het onregelmatige werkwoord être

• Frans
• Secundair onderwijs

het werkwoord in het Frans

- regelmatige werkwoorden

&

- onregelmatige werkwoord

Wie zijn ze, hoe werken ze, hoe leer ik ze?

Wat weet je al? Herhaling!

De regelmatige werkwoorden op -ER

rigoler, parler, ...

Je parle français.
Tu rigoles pendant le cours d'anglais. 

 Il aime les maths.

(Chapitre 2, bron D)

Hoe maak je het rijtje van de regelmatige werkwoorden op -ER?
Kijk nog eens goed naar deze vormen:
Je parle (parler)
Tu rigoles (rigoler)

1. 1. haal -ER af van het hele werkwoord.
2. 1. haal -ER af van hele werkwoord (=stam). 2. voeg uitgang toe.
3. Er zijn geen regels vorm, ik moet de vormen uit mijn hoofd knallen!

Regelmatige wkw op -ER

1. haal -ER af van hele wkw: parler-ER -> stam is parl-

2. voeg de persoonsuitgang toe: 

je parl+e                    nous parl+ons

       tu parl+es                  vous parl+ez          

il/elle/on parl+e           ils/elles parl+ent

Bekijk dit aandachtig

 en leer het (opnieuw?) vanbuiten 

(vraag jezelf af, schrijf het op, ...)

1. haal -ER af van hele wkw: parler-ER -> stam is parl-

2. voeg de persoonsuitgang toe: 

je parl+e                    nous parl+ons

       tu parl+es                  vous parl+ez          

il/elle/on parl+e           ils/elles parl+ent

En nu toepassen:
Zet het wkw in de juiste vorm:
aimer (houden van): nous ...

En nu toepassen:
Zet het wkw in de juiste vorm:
rigoler (lachen): ils ...

Wat leren we vandaag?

Je suis un élève du Stella Maris College.

Tu es en quatrième.

 Il est à la cantine.

= Het onregelmatige werkwoord être

Chapitre 3 bron D

Het onregelmatige wkw être (zijn)

LEER DIT RIJTJE VANBUITEN - ER ZIJN GÉÉN REGELS !

Je suis                            Nous sommes

Tu es                                   Vous êtes

Il/Elle/On est                          Ils/elles sont

En nu toepassen:
Welke vorm van être past op de lege plek in de zin
Hannah ..... une fille sérieuse.

1. sommes
2. es
3. est

En nu toepassen:
Welke vorm van être past op de lege plek in de zin
Pierre et Yves ... dans la classe.

1. sont
2. sommes
3. est

En nu toepassen:
Welke vorm van être past op de lege plek in de zin
Madame Janssens, vous ... la prof.

1. est
2. êtes
3. es

Vul nu zelf de juiste vorm van être in de zin in:
Lena et Katia ... au collège.

Vul nu zelf de juiste vorm van être in de zin in:
Je ... l'élève préféré de Madame Janssens

Aan de slag in het boek

Maak per 2 volgende opdrachten:

p. 111 ex. 16d + 16e

p.112 ex. 17b

Stel vragen wanneer je iets niet snapt!

Wat niet af is, is huiswerk!

Huiswerk voor volgende les

- donderdag 18/01 6e uur -

Herhalen / leren:

woordjes A+B

kloktijden (B)

Zinnen C

Être D