oefenen oral assessments en dictee zinnen voorzetsels

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Nederlands leren is een eitje

Get your folder out, your notebook and a pen
Pak je map, je schrift en een pen

Wat doen we vandaag?

huiswerk:

please do the exercises on slides 16,17 and 18 about the prepositions (and the plural). Please practise the words in the Quizlet wordlist about the prepositions.

korte quiz

dictee/dictation

orals oefenen/zeg een woord en geef het door

quiz

... de tuin staat een grote boom.

Vul het juiste voorzetsel in.
Fill in the right preposition.

1. op
2. in
3. naar
4. door

Het is koud .... de winter.

1. boven
2. tot
3. in
4. naast

Ik eet graag appeltaart ..... slagroom.

1. in
2. met
3. naast
4. door

We hebben huiswerk ..... morgen.

1. boven
2. tussen
3. in
4. voor

De fietst staat ....... de boom.

1. tegen
2. tot
3. na
4. in

De les begint .... half negen.

1. door
2. met
3. om
4. voor

De les duurt ...... 10 uur

1. in
2. tegen
3. om
4. tot

dictee/dictation

ik lees 7 zinnen voor/I read 7 sentences twice

schrijf ze op/write them down

omcirkel het voorzetsel/circle the preposition

lever in/hand in

Task 15 min.

15 min work on vlog (phase 1/2)

Phase 3

15 min. afmaken van de vragen bij de tekst over vloggen

Lever de vragen in

-Phase 1/2 zitten in een kring/please sit in a circle

-Phase 3 leiden de activiteit

Phase 3 lead the activity

-Ondertussen doe ik een oefen oral met 1 leerling buiten

Meanwhil I do a practise oral with 1 student outside

-Also use the games (if too hard, find an easier question)

ZEG EEN WOORD/ZIN EN GEEF HET DOOR

Every student says a word or sentence about the picture and then hands it to the next student in the circle. 

If you run out of things to say you take out the next prompt and start again. Help each other with this activity.

Veel succes met het vlog

Fijn weekend