Na het bestuderen van de paragraaf kun je:
1. De steentijd ordenen in tijd.
2. Omschrijven op welke wijze de jagers-verzamelaar aan hun voedsel kwam.
3. Omschrijven hoe de jager-verzamelaars de taakverdeling tussen vrouwen en mannen was.
4. Omschrijven wat migratie is en wat nomaden zijn
5. Verklaren waarom de jagers-verzamelaars zich regelmatig verplaatsen.
6. Uitleggen welke rol de migratie van kuddedieren en seizoenen hierbij speelde.
7. Omschrijven wat wordt bedoeld met de steentijd.
8. Benoem welke voorwerpen van steen werden gemaakt.
9. Omschrijven wat een stam is.
10. Verklaren waarom er weinig verschil in aanzien was tussen leden van een stam.