beantwoorden van de vraag ook de zinnen die voor en na de genoemde regels komen!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Dit is Junior Einstein les 4 voor groep 8.
De tekst: Dag school
Je krijgt zo een tekst te zien. Lees deze tekst eerst goed door. Maak daarna de vragen. De tekst komt voor elke vraag opnieuw in beeld, zodat je makkelijk met één klik naar de tekst kunt.

Tip: Lees voor het beantwoorden van de vraag ook de zinnen die voor en na de genoemde regels komen!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

1. Lees: Ik wilde ... hier, (r. 4)

Wat bedoelt de ik-persoon met 'hier'?


A
de basisschool
B
de klas op de nieuwe school
C
mijn bed
D
thuis

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

2. Wat is figuurlijk taalgebruik?
A
De laatste loodjes van dit jaar, (r. 2)
B
Het was dan wel wat klein. (r. 7)
C
Ik heb hem al drie jaar lang. (r. 15)
D
Dat maakt me toch wel bang. (r. 17)

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

3. Hoe voelt de ik-persoon zich gedurende het gedicht?
A
blij
B
boos
C
een beetje triest
D
heel erg trots

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

4. De gedachten van de ik-persoon veranderen van de basisschool naar de middelbare school.

In welke strofe is dat?
A
strofe 1 (r. 2-5)
B
strofe 2 (r. 6-9)
C
strofe 3 (r. 10-13)
D
strofe 4 (r. 14-17)

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

5. Lees: En al ... verdwalen. (r. 18-21)

Waar speelt deze strofe zich af?
A
op de basisschool
B
op de kinderopvang
C
op de middelbare school
D
op de universiteit

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

6. Wat vindt de ik-persoon het grootste probleem?
A
De afstand om te fietsen van huis naar school.
B
Het wellicht niet meer zien van vrienden.
C
Les krijgen van onbekende leerkrachten.
D
Verdwalen in een heel groot gebouw.

Slide 13 - Quizvraag

Bespreking van de antwoorden.
Per vraag worden de antwoorden besproken. Klik op het speakertje om de uitleg te horen.

Slide 14 - Tekstslide

1. Lees: Ik wilde ... hier, (r. 4)

Wat bedoelt de ik-persoon met 'hier'?

Slide 15 - Tekstslide

2. Wat is figuurlijk taalgebruik?

Slide 16 - Tekstslide

3. Hoe voelt de ik-persoon zich gedurende het gedicht?

Slide 17 - Tekstslide

4. De gedachten van de ik-persoon veranderen van de basisschool naar de middelbare school.
In welke strofe is dat?

Slide 18 - Tekstslide

5. Lees: En al ... verdwalen. (r. 18-21)
Waar speelt deze strofe zich af?

Slide 19 - Tekstslide

6. Wat vindt de ik-persoon het grootste probleem?

Slide 20 - Tekstslide

Je bent klaar!!

Slide 21 - Tekstslide