IMO 10 - deel 1

IMO 9: Mijn POP
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

IMO 9: Mijn POP

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag: 
  • Terugblik IMO 8
  • Van deze maatschappijopdracht leer ik......
  • Inleiding IMO 9
  • Moeilijke woorden
  • Zelf aan de slag
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent vitaliteit?

Slide 3 - Open vraag

Middelengebruik

Slide 4 - Woordweb

Van deze maatschappijopdracht leer ik…
  •  Een afspraak plannen
  • Een afspraak plannen met datumprikker.nl of via de outlook agenda
  • Zelfoplossend vermogen te laten zien
  • Reflecteren
  • Vertellen waar ik goed in bent en waar ik nog aan moet werken
  • Welke vragen ik kan krijgen tijdens een intakegesprek

Slide 5 - Tekstslide

Moeilijke woorden
Vul de woordenlijst in

Slide 6 - Tekstslide

Plannen – Ik moet mijn week goed plannen, zodat ik genoeg tijd heb om te studeren.
Pop-gesprek – Tijdens het pop-gesprek bespreekt de leerling met de docent zijn leerdoelen.
Formeel – Een sollicitatiebrief moet je altijd formeel schrijven, dus netjes en beleefd.
Informeel – Een appje naar een vriend mag best informeel zijn, met korte zinnen en emoji’s.
Herschreven – De docent vroeg of ik mijn tekst kon herschrijven, omdat er te veel fouten in stonden.
Kladversie – Voordat ik mijn verslag inlever, maak ik eerst een kladversie om fouten te verbeteren.
Opstellen – Ik moet een e-mail opstellen om mijn stagebedrijf te bedanken.
Omschrijving – In de vacature stond een duidelijke omschrijving van de werkzaamheden.

Slide 7 - Tekstslide

Moeilijke woorden
1. Op weg helpen: Iemand hulp of aanwijzingen geven 













Slide 8 - Tekstslide

Moeilijke woorden
2. Vergaderverzoek: Een uitnodiging voor een vergadering.











Slide 9 - Tekstslide

Moeilijke woorden
3. Printscreen: schermafbeelding













Slide 10 - Tekstslide

Moeilijke woorden
4. Bevestigd: ingestemd of akkoord met het verzoek












Slide 11 - Tekstslide

Moeilijke woorden
5. Te werk gegaan: hoe je hebt gehandeld, wat je hebt gedaan












Slide 12 - Tekstslide

Moeilijke woorden
6. Zelfstandig: alleen, zonder hulp












Slide 13 - Tekstslide

Moeilijke woorden
7. Ergens tegenaan gelopen: het is niet gegaan zoals je wilde






Slide 14 - Tekstslide

Moeilijke woorden
8. Zelfoplossend vermogen: je kunt het zelf oplossen, zonder hulp






Slide 15 - Tekstslide

Moeilijke woorden
9. Stimuleren: bevorderen of verbeteren




Slide 16 - Tekstslide

Moeilijke woorden
10. Smartgames: spelletjes waar je jouw geheugen, vaardigheden of inzicht mee traint



Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Wat is reflecteren?
A
Goed nadenken
B
Terugkijken op je eigen handelen.
C
Licht weerkaatsen
D
Meer worden.

Slide 19 - Quizvraag

Reflecteren
Reflecteren doe je door jezelf een vraag te stellen. 
Hoe is het gegaan? Wat deed ik goed en wat deed ik minder goed? 

Bij reflecteren kijk je terug.
Als je gereflecteerd hebt weet je wat je de volgende keer anders kunt doen. 


Reflecteren noemen we ook wel terugkijken. 

Slide 20 - Tekstslide

Reflecteren
Op school moet je vaker reflecteren.
Bijvoorbeeld tijdens een gesprekken met je begeleider van school of je BPV-begeleider. 

Tijdens een intakegesprek worden er ook vragen gesteld over jezelf en wat je hebt gedaan tijdens deze opleiding.
 Het is dus goed om te weten waar jij goed in bent en waar je nog aan moet werken.


In het volgende filmpje krijg je meer uitleg waarom je een intakegesprek krijgt.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Maak de opdrachten!

Slide 23 - Tekstslide