Les 2 ZM2A paragraaf 2.1A

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

       Startklaar:

- Telefoon in Zakkie!
- Op tafel:
              Pen
              Map
              Feniksboek
Welkom bij de Geschiedenisles ZM2A!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht:
Schrijf de antwoorden op de volgende vragen op:

1. Moesten ouders betalen voor de basisschool in de 17e eeuw?
2. Waar was wetenschapper Anthonie van Leeuwenhoek bekend door geworden?
3. Geef een definitie van empirisch onderzoek




timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma deze les:
  1. Verwachtingen
  2. Lesdoelen
  3. Opdracht 3 standen
  4. Stukje uitleg bij paragraaf 2.1: absolutisme, 3 standen en Verlichting 


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:

 ...ken je het begrip absolutisme. (R)

 ...kan je de standen in de Franse samenleving benoemen en herkennen. (T1)


...weet je welke kritiek er kwam op het absolutisme. (R)


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken periode 2
Verwachtingen: 
  1. Zitten volgens de plattegrond
  2. Startklaar en spullen op orde
  3. Huiswerk op orde
  4. Meedoen tijdens de les
  5. Wil je iets zeggen? --> vinger opsteken
  6. Naar elkaar luisteren


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken periode 2
Drie waarschuwingen:
  1. Naam op het bord
  2. Verplaatsen
  3. De klas uit & verplicht extra bijles


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken periode 2
Wanneer een waarschuwing?
  1. Als je mijn instructies niet opvolgt
  2. Als je het leren voor de groep verstoort
  3. Als je mij verstoort in het lesgeven van de groep

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken periode 2
Wanneer meteen weg?
  1. Elkaar uitschelden 
  2. Fysiek geweld of creëren gevaarlijke situatie
  3. Respectloos gedrag richting docent, klasgenoten of materialen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg het begrip absolutisme uit in je eigen woorden.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Benoem de drie standen

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wilde de 1ste en 2de stand? (Adel en geestelijken)
A
Extra belasting betalen
B
Geen belasting betalen
C
Meer werken
D
Doorgaan met hun luxe leven

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wilden de derde stand? (boeren en burgers)
A
Dat de 1ste en 2de stand belasting gingen betalen
B
Meer werk voor de koning doen
C
Extra belasting betalen
D
Genoeg inkomen om brood te kopen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Verlichting
  • De Franse filosoof Rousseau dacht na over het koningschap -->de macht van een koning komt van het volk, niet van God.


  • De Verlichte denker Montesquieu dacht na over het bestuur van een land -->niet alle macht naar een persoon of groep (Trias Politica).
  • (Uitvoerende macht, wetgevende macht, rechtelijke macht)
Jean-Jacques Rousseau op 41-jarige leeftijd
Schilderij van Maurice-Quentin de La Tour, 1753.
Montesquieu, 1728. Schilder onbekend

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oneerlijk verdeeld
Koning Lodewijk XVI (de 16e)

Alle macht

Geen verantwoording

Absolute koning


absolutisme
Vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft. 

Slide 15 - Tekstslide

Lodewijk XVI had alle macht in eigen handen.
Iedereen aan het hof probeerde voorrechten te krijgen van Lodewijk. Op deze manier hield de koning alle macht in eigen handen.
Omdat Lodewijk (XVI) zich niet hoefde te verantwoorden aan iemand, was hij een absolute koning.
Absolutisme
Vorm van regeren waarbij een koning alle macht heeft
Schrijf op!
timer
2:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
- 3 standen
- 10 minuten
- Leerboek bladzijde 26-27, filmpje en zelf opzoeken


timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De standen
In Frankrijk was de samenleving verdeeld in drie groepen (de standen)

  1. De geestelijkheid
  2. De adel
  3. De rest 
1e stand
De geestelijkheid; alle mensen die behoren tot de kerk. Daarmee bedoelen we dus de monnikken, priesters, pastoors, bisschoppen, kardinalen en de paus. 
Deze stand betaalde geen belasting en had veel macht in het 18e eeuwse Frankrijk.
2e stand
De adel; dit waren allerlei mensen met een adelijke titel. Denk daarbij aan de hertogen, graven, markiezen, baronnen en nog veel meer. Deze stand had het ook goed. Deze stand probeerde bij de koning voordelen te halen, zodat deze hen voortrok op anderen. (Maar...dit was ook gevaarlijk, want als je 'uit de gratie was' (dus geen favoriet meer was) konden je voordelen snel weer weg zijn.)
Zij waren erg rijk en hoefden geen belasting te betalen. 
3e stand
De rest; alle winkeliers, ambachtslieden, burgers, boeren, advocaten én alle andere mensen. Ofwel iedereen die niet bij de eerste of tweede stand hoorde, hoorde bij de derde stand. In deze stand waren enorme verschillen, van hele rijke handelaren tot hele arme mensen (zoals bedelaars).
Deze stand moest belasting betalen en had geen inspraak in het bestuur van Frankrijk. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5 juli 1789 de Statenvergadering

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De schatkist raakt leeg...
Mislukte oogsten (1788 en 1789)
--> Brood duur

Werkloosheid
------------------> Wat doet de koning???
------------------> Wat doet de Derde Stand???



