Het naamwoordelijk gezegde (ng)
Nederlandse zinnen kun je in twee categorieën verdelen: 1. Zinnen die gaan over iets doen (handeling): wg Deze zinnen bevatten een zelfstandig werkwoord.
2. Zinnen die gaan over iets zijn (toestand): ng
Deze zinnen bevatten een koppelwerkwoord: zijn, worden, blijven, blijken, heten, schijnen