3

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag:
  • Magazine Frisdranken in de horeca 
  • Filmles Productie van frisdranken
  • Praktijkopdrachten:
    24. Wat weet je over frisdrank?
    26. Wat voor frisdrank adviseer je?
    26. Hoe serveer je dranken vanaf een dienblad?
  • Techniek: 1.2 Poleren van glaswerk



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke frisdrank soorten zijn er?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Magazine: 
Bij dit onderwerp zijn de volgende doelen:

  • Welke frisdrank soorten zijn er?
  • Hoe serveer je frisdranken?



Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Soorten frisdrank
Veel mensen drinken graag een glaasje fris, maar de samenstelling hiervan kan nogal verschillen. Frisdrank is namelijk de algemene term voor verschillende soorten dranken die bestaan uit water met of zonder koolzuur, aroma’s en suikers of zoetstoffen. Door deze verschillende soorten en hun kenmerken te kennen, weet jij je gasten goed te adviseren.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bepaalde frisdranken kun je onderverdelen in soorten. Welke soorten dranken zijn frisdranken?
(meerdere antwoorden zijn goed)
A
Sportdranken
B
Vruchtenfrisdranken
C
Energiedranken
D
Vruchtendranken

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Pepdrank is een andere naam voor energiedrank. Waaraan danken energiedranken hun oppeppende karakter?
A
aan de samenstelling met cafeïne en een hoog vitaminegehalte
B
aan de samenstelling met suiker en een hoog vitaminegehalte
C
aan de samenstelling met cafeïne en een hoog suikergehalte
D

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Energiedranken
De 80 milligram (mg) cafeïne in 250 ml energiedrank is te vergelijken met de cafeïne in een kopje filterkoffie van 125 ml. De wettelijke toegestane hoeveelheid cafeïne in frisdrank is hoger dan dat: 350 mg per liter, oftewel 87,5 mg per 250 ml.

Zodra er 150 mg cafeïne per liter of meer in een frisdrank zit, moet er wel op de verpakkingen worden vermeld dat het een hoog cafeïnegehalte heeft. En dat de drank niet wordt aanbevolen voor kinderen en zwangere vrouwen of vrouwen die borstvoeding geven. Het cafeïnegehalte moet er in dit geval ook op staan, in milligram per 100 ml, en het advies ‘consumeer met mate’ mag niet ontbreken op de verpakking.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een vruchtenfrisdrank

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Weetjes
Rivella is een voorbeeld van een frisdrank waar melkserum aan wordt toegevoegd. Limonadegazeuse bestaat uit koolzuurhoudend water, suiker en aroma.
Een ander voorbeeld van een frisdrank is ijsthee, waar thee-extract in zit. In gezoete ijsthee zit soms  koolzuurgas.

Er zijn veel frisdranken die geen energie-, sport- of vruchtenfrisdrank zijn, zoals cola, tonic, rivella, limonadegazeuses en ijsthee. De wei (melkserum) in Rivella is vloeistof die overblijft na het maken van boter en kaas. Rivella daarnaast kruiden, vruchtenextracten en zoetstoffen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sportdranken:
zijn frisdranken bedacht voor tijdens of het na het sporten. Sportdrankproducenten hebben vaak meerdere dranken met specifieke kenmerken.
Extran  Dranken van het merk Extran vullen vocht aan of geven extra energie.

AA Drink  
Er zijn AA Drinks die je verloren mineralen aanvullen na het sporten en AA Drinks die je voor of tijdens het sporten extra energie geven.

Aquarius 
Aquarius heeft dranken die voor na het sporten zijn, om het vocht dat je verliest aan te vullen. Er worden extra vitaminen aan deze dranken toegevoegd.

Isostar 
Voor extra energie tijdens het sporten heeft Isostar dranken in vloeibare- en poedervorm. Aan de poeder moet water worden toegevoegd.







Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Serveren van frisdrank
Afhankelijk van het soort horecabedrijf waar je werkt, maak je gebruik van flessen frisdrank, blikjes of een postmixinstallatie. Deze verschillende verpakkingen hebben invloed op de manier waarop je de frisdrank bewaart en serveert aan je gasten.

Mengen
Bij frisdranken als bitter lemon of sinas kunnen ingrediënten naar de bodem zakken als de dranken staan opgeslagen. Je controleert voor het serveren de bodem van het flesje. Als de inhoud daar dikker is, schud je het flesje of draai je deze stevig rond. Zo krijg je weer de juiste samenstelling.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij het belangrijkst bij het kiezen van een frisdrankverpakking?
A
de snelheid waarmee je de drank kunt serveren
B
de presentatie voor de gast
C
de hoeveelheid die je ermee kunt serveren
D

Slide 13 - Quizvraag

Je kunt bij het serveren van frisdranken gebruikmaken van postmixinstallaties of kleine of grote verpakkingen. De hoeveelheid frisdrank die je serveert, het tempo waarin het geschonken moet worden en de presentatie aan de gasten dragen vaak bij aan de keuze voor een soort verpakking.
Waarvan maken grote horecabedrijven waar veel frisdrank wordt geserveerd gebruik?
A
grote flessen frisdrank
B
flesjes of blikjes frisdrank
C
postmixinstallaties
D

Slide 14 - Quizvraag

Bedrijven die veel frisdrank serveren gebruiken vaak postmixinstallaties om snel een glas te kunnen tappen. In deze installaties gaan tanks of kunststofverpakkingen van 9 tot 18 liter siroop. De installatie mengt gekoeld leidingwater met koolzuur en voegt dit toe aan de siroop.
Ice tea en tonic kun je ook met ijsklontjes serveren. Hoe doe je dat op de goede manier?