Slide 21 - Tekstslide

Dit komt door:
De oogsten (1788 en 1789) waren mislukt, daardoor werd de prijs van brood veel hoger.
Er was een hoge werkloosheid.
Oorlogen kosten veel geld (Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog).
Ruzie tussen de standen
Lodewijk XVI: "extra belasting!"

Eerste stand (geestelijkheid) en Tweede Stand (adel): "Nee!"

Derde Stand (de Rest): "Meer invloed graag!"




Slide 22 - Tekstslide

Lodewijk wilde extra belasting heffen. Daarvoor had hij toestemming voor nodig van de drie standen.
De geestelijkheid en adel wilden geen belasting betalen.
De derde stand wilde meer invloed in het bestuur.
Opdrachten 
Maak opdrachten 4 t/m 8 (werkboek blz. 46-47)
timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Verlichting
  • Verlichting --> nieuwe manier van denken waarbij kritisch zijn centraal stond.
  • Men dacht na over wat goed was en wat fout was.

  • Veel ideeën uit de verlichting vinden we nu normaal:
  1. alle mensen zijn gelijkwaardig.
  2. grondrechten (grondwet)
  3. leiders van het volk moeten naar wat het volk wil.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lodewijk XVI en Marie-Antoinette






  • Lodewijk was de tweede kleinzoon van de Franse koning
  • Lodewijk was een verlegen en onhandige jongeman
  • Zijn ouders en broer stierven plots, hij was de nieuwe troonopvolger
  • Trouwde met Marie-Antoinette (14) op zijn 15de.
  • Op 19 jarige leeftijd werd hij koning.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies







LB blz. 26

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wil je meer zien? Bekijk dan deze video:
https://www.youtube.com/watch?v=zdYeG4eZNpQ 

Slide 27 - Tekstslide

https://www.youtube.com/watch?v=zdYeG4eZNpQ
De standen
  • Eerste stand (Geestelijken)

  • Tweede stand (Adel)

  • Derde stand (Boeren en burgers)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geldgebrek
  • In 1788 en 1789 waren er slechte oogsten. Wat is hier een gevolg van?

  • Er was weinig geld in de schatkist over door de luxe levensstijl van de eerste en tweede stand.

  • Samenkomen in een vergadering. De oplossing was: eerste en tweede stand belasting betalen. Dit werd afgewezen.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Revolutie!
  • Eed op de kaatsbaan (1789)

  • Bestorming van de Bastille (gevangenis)--> het begin van de Franse Revolutie



Schilderij: Le Serment du Jeu de paume (Jacques-Louis David, na 1791).


Prise de la Bastille (bestorming van de Bastille) door Jean-Pierre-Louis-Laurent Houël, 1789.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen
  • Directe bronnen
  • Brief van Marie-Antoinette

  • Indirecte bronnen
  • Boek dat iemand over Marie-Antoinette schreef

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
Paragraaf 2,1 - macht van de koning
Opdrachten: 1, 2, 5, 6, 8, 9, 11
LB: blz. 26 en 27
Wb: blz. 45 t/m 49

Klaar? Steek je hand op!
Schrijf deze opdrachten in je planner!
timer
5:00

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Aan het eind van deze les:

  • Welke ideeën horen er bij de verlichting?

  • Kun je de drie standen benoemen net voor de Franse Revolutie en wat zij wilden

  • Waarom kwam het Franse volk in opstand tegen zijn koning

  • Wie waren Marie-Antoinette en Lodewijk XVI?



Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fijne dag!

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Wat: Elke rij is een van de 3 standen bedenk met elkaar wat belangrijk was voor jullie aangewezen stand (denk aan belasting, eten, etc)
Hoe: Gebruik je boek en aantekeningen van de les, overleg met elkaar en maak een lijst van wat jullie denken dat belangrijk was voor die stand, schrijf deze op!
Hulp?: Heb je vragen of begrijp je iets niet? Steek je hand op of vraag het aan je groepsgenoten.
Klaar?: bespreek wie het gaat presenteren aan de andere 2 standen. En zorg dat iedereen de punten opgeschereven heeft.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies