Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen weer en klimaat.
Ik kan beschrijven hoe dag en nacht en de seizoenen ontstaan.
Ik kan de relatie tussen de breedteligging en de temperatuur op aarde beschrijven.
Slide 3 - Tekstslide
Weer en klimaat
Slide 4 - Tekstslide
De seizoenen
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Keerkringen en poolcirkels
Het noordelijkste en zuidelijkste punt op aarde waar de zon recht boven je hoofd kan staan, liggen op de keerkringen. Dit zijn de breedtecirkels op 23,5°.
Het noordelijke en zuidelijke punt op 66,5° noemen we de poolcirkels.
Slide 8 - Tekstslide
LUCHTSTREKEN
De aarde kun je in drie zones indelen:
Tropische luchtstreek
Gematigde luchtstreek
Polaire luchtstreek
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Maakwerk:
Opdrachten 1-6
We gaan aan de slag met het maken van de opdrachten.
Heb je een vraag? Steek geen vinger op maar stel je vraag pas op het moment dat ik bij je ben.