Slide 15 - Open vraag

Om de citroen nog te kunnen stampen als je de drank met ijs serveert, plaats je eerst de citroen en de stamper in het glas, waarna je de ijsklontjes toevoegt. Als je de drank zonder ijs serveert, doe je eerst de citroen en dan de drank in het glas en daarna plaats je de stamper erin.
Koolzuur en ijs
Koolzuurgas en ijsklontjes geven een andere smaak aan frisdrank en je kunt ze op verschillende manieren serveren.

Show maken van serveren

Je kunt frisdrank serveren extra leuk maken door aan tafel koolzuurhoudend water in een glas met siroop te spuiten.

IJsklontjes
Door ijsklontjes toe te voegen aan frisdrank zorg je voor extra verkoeling, al verdunt ijs de drank wel.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe worden sport- en energiedranken meestal gedronken?
A
uit een glas
B
direct uit de verpakking
C
met een rietje
D

Slide 17 - Quizvraag

Sportdranken en energiedranken worden vaak bij sportverenigingen verkocht en worden meestal direct uit de verpakking gedronken. Bij een sportdrank in poedervorm wordt de drank gedronken uit een glas.
Ontvangen en opslaan
Een frisdrankbestelling wordt meestal geleverd in een krat, tray of postmixinstallatie. Bekijk bij het ontvangen van de dranken altijd de uiterste verkoopdatum op de verpakking. Na deze datum mag de frisdrank niet meer geserveerd worden. Zorg er daarom voor dat je de producten die als eerste gebruikt moeten worden vooraan zet bij het opslaan. Ongeopende verpakkingen bewaar je op een donkere en koele plek. Sla ook een voorraad in de koeling op en vul deze op tijd aan, zodat je altijd gekoelde frisdrank kunt serveren.

Na het openen van een fles frisdrank neemt de hoeveelheid koolzuurgas af. Daarom gebruik je de overgebleven inhoud binnen drie tot vier dagen. Je bewaart de geopende flessen in een koeling van maximaal 7 ⁰C.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting

  • Frisdrank is de algemene term voor verschillende soorten dranken die bestaan uit water met of zonder koolzuurgas, aroma’s en suiker of zoetstoffen.
  • Je kunt frisdranken onderverdelen in frisdranken, energiedranken, sportdranken of vruchtenfrisdrank.
  • Frisdranken met maximaal 25% vruchtensap mogen vruchtenfrisdank worden genoemd. Er zit geen minimum aan de hoeveelheid vruchtensap, maar het moet wel op de verpakking staan.
  • Energiedranken staan bekend om hun oppeppende karakter.
  • Sportdranken worden tijdens of na het sporten gedronken om vocht, koolhydraten of mineralen aan te vullen.
  • Afhankelijk van het soort horecabedrijf waar je werkt, maak je gebruik van flessen of flesjes frisdrank, blikjes of een postmixinstallatie. Bedrijven die veel frisdrank serveren gebruiken vaak postmixinstallaties.
  • Kleinere verpakkingen zoals flesjes of blikjes hebben meer opslagruimte nodig.
  • Als je de frisdrankbestelling in ontvangst neemt, bekijk je altijd de uiterste verkoopdatum op de verpakking.
  • Geopende flessen frisdrank bewaar je in een koeling van maximaal 7 ⁰C en gebruik je binnen drie tot vier dagen.
  • Verschillende soorten frisdranken kun je op verschillende manieren serveren. Zo kunnen ze direct in een glas geserveerd worden, met een flesje erbij, uit de verpakkingen worden gedronken en met of zonder ijs en citroen worden geserveerd.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Naslagwerk

Met of zonder bubbels
Hoofdstuk 7 frisdranken

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Filmles
Productie van frisdrank
Deze filmles gaat over het ontstaan van frisdrank, de tradities eromheen en de ingrediënten in frisdranken, maar ook over het maken ervan. 
Bekijk de filmles productie van frisdranken en maak de opdrachten die erbij horen.


VEEL KIJKPLEZIER!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Magazine:
  • Frisdranken in de horeca 
Praktijkopdrachten:
  • 24. Wat weet je over frisdrank?
  • 26. Wat voor frisdrank adviseer je?
  • 26. Hoe serveer je dranken vanaf een           dienblad?
Techniek:
  • 1.2 Poleren van glaswerk

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies