5.5 het rode spook waait door Europa

5.5 Het rode spookt waart door Europa


 Welke belangengroepen ontstonden om de positie van de arbeiders te verbeteren en de belangen van de fabrikanten te verdedigen?

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.5 Het rode spookt waart door Europa


 Welke belangengroepen ontstonden om de positie van de arbeiders te verbeteren en de belangen van de fabrikanten te verdedigen?

Slide 1 - Tekstslide

Wat wordt er in de titel van deze paragraaf bedoeld met 'het rode spook'?

Slide 2 - Open vraag

Wat deed James Watt?
A
Hij vond de stoommachine uit
B
Hij vond de spinning Jenny uit
C
Hij vond de schietspoel uit
D
Geen van bovenstaande antwoorden is goed

Slide 3 - Quizvraag

Wat was het nadeel van de schietspoel?
A
Je kon het niet gebruiken als er geen water was
B
Je kon er geen gebruik van maken bij huisnijverheid
C
Het weven ging veel sneller dan het spinnen
D
Er waren in het begin nog veel storingen

Slide 4 - Quizvraag

Wat vond James Hargreaves uit?
A
De schietspoel
B
Spinning jenny
C
Een spinmachine aangedreven door een waterrad
D
Een stoommachine

Slide 5 - Quizvraag

Wat wilden de fabrieksbazen?
A
De arbeiders slecht behandelen
B
De loonkosten zo laag mogelijk houden
C
De arbeiders het naar hun zin maken
D
Het beste voor zowel zichzelf als de arbeiders

Slide 6 - Quizvraag

Waarom wilden de fabrikanten op loon besparen?
A
Ze vonden dat de arbeiders niet meer geld nodig hadden
B
Omdat ze het geld simpelweg niet hadden.
C
Op andere zaken (machines, grondstoffen) viel niet af te dingen.
D
Dit stond in de Bijbel.

Slide 7 - Quizvraag

Waarom voerden de fabrieksbazen nachtarbeid in?
A
's Nachts stroomden de rivieren harder
B
Om de arbeiders te straffen
C
Omdat het slecht voor de machines was als ze 's nachts stil stonden
D
Een fabriek die 24 uur per dag produceerde leverde meer op

Slide 8 - Quizvraag

Wat kon je zeggen over de huizen in een industriestad?
A
Ze waren klein, maar wel netjes
B
Er werd goed nagedacht over de uitbreiding van de stad
C
Het was vies en rommelig
D
Er waren geen huizen

Slide 9 - Quizvraag

Arbeiders staan buitenspel

In het begin van de Industriële revolutie kwam niemand op voor de arbeiders. Het was puur overleven

Klaagde je, dan werd je ontslagen, voor jou 10 anderen!

En geen werk, was geen inkomen

Slide 10 - Tekstslide

Burgers komen op voor de arbeiders

In de loop van de 19e eeuw kwamen steeds meer burgers op voor de arbeiders ( artsen, priesters, journalisten).

Deze groep zocht de media op en zo kwam de sociale kwestie op gang: bewustwording van het feit dat er een verschil was tussen arm en rijk.

Hierdoor werd de Sociale Kwestie een van de belangrijkste politieke thema's

Slide 11 - Tekstslide

Maar waarom deed de politiek daarvoor niks?

Adam Smith: Hij beweerde dat de mens zou overleven als deze in de eerste plaats aan zijn eigen belangen denkt.

Daarnaast schreef hij over het kapitalisme: hierbij is het belangrijkste dat mensen winst maken.

Dit zou wel betekenen dat er voor het volk daar nadelen aan zouden zitten.

Slide 12 - Tekstslide

Liberalisme

Volgens kapitalisten was het allerbelangrijkste dat mensen in zo vrij mogelijk zouden zijn om te doen wat ze wilden.

Dit werd de basis van een nieuwe politiek stroming: het liberalisme. ( welk woord herken je hierin?)

Zij vonden dat de overheid de burger zoveel mogelijk vrij zouden moeten laten, daarom deden ze niks tegen de sociale kwestie.

Slide 13 - Tekstslide