Herhaling hoofdstuk 3 klimaat

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

H3 klimaat herhaling

1

2

3

4

5

6

7

De zon verwarmt de oceaan

Er ontstaan wolken

Er ontstaat neerslag 

Oceaanwater verdampt 

Water valt terug in de oceaan

Waterdamp koelt af

Waterdamp stijgt op

Savanne klimaat

Toendra klimaatt

Tropisch regenwoud- klimaat

Land

klimaat

Woestijn- klimaat

Steppe klimaat

zeeklimaat

tropisch klimaat

woestijnklimaat

landklimaat

poolklimaat

Welk kenmerk van aanlandige wind is juist?

1. In de zomer is aanlandige wind warm.
2. Aanlandige wind waait vanaf het land naar zee.
3. In de winter is aanlandige wind koud.
4. In de winter is aanlandige wind warm.

In het dal van het Andesgebergte is het 5 °C. Hoeveel graden is het op 2000m hoogte?

1. 15 °C
2. -7 °C
3. - 9 °C
4. 0 °C

Hoeveel graden is het op het Himalayagebergte
op 4000m hoogte,
als de temperatuur in het dal 1000m 10°C is?

1. -2 °C
2. +1 °C
3. -5 °C
4. -8 °C

Wat is de loefzijde van een gebergte?

1. De droge kant van de berg
2. De regenachtige kant van de berg

Welk gas veroorzaakt het versterkte broeikaseffect?

1. zuurstof
2. koolstofdioxide ( CO2)
3. stikstof
4. biogassen

Wind vanuit zee noemen we ´....´ wind?

Welk van de twee koelt sneller af:
Land of zee?

1. Land
2. Zee

Als we in de zomer wind vanuit zee krijgen is het?

1. Warm
2. Koel

Met welke windrichting is de kans op regen het grootst?

1. Noord
2. Oost
3. Zuid
4. West

Wat zijn plekken op lage breedte?

1. Plekken in de buurt van een hooggebergte
2. Plekken in de buurt van een kust.
3. Plekken in de buurt van de polen.
4. Plekken in de buurt van de evenaar

Zoet water 

Zout water 

gletsjers 

rivieren 

97%

3%

meren 

in de bodem

ijs 

waterdamp 

oceanen 

verdampen

condenseren

grondwater

neerslag

zout water

afwatering